geschiedenis van België '(Brussel,
1967) 136.
50 aaa, sectiem: 750oorkonden
(1135-1842), kaartboeken en enige
registers over het economisch be
heer en de zielzorg. Gerits (noot 49)
137-
51 Lefevrei97i (noot43) 165.
52 Lefevre 1955 (noot 18) 305salvo
tarnen quodinterdum inspiciantur
ne a vermihus ledantur aut in se
putrescentes corrumpantur.
53 Lefevre 1955 (noot 18) 305.
54 Hij verwijst namelijk naar de
oudtestamentische figuur Isboseth
(2 Sam 4).
55 Reg. 2 en 3: Cartarius magnus.
Janssens (noot 12) 4-5; Lefevre 1955
(noot 18) 296-297.
56 J. Genet, 'Cartulaires, registres
et histoire: l'exemple anglais', in:
B. Guenée (red.), Lemétierd'histoire
au moyen age. Etudes sur l'historio-
graphie médiévale Parijs, 1977)
110.
57 Lefevre (noot 43) 166.
58 P. F. Lefevre, 'De l'utilité des
cartulaires pour le classement et
la publication des documents pro-
venant des anciennes institutions
religieuses', Archives et bibliothèques
de Belgique (mei 1926) 60.
59 D. Walker, 'The organization of
material in medieval cartularies', in:
D.A. Bullough en R. L. Storey, The
study of medieval records. Essays in
honour of Kathleen Major (Oxford,
1971I34-I3 5;R.C. van Caene-
gem, Guide to the sources of medieval
history (Amsterdam, 1978)78-80.
60 Priorij van Sint Jacob van de
Augustijnen in Brussel; het vroegste
cartularium behelst afschriften van
oorkonden van 1131 tot 1514.
61 arab, inv.nrs. 6457, 7034, 8322 en
9311. Lefevre 1926 (noot 58), 61.
62 G. Asaert, Het archief van de abdij
van Boudelo te Sinaai- Waas en te
Gent. IInventaris (Brussel, 1976)
inv.nr.8-10 (töeeeuw). In andere
abdijen werden de oorkonden in
het cartularium afgeschreven op
volgorde van archivering, zoals in
dat van het kapittel van Lanthony
(ca. 1350). Walker (noot 59) 139;
Genet (noot 56) 110.
63 Walker (noot 59) 140 en 149.
64 Reg.246en 379.
65 nab 98 (1994) 103: 'Dat men ten
behoeve van de 'geschiedkunde' de
ordening zou kunnen wijzigen, is
een gedachte die vóór 179 5 niet
opgekomen zou zijn.'
66 P. F. Lefevre, 'Gilles die Voecht', in:
Biographie Nationale de Belgique 37
(1971/72) 805-809.
67 T.J. Gerits, 'Ambrosius van Hulsel
(1744-1798) uit Turnhout,
archivaris van de abdij van Aver-
bode', Taxandria, gedenkschriften
van den koninklijken geschied- en
oudheidkundigen kring van de
Antwerpsche Kempen 48 (1976)
67-82.
68 A. Goovaerts, 'Salé, Adrien-
Trudon', in: Biographie Nationale
21197-208 (Brussel, 1911/13).
69 T.J. Gerits, 'Evers, Hendrik Simon
Jozef (kloosternaam Julius)', in:
Nationaal Biografisch Woordenboek
4, 275-280 (Brussel, 1970).
70 'Lefevre Placide', in: E. de Seyn
(ed.), Dictionnairebiographique
des sciences, des lettres et des artsen
BelgiqueII, 660 (Brussel, 1936).
71 T.J. Gerits, 'Valvekens, Paul (kloos
ternaam: Emiel)', in: Nationaal
Biografisch Woordenboek4, 865-871
(Brussel, 1970).
72 Reg.279: Archivorum Averbodien-
sium per capsas distributorum
synopses sub Brabantia. Reg. 280:
Archivorum Averbodiensium per
capsas distributorum synopses sub
terra Leodiensi.
