op de archieven te kunnen lezen is zowel kennis van het Arabisch als van het Turks noodzakelijk. Dit zelfde geldt vanzelfsprekend ook voor de bestude ring van de relevante literatuur, of het verkrijgen van assistentie op de studiezaal. De medewerkers hier spreken nauwelijks andere talen. Met het ontsluiten van de archieven is feitelijk een begin gemaakt aan het begin van deze eeuw.22 In 1911 werd de 'Osmaanse Historische Vereni ging' opgericht. De eerste doelstelling van deze ver eniging was de ordening, de bestudering en publi- katie van de Osmaanse documenten. In de jaren daarna maakten Turkse wetenschappers hier inder daad een begin mee. Buitenlanders werden aange trokken om van advies te dienen. De raadgevingen die de Hongaar Imre Karacson hierover uitbracht werden hem fataal. Het verhaal gaat dat hij onge lukkigerwijze overleed aan een bloedvergiftiging ten gevolge van besmetting door archiefstukken.23 Zonder dat dit soort fatale gevolgen zich herhaald heeft, zijn er met name de laatste jaren vele nieuwe inventarissen, catalogi en bibliografieën versche nen. Doorgaans zijn deze geografisch ingedeeld. Geheel vlekkeloos zijn ze niet altijd, ze bevatten nogal wat geografische onjuistheden.24 Van groot belang is het in de jaren dertig aange vangen, maar recent verschenen archievenoverzicht voor de Osmaanse archieven (gepubliceerd, echter alleen in het Turks: Ba$bakanlik Osmanli Arfivi RehberiAnkara 1992). Voor een schappelijke prijs kan deze aangeschaft worden in de staatsarchieven in Istanbul en Ankara.25 Voorheen kende men nog geheime afdelingen waarvan het materiaal niet ter inzage gegeven werd, tegenwoordig zijn er in principe geen beperkingen meer. Was er vroeger een maximum aantal kopieën dat gemaakt kon worden (namelijk honderd per jaar), tegenwoordig is dit niet meer het geval. De prijs is vrij hoog en ligt op ons Nederlandse niveau. Bij inlevering van het aanvraagformulier voor 12.00 uur, liggen de archiefstukken de volgende dag gereed. Restricties die verder gelden bij het ei genlijke archiefonderzoek komen bekend voor: geen jassen, tassen en fotocamera's op de studiezaal en wanneer een archief niet geordend is, of als de staat van de archiefstukken zich daartegen verzet, kan inzage geweigerd worden. Het sultansarchief van het Topkapi Sarayi heeft een archievenoverzicht in twee delen uit de jaren 19 3 8 en 1940, dat ter plekke geraadpleegd kan wor den. Van ongeveer 10000 documenten zijn korte regesten gemaakt, namelijk van besluiten van -of in naam van- de sultans {Fermdnlar, 1985 en Hüküm- ler-Beratlar, 1988). Diverse handgeschreven, waar onder recent vervaardigde toegangen kunnen op verzoek ingezien worden. Conclusie Eén van de kernproblemen waarop iedereen stuit die zich bezighoudt met de geschiedenis van het Nabije Oosten, is het gebrek aan archiefmateriaal dat uit oudere tijden is overgeleverd.26 Maar het gaat zelfs nog verder: 'in de moslimwereld zien wij geen enkele poging om musea en systematische archieven in te richten', een gevolg van een bepaal de cultureel-godsdienstige houding ten opzichte van het verleden.27 Het is verleidelijk om de uitzonderingssituatie van Turkije in dit opzicht te verbinden met de nieu we richting die het land onder Kemal Atatürk is in geslagen. In Turkije hebben de rijke archieven de tijden behoorlijk doorstaan en er wordt veel aan dacht besteed aan de culturele erfenis. De inzet van het Directoraat Generaal voor de Staatsarchieven om deze nalatenschap te beheren, te ontsluiten en beschikbaar te stellen is prijzenswaardig. De be schikbaarstelling van middelen door de overheid eveneens, al is het de vraag of recente beperkingen in de overheidsuitgaven niet hun gevolgen zullen hebben voor het archiefwezen.28 Vooral de afgelopen jaren hebben zich op ar- chiefgebied belangrijke ontwikkelingen voorge daan. Op het terrein van de toegankelijkheid zijn