lUoten
De kosten voor restauratie en conservering van al
leen al het materiaal van vóór 1850 kunnen astro
nomische hoogten bereiken. Het brengt ons op de
vraag of alle stukken wel moeten worden behan
deld. Met andere woorden: welke onderdelen van
het archiefpatrimonium verdienen het om in ori
gineel te worden bewaard en voor welke informa
tie is het voldoende om het bijvoorbeeld alleen op
microfilm te bewaren? De beantwoording van de
ze vraag zal in de praktijk een min of meer politie
ke kwestie blijken te zijn.
Historisch onderzoek
Voor velen zijn archieven onlosmakelijk verbon
den met de mogelijkheden tot onderzoek daarin.
Daarom zal ik hieraan ook enkele passages wijden.
Bij (historische) onderzoekers heeft er altijd
veel interesse bestaan voor dit land dat meer dan
drie eeuwen, van 1667 tot 1975, formeel met Ne
derland was verbonden. Er is veel over Suriname
geschreven. Een goede oriëntatie op de verschenen
literatuur biedt de recent bijgewerkte bibliografie
van Suriname.18 Belangrijke boekencollecties in
Suriname zijn aanwezig in het Surinaams Museum
en de Anton de Kom Universiteitsbibliotheek.
Beide instellingen hebben onder meer grote delen
van de voormalige Koloniale Bibliotheek. In Ne
derland beschikken het Koninklijk Instituut voor
Taal-, Land- en Volkenkunde te Leiden en het Ko
ninklijk Instituut voor de Tropen te Amsterdam
over veel Surinamica.
In Suriname zijn vele archieven gevormd, de
oudst bewaarde stukken dateren van 1609. Maar
door alle veranderingen in het archiefbeheer en
het over en weer overbrengen van archieven tussen
Suriname en Nederland is het moeilijk om vast te
stellen wat waar aanwezig is. Door een tweetal bij
dragen van Vruggink en Paasman is de nodige
structuur in de warwinkel gebracht. Zij geven een
duidelijk overzicht van al het schriftelijke en niet-
schriftelijke bronnenmateriaal.1? Surinamespecia-
list Van Laar wijdde vervolgens een overzichtsarti
kel specifiek aan de archieven over Suriname.20
Het betreft dan vooral de archieven in Nederland
(en enkele in het buitenland). Over de archieven
in Suriname moest hij noodgedwongen globaal
blijven.
In het algemeen kan men vaststellen dat voor
de periode tot 1846 veel van het oude materiaal in
Nederland aanwezig is. Goed moeten onderschei
den worden de archieven van voormalige instel
lingen in Suriname (vanaf circa 1667) en de archie
ven van belang voor de Surinaamse geschiedenis
van instellingen die in Nederlan.dsN3.Kn gevestigd,
zoals de Staten Generaal, de Westindische com
pagnieën, de Sociëteit van Suriname of het minis
terievan Koloniën.
In Nederland zal men weinig problemen bij het
onderzoek ondervinden. Het meeste materiaal is
openbaar en redelijk tot goed geïnventariseerd,
dit in tegenstelling met Suriname. Het Landsar-
chief aan de Gravenstraat beschikt, zoals gezegd,
over een klein depot en dito studiezaal, waar ei
genlijk alleen gedrukte besluiten en kranten kun
nen worden geraadpleegd. Hoewel er in het land
nog veel belangrijke archieven zijn, zal archiefon
derzoek voorlopig veelal niet of moeizaam moge
lijk zijn. Over de (on)mogelijkheden dient men
de landsarchivaris te consulteren.
Tot slot
De archiefzorg in Suriname staat al decennia lang
op een laag niveau. Dit geldt voor zowel de Lands-
archiefdienst als de archiefafdelingen van de mi
nisteries. Het is ook al jaren duidelijk dat er wat
gedaan moet worden. Maar wanneer gebeurt het
en wie doet wat? In de eerste plaats zal Suriname
zelf moeten zorgen voor een goede infrastructuur.
Het land zal moeten zorgen voor voldoende per
soneel en goede archief- en kantoorruimte, pas
dan kan er zo nodig vanuit Nederland know how
en andere hulp worden ingebracht. Waar zou die
hulp uit kunnen bestaan? We moeten dan denken
aan hulp bij ordening en inventarisatie, restaura
tie en conservering, microverfilming, opleiding
van archief- en restauratiepersoneel. Echt acuut
zijn de redding en macro-ordening van het Suri
naamse oud-archief in de dependance aan de
Duisburglaan en de restauratie van registers van
het hypotheekkantoor.
