land maakt toch een spoedigen maatregel nood zakelijk. Na den gebleken onwil der heeren Pro fessoren om ten deze mede te werken (immers, eenmaal op hun strijdros gestegen, hebben zij geen acht gelieven te slaan op de schitteren de voorwaarden van het Departement van Kolo niën) zal men wel buiten hen om dienen te hande len.' Ma het pensioen Veel veranderde er niet na het pensioen van De Haan in 1923. Diens opvolger werd de leraar Ne derlands aan de Koning Willem Ill-school, dr E. C. Godée Molsbergen. Een archivaris was hij niet, laat staat een 'archivaris dictator'. Pas in 1925 werd een adjunct benoemd. Nota bene Bloys van Tres long Prins. De Compagnieskamer in het Museum van het Bataviaasch Genootschap. Alle foto's zijn gereprodu ceerd uit Oud Batavia, het in de jaren 1922-1923 verschenen, driedelig gedenkboek anderingen en bijbouwingen zullen zijn geschied, voor hetgeen verder voorhanden is en alsnog zal worden opgenomen. De Landsarchivaris zal dan, nadat hem het noodige personeel is toegevoegd, al voelend en tastend en voortdurend rekening hou dend met de Indische werkelijkheid, den weg kunnen zoeken om zijne bemoeiing uit te breiden tot een toezicht op departementale en andere ar chieven, een arbeid waarbij hij niet als Dictator zal kunnen optreden, maar te werk zal gaan in be daard overleg met andere autoriteiten. De patriar chale periode van het Landsarchief, toen met zeer geringe middelen werd gearbeid (de heer Van der Chijs heeft nooit zelfs een klerk gehad en ik heb den eersten tijd mijn klerk uit eigen zak betaald) zal dan zijn afgesloten. Ik help het den heer Co lenbrander wenschen, dat het publiek zich alsdan zal opmaken naar het gebouw op Molenvliet en den Landsarchivaris het geschiedkundig onder zoek uit handen zal nemen, dat den Leidschen ge leerde "dagelijks" stof levert voor het geven van colleges in Indische historie. Voorloopig echter zijn wij daarmede niet geholpen en mijn naderend vertrek naar Neder- Bij De Haan was de fut eruit. Hij had een kist met afschriften van Indische archiefstukken mee naar Nederland genomen. Maar 'eenmaal buiten de oude, vertrouwde archiefomgeving getreden, bleek de bezieling, zonder welke die arbeid onmo gelijk was, zich in de koele Nederlandse atmosfeer spoorloos te hebben opgelost. De kist met papie ren bleef gesloten, de inhoud kon beschimmelen en verbleken'. De Haan schreef dit in zijn inlei ding op zijn laatste publikatie 'Personalia der pe riode van het Engelsch bestuur over Java, 1811- 1816'. Het artikel werd afgedrukt in 1935 in de Bij dragen tot de taal-, land- en volkenkunde van Nederlandsch-Indiëf.K.i), bladzijden 477-681. In 1935 verzorgde hij ook nog een tweede her ziene uitgave van Oud Batavia, bestaande uit één deel tekst van 869 bladzijden (ditmaal wel met een register) en het platenalbum. Verder werd van De Haan niets meer vernomen. Hij overleed op 16 augustus 1938 te Haarlem. Summary Portrait of F. de Haan (1863-1938), archivist in the Dutch East Indies 1905-1922. A wilful, often difficult but always colourful man, F.de Haan left for Batavia, East Indies, in 1895, and was appoin ted archivist for the Dutch government in 1905. In the years previous to his appointment he had worked as a private teacher and published various articles on the East India Company. Furthermore he was commissioned by the archive to embark upon an historical study on certain aspects of the East India Company. This took several years, the work appeared between 1910 and 1912 and com prised eight parts in four volumes. De Haan had his very own views on the tasks of an archivist: publishing was foremost among them. Publikaties van F. de Haan 1892 Annotationes adDemosthenis quae orationem Lacriteam. Leeuwar den, Eekhoff. xxiv 88 biz. 1895 'De "Académie de Marine" te Batavia', in: tbg (38), 551-617. 1897 'Naar Midden Sumatra in 1684', in: TBG (39), 327-336. 1897 Catalogus der boeken en kaarten uitmakende de bibliotheek van den Raad van Indië. Batavia, 's Lands drukkerij. 68 blz. 1898 'Iets aangaande den dood van Francois Tack te Kartasoera', in: tb g (40), 335-338. 1898 Uit Oud-Batavia; de Portugee- sche Buitenkerk; uitg. ten bate van een fonds tot het restaureeren dier kerk. Ba tavia, Kolff. 79 blz. 1899 'Jacobijnen te Batavia', in: tbg (41), 103-190. 1900 'Uit oude notarispapieren, 1', in: tbg (42), 297-308. 1901 'De historie van een oudgast', in: tbg (43), 195-225. 1902 'De Heer Faes en de geschiede nis van Buitenzorg', in: Tijdschrift voor Nijverheid en Landbouw in Ne- derlandsch-Indië, 98-128,157-186. 1903 'Uit oude notarispapieren, 11: Andreas Cleyer': in: tbg (46), 423- 468. 1907 Dagh-register, i6y8. Batavia enz., Landsdrukkerij enz. iv 815 blz. 1909 Dagh-register, 1679. Batavia enz., Landsdrukkerij enz. 11 677 blz. 1910-1912 Priangan; de Preanger- Regentschappen onder het Neder- landsch bestuur tot 1811. Batavia, Bataviaasch Genootschap. 8 delen in 4 banden. 1912 Dagh-register, 1680. Batavia enz., Landsdrukkerij enz. iv 898 blz. 1917 'De laatste der Mardijkers', in: B KI, 219-254. 1917 'Het Oud-Archief te Weltevre den (Batavia)', in: DeNederlandsche Leeuw, 242-245. 1919 De Portugeesche Buitenkerk, in gewijd te Batavia a.d. 1697; uitg.ter viering van een 300-jarigen gedenkdag van de stichting van Batavia, 30 mei 1919. Weltevreden, Albrech Co. 33 blz. 1919/21 'Mijne schenkpiring', in: tbg (59), 1-20. 1919/21 'Jan Pietersz. Coen', in: tbg (59). 32-7-350- 1922-1923 Oud Batavia; gedenkboek uitg. door het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen naar aanleiding van het driehonderdjarig bestaan der stad in 1919. Batavia Kolff. 3 dln. 1935 'Personalia der periode van het Engelsch bestuur over Java, 1811-1816', in: bki 477-681. 1935 OudBatavia-, 2fherz. dr Ban doeng, Nix. 2 din.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1991 | | pagina 11