V
Mr S. Gratama.
Uit: nab 31, 67.
chiefbeheer betreft, tot districten, met een gezamelijke archivaris, heeft pas
een halve eeuw later invulling gekregen, al denk ik niet dat er tussen de toen
malige suggestie enerzijds en de formele instelling van het streekarchivariaat
in de Kring Oosterhout per 1 januari 1955 anderzijds enig causaal verband be
staat.5 Met dat streekarchivariaat werd in de provincie Noord-Brabant de eer
ste stap gezet op de weg naar de organisatie van professioneel archiefbeheer
voor alle gemeenten in die provincie. Vijfendertig jaar later werd de cirkel daar
gesloten: met het toetreden van de gemeente Oost-, West- en Middelbeers per
1 januari 1990 tot het streekarchivariaat 'In het Kwartier van Oisterwijk' zijn
alle Noordbrabantse gemeenten, al dan niet in een samenwerkingsverband, van
een archivaris voorzien. Het feit op zich is voor onze collega s, en dan vooral
de opeenvolgende provinciale archiefinspecteurs in die provincie, een felicita
tie waard, en terecht is aan die gebeurtenis onlangs een feestelijke bijeenkomst
gewijd. Ik zou er echter mijn hand niet graag voor in het vuur willen steken,
wanneer het er om gaat aan te geven welke provincie als volgende het dekkend
net gerealiseerd ziet, als de toetreding als voorheen op basis van vrijwilligheid
moet geschieden.
En passant heb ik hiervóór nog twee zaken genoemd, die in de afgelopen pe
riode in de aandacht hebben gestaan. Allereerst de nieuwe Archiefwet: binnen
onze vereniging leidde een passage in de concept-reactie op het eerste vooront
werp tot enige commotie, maar met de uiteindelijke versie konden alle partij
en vrede hebben.6 De aangepaste versie van de wet-het zogenaamde tweede
voorontwerp - leidde tot een zeer uitvoerige en grondige reactie van de Archief-
raad, die in het laatst van zijn zelfstandig bestaan nog even alle registers open
trok.7 In hoeverre de wetgevingsjuristen aan de verlangens van de Archiefraad
106
Gemeente- en streekarchieven in Noord-Brabant 1-1-1990
Land van Heusden en
f Altena
Brabant-Noordoost
Langs Aaen'Dommel
De
Jvlarkkant
Nassau-
Brabant
JIn de kring'
Oosterhout
In het°*4""wi
Kwartier van
lOisterwijk
Peelland
Regio Eindhoven
Kempenlapd
gemeentearchieven
0 archiefambtenaar ter secretarie
tegemoet zullen komen, is voor ons eenvoudige stervelingen pas over geruime
tijd te beoordelen. Het bijgestelde ontwerp zal, naar ons werd meegedeeld,
een dezer dagen naar de Raad van State gaan. Hoe lang de procedure daar
in beslag neemt, is niet met zekerheid te zeggen, maar meerdere maanden zijn
er minstens mee gemoeid. Parallel hieraan loopt de behandeling in de Minister
raad, waarin de ministers hun fiat moeten hechten aan de financiële en perso
nele consequenties van de verkorting van de overbrengingstermijn voor hun
respectievelijke departementen. De uitkomst van dit laatste beraad is van es
sentieel belang voor onze collega's bij de Rijksarchiefdienst, gezien de extra
werklast die de verkorting voor hen met zich mee zal brengen. Pas als deze
beide trajecten met gunstig resultaat zijn afgewerkt, komt de tekst van het de
finitieve ontwerp van wet naar buiten, voor de publieke behandeling in de Twee
de Kamer. Het spreekt voor zich dat het bestuur van de van daarbij alert zal
zijn en waar nodig zijn stem zal laten horen.
Wat in het afgelopen jaar ook is veranderd, is de Archiefraad, hiervoor al
een paar keer genoemd. Dit lichaam dat was ingesteld om de minister gevraagd
of ongevraagd over archiefzaken van advies te dienen, heeft zijn zelfstandig
heid per 1 januari jongstleden verloren en is opgegaan in de Raad voor het
Cultuurbeheer. In afdeling ii van die Raad: de Rijkscommissie voor de Ar
chieven, is de materiële situatie echter ongewijzigd gebleven. In de personele
sfeer is ook zeer veel bij het oude gebleven, of, wat het secretariaat aangaat,
is men naar het oude teruggekeerd, maar het bestuurlijk-juridische en weten
schappelijke element in de commissie is versterkt door de benoeming van mr
J.T. Anema, notaris te Utrecht, en de hoogleraren Blom en Klep, docerend
respectievelijk in Amsterdam en Nijmegen. De benoeming van collega Woel-
derink betekende de erkenning van zijn verdiensten voor het archiefwezen.
107