De uitvoering van plannen uit het verleden is
Z2o
telkens blijven steken. De plannen opgesteld tij
dens en na het bezoek in 1990 waren concreet en
hoopvol, ware het niet dat de 'telefooncoup' van
kerstavond 1990 roet in het eten strooide, en een
en ander weer opnieuw is uitgesteld.
Niettemin is in maart 1991 het bovengenoemde
rapport naar de ministers van Ontwikkelingssa
menwerking, Buitenlandse Zaken en wvc gezon
den. Daarnaast heeft de Gemengde Commissie
voor de Surinaamse Archieven zich over het rap
port gebogen. De commissie zag het als een goede
basis om verdere stappen te ondernemen teneinde
de deplorabele archiefsituatie weer enigszins ten
goede te laten keren.
Maar ook kwam er snel een reactie van Buiten
landse Zaken. Afhankelijk van de politieke con
stellatie in Suriname - de aanwezigheid van een
democratisch gekozen regering - is het ministerie
bereid de in het archiefrapport aanbevolen korte-
termijn-projecten over te nemen in het program
ma voor culturele samenwerking met Suriname.
Maar momenteel - medio augustus 1991 - is het
land nog steeds in ontreddering en is er zelfs nog
geen nieuwe president benoemd. Ondertussen
blijft het Surinaams oud archief, gestort op een
hoop in een open loods in een buitenwijk van Pa
ramaribo, gewoon liggen. Nog even en er is niets
eens meer een archivaris nodig.
Summary
A burning question: archives in Suri
nam For at least a hundred years archives in
Surinam have regularly been the subject of discus
sion and concern. The archival situation in this
former Dutch colony is far from ideal. As there
is no archival legislation and no coherent policy,
Surinam's archives are rapidly deteriorating. The
climate, which is damp and hot, and the fact that
the country's capital Paramaribo is a wooden city
in which fires are a common occurrence are also
factors which are detrimental to the archives. In
addition, the economy is in a state of depression
and the improvement of the archival situation is
therefore not very high on the agenda. At the
request of the Dutch government P. J.Margry and
G. W. van der Meiden visited Surinam and made a
pilot study of the archives.
1 Met dank aan drs E. van Laar voor
zijn opmerkingen bij het concept
van dit artikel.
2 A. Telting, 'Verslag omtrent de
oude archieven van Suriname en
Curasao', in: Verslagen omtrent 's
Rijks oude archieven 23 (1900),
897-906, metLijst van de oude
administratieve archieven der Ko
lonie Suriname', 907-940. Neder-
landsch Archievenblad 24 (1915-
1916), 86.
3 Ibidem, 86-88.
4 'Een archiefreis in West-Indië in
1965' (1), in: Nieuwe West-Indische
Gids46(1968), 261-287 en 11 'n:
47(1969), 67-90; het hoofdstuk
over Suriname staat op de pagina's
280-287.
5 E. van Laar, 'Een bezoek aan de
West', getypt rapport van 3 janua
ri 1975 aan de algemene rijksarchi
varis.
6 C. Dekker en H. L. P. Leeuwen
berg, Verslag van een oriënterend
en adviserend bezoek aan de archie
ven van de provincie Suriname van
de Unitas Fratrum, maart/april
1978 (z.p.,z.j.).
7 P.J. Margry en G. W. van der Mei
den, Rapport inzake de archiefzorg
in de Republiek Suriname, 's-Her
togenbosch/'s-Gravenhage, fe
bruari 1991. 48 bladzijden.
8 Verslag van de Interdepartementale
Archiefcommissie. Paramaribo:
Ministerie van Onderwijs en
Volksontwikkeling, augustus 1981.
48 bladzijden en bijlagen.
9 A. Graafhuis, 'Transport en ont
smetting van oude Westindische
archieven in 1916', in: Nederlands
Archievenblad%\{\<)77), 238-251.
10 Verslag omtrent 's Rijks Oude Ar
chieven 1913, 43.
11 Koninklijk Besluit van 12 mei 1930
(Stbl. 165); in november van dat
jaar kwamen de archieven op het
Algemeen Rijksarchief aan.
12 Zie De Vrije Stem (Paramaribo)
van 22 november 1974.
13 Na de brand van 1821 is er een in
ventaris gemaakt van de overge
bleven archieven. Een exemplaar
van deze inventaris bevond zich in
de voormalige Koloniale Biblio
theek in Paramaribo. Na de brand
van 1832 kreeg in 1835 een advocaat
te Paramaribo, mrT. M. Lotze,
van gouverneur Van Heeckeren de
opdracht het oud-archief te be-
[22l]