Nieuwbouw uit 197$ van het Lands Arkiv op de Fa- roereilanden met o.a. publieks- en depotruimte. Foto: Jens Kristian Vang, Faroer contacten tussen de archiefvormers en de beheer ders van het oud-archief. Inspectiebezoeken aan ar chiefvormers werden regelmatig afgelegd (n in 1989 en 7 en 1990). Een geautomatiseerd archiefbe- heerssyteem met een registratuurplan voor het me rendeel van de circa 50 gemeentebesturen werd ech ter ontwikkeld in samenwerking tussen een functio naris van de vereniging van Faroerse gemeenten en een archivaris van het Rijksarchief in Kopenhagen. Sinds de archiefwet van 1992, die vrijwel overeen stemt met de Deense, zijn dergelijke taken volledig aan de Faroese archiefdienst opgedragen. De dienst neemt ook de archieven op van nog bestaande Deense rijksdiensten. De dienst is zoals gezegd ook belast met de inspectie op over te brengen archieven, en heeft ook ten aan zien van Deense rijksarchieven het laatste woord in vernietigingszaken. Inspectie op Deense archieven geschiedt volgens de Deense wet, de rest volgens Fa roese wetgeving. De openbaarheidstermijn is, met de bekende uitzonderingen, 30 jaar. Het oudste archiefstuk is een handschrift van perka ment, het Kongsbókin uit 1298 met de oudste wets tekst, de Seydabraevid. Opmerkelijk is een project visserijgeschiedenis over de periode 1906-1986, in samenwerking met de Groenlandse en Faroese uni versiteit (de Groenlandse archiefdienst is daarbij niet betrokken omdat het lokale bestuur in Groenland er niets mee te maken had en er dus geen archiefvor ming optrad). IJsland IJsland, dat tussen 930 en 1262 een republiek was ge weest, erkende vanaf het laatstgenoemde jaar iedere nieuw optredende Noorse (vanaf 1397 dus tevens Deense) koning, tot de opkomst van het Absolutis- [168] me in de zeventiende eeuw. In 1843 werd het parle ment weer als advieslichaam erkend en in 1874 kreeg het weer wetgevende macht, gevolgd door zelfbe stuur in 1904 en onafhankelijkheid in 1918. Tot de Tweede Wereldoorlog volgde IJsland grotendeels de buitenlandse politiek van Denemarken, dat zich tot IJslands ergernis verzette tegen een afzonderlijk lid maatschap van de Volkenbond. In 1943 werd het verdrag van 1918 herzien, waardoor in 1944 de staat als Republiek IJsland volledig zelfstandig werd. Anders dan op de Faroer, Noorwegen en Groen land, was de invloed van de Deense taal op het IJslands veel geringer, wat resulteert in een voor Scandinaviërs en andere buitenlanders archaïsch woordbeeld. IJsland heeft een bevolking van 260000 inwoners, waarvan 100000 in de hoofdstad Reykjavik. Het Rijksarchief werd in 1881 opgericht door sa menvoeging van de archieven van enkele rijks- en kerkelijke diensten; ook gemeentelijke archieven werden daarin opgenomen, al blijkt Reykjavik een zelfstandige dienst te hebben. De archiefwet van 1900 werd vervangen in 1985, waarbij een overbren gingsverplichting werd ingevoerd. Dit resulteerde in een inhaalmanoeuvre, waardoor tussen 1986 en 1990 het beheerde bestand van het rijksarchief van 7 tot 23 km toenam. De Rijksarchiefdienst Thódskja- lasafnbeschikt over een gebouw uit 1910, het Saf- nahüs (safn verzameling). Als aanvulling diende vanaf 1985 een zuivelfabriek die aanvankelijk zelfs zonder archiefstellingen in gebruik werd genomen, maar een potentiële opslagcapaciteit van 35 km biedt. Een verbouwingsplan was al in 1986 klaar, maar gelden zijn nog steeds niet beschikbaar gesteld. Het stadsarchief had in 1990 een omvang van 3750 meter, een opbergcapaciteit werd niet opgege ven. De studiezalen van beide archiefdiensten hadden re spectievelijk 18 en 6 plaatsen. Het personeel bestaat uit 10 academische en 10 niet-academische, respec tievelijk 7,5 academische en 4 niet-academische me dewerkers. In 1990 had het Rijksarchief 5600 bezoe kers en het stadsarchief 900. Voor een verhoudings gewijs kleine archiefdienst was de omvang van het conserveringsprogramma opmerkelijk, in 1989 en 1990 17 a 18 000 vellen. Een ander opmerkelijk gegeven is dat het is toege staan alle belasting-en bevolkingsgegevens vanaf 1703 tot 1988 toe tegebruiken voor genealogisch on derzoek, waarbij het persoonsnummer openbaar is. Ze bevatten ook opgave van geboortedatum, burger lijke staat, adres en nationaliteit. De alfabetische volgorde is gebaseerd op voornamen, omdat in IJs land familienamen onbekend zijn en men uitslui tend patronymica gebruikt. De gewone openbaar heidstermijn is 35 jaar. Het oudste stuk is een register van kerkelijke eigen dommen van de parochie Reykholt uit n 8 5Het be roemdste oude stuk is echter het Landnamabok, dat kort na 1200 de vestigingsplaats van kolonisten sinds het einde van de negende en de tiende eeuw regis treerde, deels met de plaats van herkomst (Noren uit West-Noorwegen, de Schotse eilanden en Ierland).2 Een deel is in originali over, de rest in goede zeven- tiende-eeuwse kopieën. Een en ander is vanaf 1970 na conservering door de Deense staat aan de IJsland se Universiteitsbibliotheek teruggegeven. Groenland Op Groenland vindt men maar weinig resten van het Noorse verleden. De bevolking bestaat uit 55000 mensen, waaronder een sterk vlottend Deens gedeel te van circa 9000 personen en een gemengde vaste bevolking van Inuit en Europeanen. De hoofdstad Nuuk/Godthab heeft 13 000 inwoners. De vaste bevolking gebruikt grotendeels het Groenlands, dat sinds 200 jaar ook in een geschreven vorm bestaat en nauw verwant is aan de Inuit-talen in Siberië, Alaska en Noord-Canada. Doordat de wisselende Deense bevolking deze taal niet leert, is de bestuurstaal grotendeels Deens. Na de vestiging van de Noorse missionaris (zie bo ven) in 1721 ontstonden er verspreide handelsneder zettingen, die in 1776 werden samengevoegd onder de Koninklijke Groenlandse Handel Maatschappij, welke tot 1950 het handelsmonopolie had. Bij een geringe binnenlandse produktie leidde dat tot een gebrek aan investeringen en dus tot economische stagnatie. Pas in 1953 werd Groenland een Deense provin- [169

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1994 | | pagina 27