nog een grote hoeveelheid archief (onder meer
zijn [geheim] kabinetsarchief, tot 1975) naar het
Algemeen Rijksarchief. Niettemin achten nog
steeds velen de langdurige bewaring van Suri
naams archief in Nederland het beste, tenminste
zolang er in eigen land geen voorzieningen zijn ge
troffen. Met name onder particulieren leeft er wei
nig hoop meer op een goed en deugdelijk door de
overheid georganiseerd archiefbeheer. Dan haalt
men aan dat er sinds het einde van de vorige eeuw
gesproken wordt over een brandvrij archiefdepot
en dat nog steeds het historisch zo belangrijke
materiaal in houten huizen en kelders in de stad
Paramaribo wordt opgeslagen. En niet zomaar
opgeslagen, maar in zulk een wanorde en onder
zulke slechte condities dat slechts.weinig is te vin
den, laat staan te raadplegen. Selectie van de mo
derne archieven hoeft zelfs niet meer plaats te
vinden, 'dat laten we aan de natuur of aan calami
teiten over', zoals in 1990 cynisch werd opge
merkt.
Het meest navrante voorbeeld is het hulpdepot
van het Landsarchief aan de Duisburglaan. In de
ze aan twee zijden geheel open (niet afsluitbare)
loods, is na de brand bij het ministerie van Al
gemene Zaken (voormalig hulpdepot van het
Landsarchief) in haast door gedetineerden het
grootste deel van het oud-archief van Suriname
overgebracht. Alles wat eens op volgorde was ge
bracht, is hier weer in een volslagen chaos her
schapen. Een ieder, inclusiefhet rondom grazende
vee, kan er binnen. Dan ben je - heel kort - blij dat
men in Suriname weinig interesse voor archieven
heeft.
De kwestie van de teruggave van de archieven
speelt - terecht - nog sterk in Suriname. In het rap
port van de Interdepartementale Archiefcommis
sie van 1981 komt het herhaaldelijk aan de orde en
is er naarstig gezocht naar rechtsgronden voor te
ruggave. Zelfs de in Nederland gevormde archie
ven probeerde de commissie daarvoor aan te mer
ken.
Het dynamisch en semistatisch personeelsarchief
van het ministerie van Openbare Werken
Oude plantagewoning met borstbeeld op de plan
tage Alliance
De problematiek is toch minder zwaar dan ze
lijkt. Immers, Nederland hanteert in deze het
standpunt dat het momenteel fungeert als (tijde
lijk) zaakwaarnemer ten aanzien van in Nederland
bewaarde en in de vroegere koloniën gevormde ar
chieven. Maar van teruggave kan alleen sprake
zijn als aan de voorwaarden van een structureel
goed archiefbeheer wordt voldaan.
Vurig Paramaribo
Het specifieke houten karakter maakt Paramaribo
tot een prachtige stad. Vooral in het historische
centrum is de oude sfeer goed bewaard gebleven.
De meeste huizen zijn gebouwd op een bakstenen
onderstuk en verder uit hout opgetrokken, ge
schilderd in respectievelijk bruinrood en wit. Een
onmiskenbaar Caraïbische sfeer met oud-Neder
landse elementen. Een deel van de straten is bo
vendien gestoffeerd met fraaie koningspalmen en
enorme mahoniebomen. Maar schoonheid heeft
vaak ook iets verraderlijks. De prijs van deze fraaie
houten stad is het grote brandgevaar. De vele (ar
chief) branden zijn daardoor weer een andere rode
draad in de geschiedenis van het land.
In de negentiende eeuw waren er grote stads
branden in 1821 en 1832 waarbij belangrijke ar
chiefbestanden verloren zijn gegaan.'3 Toen Mor
ren in 1915 zijn eerste stappen in Paramaribo zet
te, brak er direct een grote brand uit. Vanwege
het verlies van archiefmateriaal schreef hij de al
gemene rijksarchivaris: 'de archiefzaak is nu een
brandende quaestie geworden'. Op de dag van
zijn aankomst in 1974 hoorde Van Laar dat zojuist
het ministerie van Openbare Werken en Verkeer
inclusief het archief was afgebrand. Met deze
voorbeelden wordt geen pyromanisch verband
met archivarissen gesuggereerd, maar is alleen be
doeld om de regelmaat aan te geven waarmee
branden voorkomen en de vernietiging van ar
chieven plaatsvindt. In 1990 was ons de grond nog
net niet zo heet onder de voeten geworden, maar