maatregelen genomen die het historisch onderzoek sterk vergemakkelijken. Bureaucratische hindernis sen zijn voor een belangrijk deel weggenomen. De huisvesting kan zelfs verschillende Europese landen tot voorbeeld strekken. Het aantal toegangen op de archieven is enorm gestegen. Voor de Osmaanse ar chieven is onlangs een archievenoverzicht beschik baar gekomen. De personeelssituatie in de Staatsar chieven van Istanbul en Ankara is de laatste jaren eveneens sterk verbeterd, daarentegen is die in het archief van het Topkapi Serayi zorgwekkend. [224] Uit het voorgaande relaas over de beide Staatar- chieven zal het duidelijk geworden zijn dat er wel een discrepantie is tussen beide instellingen, vooral op het terrein van de voorzieningen en mogelijkhe den. Die zijn in Ankara groter dan in Istanbul. De achtergrond hiervan is dat men prioriteit heeft ge geven aan de bouw en inrichting van het Staatsar chief in Ankara.25 Uiteindelijk is het de bedoeling, aldus het Directoraat-Generaal voor de Staatsar chieven, om de Osmaanse archieven op vervangen de dragers in Ankara ter beschikking van bezoekers te stellen. Tenslotte: de toenemende openheid en demo cratisering in Turkije loopt synchroon met die van het archiefwezen. Toch kan op den duur de centra listische instelling, die valt te constateren bij het ar chiefwezen, een belemmering zijn voor efficiënt functioneren. Beslissingen worden nauwelijks de centraal, maar veelal aan de top genomen, wat het nemen van eigen initiatieven op lagere niveaus kan ontmoedigen. Kort vraaggesprek met de directeur-generaal voor de Staats archieven in Turkije, Ismet Binark. Ismet Binark, geboren te Istanbul in 1941, studeer de in 1963 af aan de faculteit van Letteren, Geschie denis en Aardrijkskunde, afdeling bibliotheekwe zen, in zijn geboortestad. Hij begon zijn carrière in de Nationale Bibliotheek. In 1976 aanvaardde hij een functie op het Ministerie van Algemene Zaken, waaronder de archieven vallen. Sinds februari 1992 is hij daar directeur-generaal voor de staatsarchie ven. Hij had een belangrijk aandeel in de oprich ting van het Directoraat voor de Archieven van de Republiek. Daarnaast heeft hij meerdere publika- ties op zijn naam staan die betrekking hebben op de twee genoemde vakgebieden, zoals bibliografieën op historisch terrein (o.a. de geschiedenis van de Seldsjoeken; de verovering van Constantinopel), over archieven en archivistiek30 en een publikatie over de Turkse archieven.3' Op het internationale vlak is hij ook actief. Zo bezocht hij de archieven in Engeland en Finland (in het kader van zijn oplei ding), leverde hij een paper over de Turkse archie ven, geschreven ter gelegenheid van het congres van Ismet Binark, directeur-generaal voor de Staatsar chieven. Foto: Directoraat Generaal voor de Staats archieven directeuren van staatsarchieven van de Balkanlan- den (september 1991) en vertegenwoordigde hij het Turkse archiefwezen in Montreal tijdens de In ternational Council on Archives. h: Meneer Binark, één van de punten waar u in uw publikaties aandacht aan schenkt is de archiefz.org in het verleden, vooral in de Osmaanse tijd. Kuntu daar over in het kort iets zeggen B: Tot het midden van de achttiende eeuw werden documenten met grote zorg bewaard en men sprak dan ook van Hazine-i Evrak, de 'schatkamer der ar chieven'. Daarna brak helaas een periode aan waar bij de archieven als gevolg van nalatigheid en de mindere bewaaromstandigheden gedeeltelijk ver loren gingen. Een en ander kon zelfs geschieden ondanks een maatregel die in 1785 werd uitgevaar digd en waarbij bevolen werd dat 'geschreven stuk ken, registers, brieven en verdragen met andere lan den' permanent bewaard moesten worden. De eer ste griffier was hier verantwoordelijk voor. Omdat er nog geen archiefgebouwen als zodanig waren, [225]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1993 | | pagina 37