Twee digitaliseringsprojecten:
Bataafs-Franse tijd en Bakoenin
iSj>fe:i#[^i r wtta
^KwopprNfi
Die £dit View Records Window tlelp
tW DEIVET-OATAEASE die toegang verschaft tot ce
■WORMATIEVERWERVINGS. EN TOEPASSINGSPROCESSEN DIE DCORDE
OVERHEID IN OANO ZUN GEZET IN 0É PERIODE 1796.1813
Ga naar het Gebruikers-scherm
Gebruikers
scherm
Ga naar de ïVET-processen
IVET
proces
Ga naar de IVET-stappen
.VET stap
Zoeken op trefwoord
Zoeken op plaatsnaam
Verlaat de fVET-database'
WSTRWT yOORWEHEPLANaseOESCHIEOENIS 06N HAAG-
DOÓRCII.nEURCENS p kirPrNa ViIRliólSEN
Afbeelding 1 Hoofdmenu van de IVET-database
Het Nederlands Archievenblad heeft in de afgelopen tien jaar zo nu en
dan aandacht besteed aan diverse digitaliseringsprojecten. Nu moderne
informatietechnieken gemeen goed zijn geworden, zouden we bijna ver
geten dat 'de computer' ook essentiële veranderingen in de praktijk van
het inventariseren en nader toegankelijk maken teweegbrengt. Internet
blaast deze discussie gelukkig weer nieuw leven in, maar er zijn ook vele
andere projecten die vanwege aanpak of techniek aandacht verdienen.
In dit artikel beschrijft Astrid Verheusen, verbonden aan het Instituut
voor Nederlandse Geschiedenis, het project 'Beschrijvend bronnenmate-
riaal van de Bataafs-Franse centrale overheid'.
Bernedine Bos en Anke van der Moer van het Internationaal Instituut
voor Sociale Geschiedenis geven inzicht in het cd-rom publikatieproject
Bakunin'.
I Digitalisatie van archieven uit de Bataafs-Franse tijd, 1795-1813'
Astrid Verheusen
Inleiding Revoluties worden gekenmerkt door
grote veranderingen op staatkundig en maatschappe
lijk gebied. Dit geldt dus ook voor de Bataafse revolu
tie van 1795, die niet alleen een sociale ommekeer
veroorzaakte, maar ook de totstandkoming van de
eenheidsstaat teweegbracht. Voor het eerst kreeg ons
land een centrale overheid, die gebonden was aan een
grondwet. De veranderingen voltrokken zich niet ge
leidelijk. Staatsgrepen waren aan de orde van de dag,
met vele, soms drastische veranderingen in de over
heidsorganisatie als gevolg. Steeds nieuwe organen,
met wisselende benamingen en bevoegdheden, volg
den elkaar in een rap tempo op.
De neerslag van deze periode is te vinden in de ar
chieven die door al deze instellingen zijn gevormd.
Ze bevatten een schat aan informatie over de samen
leving in de Bataafs-Franse tijd. Een willekeurige
blik in een van de dossiers van het circa twee kilome
ter lange Bataafs-Franse archief in het Algemeen
Rijksarchief levert al snel iets interessants op. Het In
stituut voor Nederlandse Geschiedenis is in 1992 ge
start met her project 'Beschrijvend bronnenmateri
aal van de Bataafs-Franse centrale overheid', dat ge
richt is op de elektronische ontsluiting van een
gedeelte van deze bronnen.1 Het materiaal betreft in
formatie die dQor de centrale overheid is opgevraagd
bij lagere bestuursorganen. Het concept waarmee dit
materiaal wordt ontsloten en de database die daarbij
als hulpmiddel dient, vormen de voornaamste on
derwerpen van dit artikel. Gelijksoortige ontslui
tingsmethoden die in het archiefwezen worden toe
gepast, zullen ook aan bod komen. Voor een goed
begrip van deze zaken is het echter noodzakelijk eerst
wat dieper in te gaan op de bronnen waar het in dit
project om gaat.
De Bataafs-Franse bronnen en hun
toegankelijkheid Er werden door de verschil
lende instanties die het tussen 1795 en 1813 voor het
zeggen hadden op grote schaal gegevens verzameld.
Bij de centrale overheid leek een chronische behoefte
aan informatie over de samenleving te zijn ontstaan,
die alleen door lagere instanties geleverd kon worden.
De informatiehonger was het gevolg van de nieuwe
ambities van het bewind, dat een nationaal beleid
wilde voeren waarvoor echter de benodigde kennis
ontbrak. Veel van de taken die de overheid op zich
nam, hadden vóór 1795 immers tot de competenties
van de zelfstandige gewesten behoord. Informatie
over de samenleving als geheel was hierdoor nog niet
aanwezig.
De belangrijkste reden voor het verzamelen van
informatie moet dan ook gezocht worden in de voor
bereiding voor nationale wetgeving. Door de en
thousiaste machthebbers van de Bataafse Republiek
werd een groot aantal nieuwe wetten voorbereid en
vaak ging hieraan een onderzoek naar de bestaande
situatie vooraf. Een voorbeeld. In 1798 werden voor
de verschillende departementen van bestuur agent
schappen opgericht met aan het hoofd agenten. De
agenten kregen de uitvoerende macht in handen en
zijn te vergelijken met onze ministers. Zo kwam er
een agent van Nationale Opvoeding (nu zouden we
zeggen van Onderwijs en Gezondheid), die in zijn
instructie onder andere de opdracht kreeg het open
baar onderwijs te bevorderen. Bepalingen hierom
trent waren vóór 1795 overal anders geregeld. Ten
einde te kunnen bepalen welke verbeteringen in het
onderwijs zouden kunnen worden doorgevoerd,
startte de eerste agent van Nationale Opvoeding, Th.
van Kooten, in 1799 een onderzoek naar de staat van
het lager onderwijs in de Bataafse Republiek. Dit on
derzoek heeft uiteindelijk geresulteerd in honderden
opgaven of beschrijvingen van lagere scholen in heel
Nederland, die een compleet beeld geven van het la
ger onderwijs aan het eind van de achttiende eeuw.3
Op deze manier werden in de Bataafs-Franse tijd al
lerlei tellingen en enquêtes gehouden over de meest
uiteenlopende onderwerpen. Het bijeengebrachte
materiaal bevat ondermeer gegevens over de indus
trie en de landbouw, maar bijvoorbeeld ook over de
[117]