•<y •sH? (V^f-6'fp fijfè ily^CréZ. zoo kostbare getuigenissen daar nederliggen, om langzaam door vocht en mot en schietworm en in vergetelheid te vergaan, of moeten ze eens in vlammen omkomen zonder dat ze zijn dienst baar gemaakt aan de wetenschap?'4 De oprichters van Oud Holland wilden het onder zoek een betere wetenschappelijke basis leveren, in de hoop op die wijze het door romantische fanta sieën overwoekerde antiquarisch geschrijf dat in die dagen de mode was, terug te kunnen dringen. Hun doel was reconstructie van het verleden met documentatie uit de oude archieven. Het tijd schrift ging in tegen mannen als prof dr J.A. Al- berdingk Thijm (i 820-1889) cum suis, die hun li teraire helden, zoals Vondel, als het ware op wijwater hadden gezet of achter wierook deden schuilgaan. In 1884 zou de geboortedag van Anna Roemersdr Visscher feestelijk worden herdacht in de goede negentiende-eeuwse traditie. De Roever vond dat de veelheid dier feestdagen schadelijk op de belangstelling werkte en niet ieder is het er mede eens, dat de weg, die door de feestzaal leidt, de aange wezen weg is om in het verleden door te dringen. Dat doordringen tot het verleden zou via de ar chieven gaan en Roever produceerde een docu ment waaruit bleek dat Anna Roemers Visscher op 1 juli 1587 al vier jaar oud was, terwijl daaren tegen haar ouders pas in maart 1583 waren ge trouwd! Was Anna soms vóór het huwelijk van haar ouders of heel kort na de voltrekking daarvan geboren? Koningin Victoria leefde nog en Alber- dingk Thijm had verder geen belangstelling meer voor het verjaardagsfeest van Anna Roemers Vis scher. Al in de eerste jaargangen van Oud Holland werd meteen een groot aantal nieuwe documenten over Rembrandt en zijn tijdgenoten gepubliceerd. Als daarop kritiek over de waarde van het archiefonder zoek wordt geleverd, antwoorden Bredius en De Roever dat iedere bijdrage ons helpt een juister beeld van de kunstenaar te scheppen: Heder onderdeel der geschiedkundige weten schap gaat gebukt onder een Last van onjuisthe den en overgeleverde dwalingen. Het archief is de toetssteen waarop deze alle moeten worden ge legd, om het onzuivere te herkennen, evenals de kritiek het uitsluitend is voor die onderdeelen, waarin, om welke reden dan ook, het archieven- onderzoek niet meer mogelijk is. De archieven- vorscher kan alzoo zuiverend optreden en in vele gevallen kan hij uit zijne gegevens weder opbou wen, wat in den loop der tijden in het vergeet boek geraakte. Hieraan gedachtig hebben wij niet geaarzeld, alles over onze grootsten vader- landschen kunstenaar mede te deelen, wat de archieven ons nog omtrent zijn leven konden melden. Het licht der waarheid kan de nobele fi guur van Rembrandt niet schaden. Zijne schim behoeft "het starcke light" niet te schuwen, dat hij zoo nodig rekende voor zijn gulden schilder- proeven, en dat wij onbeschroomd op zijn pad mogen laten schijnen. Rembrandt komt ons na der en wordt ons dierbaarder met elke nieuwe levensbijzonderheid, die wij van hem te weten komen. '6 Ondertussen waren er bij de eerste series akten - deels in extenso en deels in regesten - stukken met betrekking tot Rembrandts verhouding met Geer tje Dircx geweest, welke een minder fraai licht op de nobele figuur van de schilder werpen. De volle betekenis van de inhoud bleef toen nog in het duis ter, doordat een passage over eventueel gewisselde trouwbeloften tussen Rembrandt en Geertje Dircx niet was opgenomen. Maar in 1899 kon Bredius er niet meer omheen, toen hij de fatale akte uit het hu- welijkskrakeelregister publiceerde met als com mentaar: 'Terwijl vroeger de vaardige pen van mijn overgetelijken vriend Nicolaas de Roever onze gemeenschappelijke Rembrandtvondsten aan- éénschakelde, moet ik dat thans alleen doen. Ik vrees, dat mij daarbij soms zal ontbreken dat heerlijk optimisme van De Roever, die steeds trachtte, al wat over Rembrandt gevonden werd, ten beste uit te leggen, die van zijn idealen geen kwaad kon hooren. Daar is zelfs bij deze acten een document, dat ik eenigen tijd aarzelde te publiceeren. Daar het echter andere acten, vroe ger afgedrukt, en ten onrechte uitgelegd, ophel dert, geef ik het tenslotte hierbij. '7 [84] -- 1^1* - f«. r "L t 1 |i O y&9C O v- v A - Pagina van de boedelinventaris van de kunsthan- lecties werd zeer veel door Rembrandt gekocht. Foto: del Jan Basse (1571-1636) met links in de marge een Gemeentearchief Amsterdam van de strepen van Bredius. Op de veiling van deze col- [85]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1993 | | pagina 3