Noten Summary The Municipal Administration of Per sonal Data. Exploring the risks After ten years of preparation the Minister of the Interior recently announced that a law on the municipal administration of personal data is to be implemen ted as of September ist, 1994. This is the most far- reaching change in the registration of the population since 1850. In this article the possible risks are discussed, for instance the correctness of the data and the protection of privacy. 1 Resp. Rapport inzake Automatise ring Verstrekking van Inlichtingen uit Bevolkingsregisters (Den Haag, 1968) en Rapport inzake Registratie van Persoonsgegevens (Den Haag, 197°). 2 Privacy en Persoonsregistratie (Den Haag, 1976). 3 De bo co werd in 1975 ingesteld. In 1986 werd de taakstelling op- nieuwvastgelegd. De minister van Binnenlandse Zaken is, als alge meen minister voor de overheids informatievoorziening, voorzitter. Rijk, provincies en gemeenten zijn erin vertegenwoordigd. De instel lingstermijn van bo co is in 1992 verstreken, maar volgens monde linge informatie van het ministerie van Binnenlandse Zaken, zal de b o c o niet worden opgeheven. 4 Informatievoorzieningen automati sering in de openbare sector met betrekking tot natuurlijke personen. B o C o -rapport nr. 5 (Den Haag, 1980), nader uitgewerkt in rapport nr. 6, Knelpunten bij de informatie- voorzieningover natuurlijkeperso- nen(Den Haag, 1981). 5 R Kuitenbrouwer, 'Privacy en per soonsregistratie: een overzicht', in: F. Kuitenbrouwer, e.a., Drieluik privacybescherming(Devzntet 1984) 12. Qua omvang van de deel- namewasdesoAG zeker succesvol geweest. Uiteindelijk was 80 pro cent van de gemeenten, met 90 procent van het totale aantal in woners van nederland, aangesloten. De zeer centralistische aanpak bleek toch niet te werken. Zie ook: Tas, 'Bestuursvernieuwingen in formatietechnologie', in: De gein- formeerde gemeente (Den Haag, 1990). 6 Structuurschets voor persoonsinfor matievoorziening. b o c o-rapport nr. rr(Den Haag, I984),aanslui- tendopdeinnoot4 genoemde rap porten 5 en 6. 7 Stb. 12november 1985,569. De Rapwaarvan de instelling sinds dien enkele malen is vernieuwd en verlengd, zal in principe functione ren tot de afronding van het gba- projekt. Alhoewel ook andere za ken dan de G b a de aandacht van de Raad hebben (voorontwerp Pas- poortwet, invoering SoFi- nummer)maken de aan de g b a gerelateerde problemen tot nu toe het grootste deel van de werkzaam heden van de RaP uit. 8 b o co-rapport nr. n (zienootö), p.15. 9 Op2juni 1988verscheenhetrap port Contra-expertise van de Ge meentelijke Basisadministratie, sa mengesteld door een commissie van onafhankelijke externe deskun digen (Commissie Toppen), t k 1987-1988,19 512, nrs. 14-19. In december 1989 verscheen een twee de contra-expertise van het advies bureau Berenschot: TK1989-1990, 19 5i2,nr.2i. 10 Evaluatie van de praktijkproef gba, november 1989, aangeboden aan de Tweede Kamer op 4 januari 1990, samen met het eindrapport van de commissie van toezicht op de praktijkproef en het rapport van het bureau Berenschot, tk 1989- 1990,19 512, nr. 21. 11 Advies van de Rap van 21 maart 1990, gepubliceerd als bijlage bij het rapport Bestuurs- en beheers- organisatiec ba, rapportage van 11 december 1990. 12 Rapport Berenschot (zie noot 9), P- 39- 13 Besluit van 5 oktober 1990, hou dende regels ter voorbereiding van de invoering van de Gemeentelijke Basisadministratie van Persoonsge gevens,Stb. 1990, 539. Het besluit is op 11 april 1991 in werking getre den, Stb. 1991,165. 14 tk 1992-1993,21 123, nrs. 12 en 14- 15 ie nader gewijzigd voorstel van Wet gba, ek 1992-1993,21 123,np. 214,art. 34Üd8. 16 tk 1988-1989,21 182, nr. 1. 17 TK 1987-1988,20644,nrs-1 en2- Deze nota vormde het antwoord van de regering opeendoorde Tweede Kamer aangenomen motie Kohnstamm, waarin op een betere politiek-inhoudelijke sturing van de informatievoorziening werd aangedrongen. 18 2e nader gewijzigd voorstel van Wet gba.tk 1992-1993,21 123, nr. 214, artikel 99, thans in behan deling in de Eerste Kamer. 