De rollen die archivarissen kunnen spelen De centrale vraag in het atelier was de vraag welke rol archivarissen moeten en kunnen spelen bij het documenteren van een samenleving die in toenemende mate zichzelf documenteert. Over wat archivarissen zouden moeten en kunnen zijn is al veel geschreven. Vaak gebruiken auteurs de term archivarissen als ze archiefdiensten bedoelen en maken ze van de ambities van archiefdiensten met betrekking tot de samenleving een ethisch imperatief voor archivarissen. De aanname daarbij is dat archiefdiensten in de strijd waarin archieven de wapens zijn net als archivarissen een partij-overstijgend gezichtspunt hebben: zij stellen het cultureel erfgoed veilig ook al is cultureel erfgoed per definitie betwist, zij zijn steunpilaren van de democratie, ook al zijn de meeste archiefdiensten in de wereld instrumenten van autoritaire regimes, zij documenteren de samenleving, ook als die samenleving niet door hen gedocumenteerd wil worden. Openbare archiefinstellingen, publieke en private archiefvormers, historische centra, adviesbureaus, adviesorganen, enquêtecommissies, onderwijsinstellingen en alle andere particuliere of publieke instanties die van de diensten van archivarissen gebruik maken hebben missies en meestal lofwaardige missies. Archivarissen helpen hun opdrachtgevers bij het realiseren van hun ambities, maar identificeren zich er als professionals niet mee. Zij bestaan niet alleen bij de gratie van de kwaliteit van de diensten die zij aan hun opdrachtgevers leveren, maar ook bij de gratie van hun professionele autonomie, die identificatie met hun opdrachtgevers uitsluit en tegenover wie die archivarissen een kritische distantie moeten bewaren. De meeste archivarissen zullen individueel of georganiseerd, doelbewust of als bijproduct van hun activiteiten bijdragen aan het documenteren van de samenleving. Maar als ze dat doen, doen ze dat vanuit verschillende perspectieven. Wie bij een archiefdienst werkt zal het doen vanuit het perspectief van de overheid, wie bij het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis werkt vanuit het gezichtspunt van de arbeidersbeweging en wie bij het Koninklijk Huisarchief werkt vanuit het gezichtspunt van het Koninklijk Huis. En vanuit diezelfde variëteit aan gezichtspunten zullen ze er ook voor zorgen dat de samenleving op bepaalde punten niet wordt gedocumenteerd. In de discussies over de documenterende rol die hierover in en buiten de colleges werden gevoerd was de bijdrage van Laura Millar van groot belang, die ook optrad als docent in een van de colleges Vergelijkende Archiefwetenschap. De vier rollen die zij onderscheidde voor archivarissen in de zichzelf documenterende samenleving zijn: 1) archieven fysiek beheren als de omstandigheden daarom vragen (wat steeds minder het geval is), 2) faciliteiten, handreikingen en adviezen geven als de omstandigheden daar niet naar zijn (wat steeds vaker voorkomt), 3) instrumenten ontwikkelen die de samenleving kan helpen zichzelf te documenteren en die voldoen aan de archivistische kwaliteitseisen

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Schetsboek | 2015 | | pagina 116