Vier verbeterpunten
Een sterk concept
deze bedoelingen en functies op de hoogte te zijn. Er is vrijwel
geen sociale activiteit op de website. Verder is er, waarschijnlijk
om dezelfde reden, nog geen gebruik gemaakt van de
mogelijkheid om eigen beeldmateriaal aan archiefmateriaal
te koppelen, zoals een jubileumfoto van een voetbalclub aan
een historische foto van het clubgebouw. En juist aan deze
sociale functies hecht AE veel waarde. Het bewaren van
persoonlijke schoenendozen is voor het archief geen doel op
zich. Het HBW is voor het archief een middel om een (nieuw)
publiek aan zich te binden, de actuele betekenis van zijn
collectie te vergroten en zijn maatschappelijke positie te
versterken.
Nu we weten wie er gebruik maakt van HBW en hoe, is de
volgende vraag wat mensen weerhoudt van deelname. Uit het
onderzoek komen vier verbeterpunten: HBW heeft een
onduidelijke boodschap, schept verkeerde verwachtingen,
is gebruiksonvriendelijk en mist een doel of een beloning.
Het eerste punt van verbetering is de slogan van HBW: 'Zet je
schoenendoos online'. Veel gebruikers van 40+ die behoren tot
de initiële doelgroep denken bij schoenendozen met spullen
aan hun zolder en hun grootouders in plaats van aan hun eigen
'schoenendoos', zoals de bedoeling is. Iets anders is, dat de
oudere gebruikers een website niet als een platform zien waar
je van gedachten wisselt, op elkaars collectie kunt reageren,
waar je elkaars 'schoenendoos' volgt en elkaar berichten stuurt.
De meeste deelnemers denken dat ze na het uploaden van hun
collectie klaar zijn. Voor hen is HBW geen plek om herinneringen
te delen, maar om materiaal en informatie te delen. Zij zien
HBW als een historische website of een database voor de
archiefinstel-ling en dat brengt hen aan het twijfelen of hun
collectie wel historisch of interessant genoeg is.
Het tweede knelpunt is, dat de reclame die voor HBW wordt
gemaakt als misleidend kan worden gezien. In de huidige vorm
wordt een account, wanneer die zes maanden lang niet is
gebruikt automatisch verwijderd. Collecties worden dus
allesbehalve gegarandeerd bewaard, terwijl de reclame 'Veilige
bewaring voor de toekomst' dat wel suggereert.
Het derde knelpunt is dat de website volgens de oudere
gebruikers voor verbetering vatbaar is. Veel van de technieken
en icoontjes die logisch en begrijpelijk zijn voor jongeren,
vormen een hoge drempel voor actieve deelname van senioren.
Uit alle twijfel en verwarring blijkt dat aanwijzingen en uitleg op
de website zeer gewenst zijn.
En tot slot: HBW voorziet blijkbaar niet in een behoefte.
De verwachting was weliswaar dat veel mensen behoefte
hebben aan een goede plek voor hun collectie en dat zij er
plezier aan ontlenen om hun collectie en herinneringen met
anderen te delen. Maar in de praktijk blijkt die behoefte niet zo
sterk te zijn, omdat er al veel manieren en veel verschillende
vormen zijn om persoonlijke collecties en herinneringen met
elkaar te delen. Het HBW biedt verder geen doel of product
waar gezamenlijk aan kan worden gewerkt en er is evenmin een
beloning te behalen. Zoals HBW nu functioneert, is er voor
mensen weinig reden om er veel tijd in te steken.
Al met al is het concept van HBW simpelweg niet sterk.
Het laat zich niet in het kort uitleggen en het roept vragen op.
Een sterk en gebruikersvriendelijk concept is dus een
voorwaarde voor actieve deelname, of het nu een commercieel
product betreft of een archiefgerelateerd project.
Op de vraag hoe het archief de deelname aan HBW kan
bevorderen, is het antwoord: scherp het concept aan zonder
de oorspronkelijke uitgangspunten uit het oog te verliezen.