73 arab, inv.nr.4945: Repertorium
archivorum Averbodiensis monasterii
afratro Ambrosio van Hulselcompi-
latum.
74 Lefevre 1971 (noot 43) 170-174.
Deze uitgave bevat echter enkele
storende transscriptie-fouten.
Overigens voerde keizerin Maria
Theresia vanaf 1749 verscheidene
archiefhervormingen door in
Oostenrijken België: in Brussel
stelde zij een archivaris aan. De
activiteiten van Van Hulsel op dit
terrein in Averbode kwamen dus
niet uit de lucht vallen.
75 Lefevre 1971 (noot43) 173.
76 P. E. Spiess, Von Archive (HaWe,
W77) 5-
77 Lefevre 1971 (noot43) 177-182.
78 Lefevre 1971 (noot43) 176.
79 Vergelijk in dit verband de 'loket-
kas' van de Staten-Generaal in de
Republiek van de I7eeeuw.
80 Continet varia registra, tractantia
tam de nostris quam de aliis rebus.
81 A. Brenneke, Archivkunde (Leipzig,
1953) 30.
82 In het Utrechtse kapittel van Sint
Mariewerd medio 15cccuw reeds
een uitleenregister bijgehouden; in
het Domkapittel aldaar vanaf 1519.
Dekker (noot 40) 139.
83 Lefevre 1971 (noot44) 173: 'Want
niettegenstaande dat dhr. Henricus
Reijnders 50 jaar in de abdij heeft
gewoond als secretaris, vind je
geen enkele registratie door hem
gemaakt, ofschoon onderwijl in die
tijd vele veranderingen, vervreem
dingen van goederen, vooral
omstreeks I754en 1755, en ver
wervingen en afstotingen van
inkomsten hebben plaatsgevonden
en toch wordt in de registers nau
welijks iets teruggevonden, dat
doorgehaald of aangetekend is,
noch zijn er papieren instrumenta
uit de laatjes gehaald. Daardoor is
het gebeurd dat ik de duplikaten,
[156]
die daardoor onnut waren gewor
den, met moeite allemaal nog heb
moeten doorlezen om daarna uit te
vinden dat zij niet langer van dienst
waren.'
84 Liassen 1-34 behelzen dokumenten
over algemeen ordesbeleid, kloos
terdiscipline, abtsbenoemingen,
juridische situatie van de abdij,
vrijgeleides en paspoorten, beden
en karweien, oorlogsbelasting,
jachtrechten, correspondentie van
de abt met zijn functionarissen,
dokumenten over de abdijgebou
wen en het kunstbezit en dokumen
ten over de parochiale zielzorg.
Liassen 35-108 behelzen dokumen
ten, gerangschikt volgens plaats
naam, aangevuld met plattegron
den, cijnsrollen en i9eeeuwse
archivalia. Gerits 1967 (noot 49)
135-
85 Bron: D'Hoop (noot 42) 60; Daele-
mans(noot4i) 57; M. Schoengen,
'Nederlandica in Belgische archie
ven', nab (1908-1909) 203. Het
overzicht van het archief van de
abdij van Averbode in Gerits 1967
(noot 49) maakt melding van
3585 oorkonden, D'Hoop (noot
42) van4384oorkonden. Ditheeft
te maken met het feit dat de num
mering van de oorkonden weliswaar
reikt tot nr.4384, maar ze verspringt
bij 25 februari 1408 van nr. 1199
naar nr. 2000, hetgeen een verschil
oplevert van 800 oorkonden. Daar
om heb ik van het aantal 15eeeuwse
oorkonden (D'Hoop: 163 5) er 800
afgetrokken.
86 Vgl. S. Muller, J. A. Feith en
R. Fruin, Handleidingvoor het
ordenen en beschrijven van archieven
(Groningen, 19202) 29-30.
87 PA. Meilink, Het archief van de
abdij van Egmond 1 ('s-Gravenhage,
1951)90.
88 Reg.237.
89 arab, inv.nr.4945,fol. 1; Lefevre
1971 (noot43) 171.
90 Reg. 246.
[I57]