1 *- O ïo a De rest van het Bickerarchief ging in 1903 terug naar de familie, waarna het bij erfscheiding geheel willekeurig - dossiers verbrekend - in twee gelijke porties werd verdeeld. Een portie van het archief werd in 1912 bij het Algemeen Rijksarchief in bruikleen gegeven, terwijl het andere deel na de oorlog bij het Gemeentearchief in Amsterdam te recht kwam. Toen pas kwam de treurige boedel scheidingvan 1903 aan het licht. Bovendien bleek toen dat de bruiklenen aan het Gemeente archief en de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam nimmer behoorlijk waren beschreven; hetgeen ook geldt voor de stukken die naar Haarlem gingen. Doordat I. H. van Eeghen de familie wist te bewe gen hun bruikleen aan het Algemeen Rijksarchief op te zeggen, kon vrijwel het gehele archief Bicker weer worden herenigd. Het werd in 1954 in zijn geheel aan het Gemeentearchief geschonken, waarna het door Van Eeghen opnieuw werd geïn ventariseerd."5 De familieportretten Bicker waren in 1881 door de douarière Van Winter-Bicker aan de stad Amster dam gelegateerd. Zij werden toen in het Rijksmu seum ondergebracht, maar zijn in 1975, na het ge reedkomen van het nieuwe Amsterdam Historisch Museum in de Kalverstraat, onder het beheer van de stad gekomen.'7 Backer Wie het over de familie Bicker heeft, noemt hen in een adem met de Backers. Hun familiearchief kwam in 1950 in bruikleen bij het Gemeentear chief terecht. Het betreft de stukken van de oudste tak van de familie, welke in 1953 zou uitsterven. Het maakt onderdeel uit van de Backer-sdchting die in 191 o werd opgericht met het doel om de ver zamelingen van schilderijen, portretten, archief stukken etc. van de Backers bijeen te houden en zo mogelijk uit de breiden. De familieportretten kan men tegenwoordig in het Museum Willet Holt- huysen bezichtigen. De familie heeft menig genealoog gekend, zoals de zeventiende-eeuwers Willem Backer (1595-1652) en zijn kleinzoon Willem Backer (1656-1731). Na de dood van de laatstgenoemde is er een geweldige ruzie tussen zijn twee kinderen ontstaan, waarbij elk behield waar hij de hand op had weten te leg gen. De onenigheid was zo hoog opgelopen dat de dochter, die geen kleinkinderen had, maatregelen nam dat er nimmer iets van haar nalatenschap bij de nakomelingen van haar broer terecht zou ko men. Zo werden de familiepapieren in 1775 bij de Weeskamer in Amsterdam ondergebracht. Door dat de archieven van de Weeskamer bij het Ge meentearchief terecht zijn gekomen, zou het in 1950 mogelijk zijn geweest beide archiefbestand delen te herenigen. De handelwijze van vroegere archivarissen had dat ondertussen onmogelijk ge maakt. In 1885 had de adjunct-archivaris mr Ch.M. Dozy, toen hij tot archivaris in Leiden was benoemd, een aantal stukken van de familie De la Court mee naar zijn nieuwe standplaats genomen. En in 1924 had de gemeentearchivaris - zonder b w er in te kennen - drie kisten met De la Court-stukken nagezonden, maar daartussen be vonden zich nog heel wat stukken van de Amster damse families Van der Voort, Stockmans en Bac ker. In dit geval lukte het mej. van Eeghen niet om de stukken terug te krijgen.'8 Willem Backer (t 1731) staat als een nauwgezet ge nealoog bekend. Hij was vernoemd naar zijn grootvader, Willem Backer (f 1652), die op zijn beurt naar zijn moederlijke grootvader, Willem Backer (1528-1575), was vernoemd. Deze heette naar zijn vader Willem Backer Syvertszn (1499- 1536). Doordat de genealoog Backer zijn afstam ming niet heeft Verbeterd', was het mogelijk om als moederlijke grootvader van laatstgenoemde een Willem Backer (t 1 505) aan te wijzen. '9 [74] O) n> 3 co p co O n> 3 03 P ON 5 -p 3 r w in' Cl O" ?T n> a P" p P r- rt> -H P n> s_/\ P 00 -P ON P O w n> p >- P O 3 s-t n> vw p cn O- O p N GO -L. n> E. 2 N CJ N -è VO O p p *- 0 P 0" P n> 3 êt: 03 P p OQ 0 n> ?T P rt> •-» ^s\ no hL ON N O o »-! P O O ON vo VO co p N Vp' OO Ti' n> CJ" oj p P w n. °o P P O TT P —t O 3 in O n> f- OP n> P 3 N ere /-V n> co >-< P p 0 ON ON 0 v ON N cn Hl 0 no ON 00 ON J-t P P m NO N n>' rT P p 03 P 0 PT n> ■-t in 0- »-» v HH On no [75]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1996 | | pagina 20