19 VoordeopbouwvandesiLAis door het Rijk 15,5 miljoen gulden [l34] betaald. De deelnemende kerken zullen vooraf hun leden in staat stel len bewaar te maken tegen opname in het s 1 l A-bestand. 20 BinnenlandsBestuur(i\ juni 1991) 21. 21 tk 1988-1989,21 123, nr3, memorie van toelichting Wet gba, p. 19. 22 Het Besluit voorbereiding Ge meentelijke Basisadministratie Per soonsgegevens (zie noot 13) kent, in tegenstelling totdeWetGBA, geen eigen privacy-regime. Tevens valt de G b a in de overgangsfase niet onder de uitzonderingsbepaling van art. 54, lid 4 WPR, op grond waarvan bij Besluitvan iójuni 1989, Stb. 238, persoonsregistra ties, die zijn ingesteld krachtens de Wet Bevolkings-en Verblijfsregis ters, buiten de werkingssfeer van de wpr worden gehouden. De basis administratie bestaat niet op het in dat artikel genoemde tijdstip en valt daarmee tot inwerkingtreding van de Wet gba wel onder de werkings sfeer van de wpr. 23 Andere privacyregelingen die rechtstreeks op de Grondwet steu nen zijn: Wet Inlichtingen- en Vei ligheidsdiensten (1987), Wet Poli tieregisters (1990). Politieregisters van bijzondere opsporingsdiensten zoals de Economische Controle Dienst vallen overigens weer wel onder dewPR. 24 De memorie van toelichting meldt dat wat dit laatste betreft, aanslui ting zal kunnen worden gezocht bij de krachtens artikel 17 w p r aange wezen instellingen die met de uit voering van een publiekrechtelijke taak zijn belast. Deze instellingen zijn aangewezen bij algemene maatregel van bestuur van 19 de cember 1989, Stb. 569. 25 WetGBA,memorievan toelichting, P-54- 26 Besluitvan 22december 1989, Stb. 587 (exart. 24lid 3 wpr). Het model waaraan het formulier moet voldoen is vastgesteld bij besluit van de minister van Justitie van 21 decemberi989,Stcrt252. 27 NieuwsbriefvandevNG van 28 september 1992, nr. 810, exegese van art. 1 ioWetGBA. 28 De Wet Politieregisters kent wel een definitie van het begrip koppeling: Wet van 21 juni 1990, Stb. 414, houdende regels ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer in verband met de politieregisters, art. 1 subd. 29 F. Kuitenbrouwer, Wanneer compu ters koppelen, over de noodzaak massaal toezicht per computer beter te controleren. Rede uitge sproken bij aanvaarding van de Belle van Zuijlen-leerstoel aan de Rijksuniversiteit te Utrecht op woensdag28 februari 1990 (De venter, 1990) 15De presumptio innocentiae is weliswaar een straf rechtelijk begrip, en niet zonder meer toepasbaar op het administra tieve recht, maar hier gelden begin selen van behoorlijk bestuur, die dit begrip kunnen benaderen. 30 J. Holvast, 'De overheid als privacy- beschermer versus de overheid als privacy-bedreiger', in: Verkennin gen van Binnenlands Bestuur nr. 16 (Ministerie van Binnenlandse Zaken, Den Haag, 1985). 31 Advies van de Raad van State van 7 februari 1989 inzake ontwerpwet Gemeentelijke Basisadministratie van Persoonsgegevens,tk 1988- 1989,21 123 B,p. 7. 32 Bijlage bij n g-Magazine yè (1990) 25; Besluit ivR-i 990, artikel 13. 3 3 Aldus het antwoord van de minister van Binnenlandse Zaken op een vraag van mevr. Scheltema-DeNie, lid van de Tweede Kamer voor D66, tk 1991-1992, 22049, nr. 3, p. 13. 34 BIos-ii,tk 1990-1991,20644, nr. 15 P-15 - 35 BinnenlandsBestuur(i februari 1992)5. 36 BinnenlandsBestuur(i6februari 1993)2. 37 ng-Magazine (22 januari 1993) 9. 3 8 Ook de burger zit niet echt te wach ten op een loket voor overheids diensten. Driekwart van deNij- meegse burgers gaf bijvoorbeeld te kennen heel goed te kunnen leven met de huidige situatie van ver spreide loketten: Binnenlands Bestuur(i^ september 1992) 18. 39 Overheidsbestedingen en informatie technologie. Rapportvande Commis sie Overheidsbestedingen en Infor matietechnologie (Commissie Pan nenborg) (Z.p., 1985). 40 Informatietechnologie voor bestuur lijke vernieuwing. Beleidsaanbeve lingen voorde informatievoorziening in de poer jaren. Eindverslag van de Centrale Commissie Overheids Infor- matievoorziening('s-Gravenha.ge, 1990) 28. 41 bios-ii.tk 1990-1991,20644,nr. 15, p. 9e.v. 42 ng-Magazine (20 november 1992) 22,23. 43 Mondelinge mededeling door de directeur van het c b g dr A. J. Le ver. [135]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1993 | | pagina 28