Dat niet alle petten dezelfde kant op hoeven wijzen werd ook door de alge meen rijksarchivaris beaamd, maar zijn stelling dat binnen een dienst over eenstemming over de koers en veranderingsgezindheid moet heersen, ontlokte de nodige discussie. Een aantal aanwezigen zag oppositie juist als een garantie voor dynamiek binnen een dienst. Vragen die tijdens de discussie opkwamen, waren onder meer of er wel overeenstemming over de doelstellingen bestaat en hoe autoritair de ara de door hem genoemde zeven principes (te weten de koers, eensgezindheid, eenstemmigheid, rationele besluitvorming, prestatie gerichtheid, veranderingsgezindheid en integriteit) dacht door te kunnen voe ren. Het antwoord moet met name in een daarop gericht personeelsbeleid wor den gezocht, zo luidde de repliek. Of met een nieuw personeelsbeleid ook een mentaliteitsverandering in de be nadering van deeltijdwerk en kinderopvang wordt bereikt, is nog maar de vraag, temeer daar de meerderheid der toehoorders van dit onderwerp uit vrouwen bestond. Volgens inleider P. van der Wiel, beleidsmedewerker arbeidsvoor waardenbeleid van het College voor Arbeidszaken van de vng, heeft welis waar 40% van de bij gemeenten werkzame mannen belangstelling voor deel tijdwerk, maar wordt werken in deeltijd nog steeds voor 77% door vrouwen in de praktijk gebracht. De aarzelende houding bij de mannelijke collegae is wellicht te verklaren uit de feiten, dat deeltijdwerk als minder serieus woidt gezien, het loopbaanperspectief aanzienlijk geringer is en er altijd aanvallen op de rechtspositie van deeltijders worden ondernomen (de deeltijder als ar- beidsreservist, doktersbezoek in werktijd etc.). Gebleken is, dat de productiviteit bij deeltijders hoger ligt, het verzuim lager en dat er geen nadelen aan de loonkosten zijn verbonden. Een nieuw fenomeen is het 'ouderschapsverlof', het recht van ouders van een kind onder de vier jaar om 'onbetaald' verlof op te nemen, waarvoor een gedeelte van het salaris terugontvangen wordt. Evenals het kraamverlof is de ze regeling bedoeld om de kinderopvang over beide ouders te spreiden en daar mee te stimuleren, dat vrouwen met kinderen kunnen blijven werken. In de discussie vroeg men zich af of deze regeling niet een verkapte bezuiniging is gezien de daaruit voortvloeiende besparing wanneer de aibeidsplaats niet tij delijk wordt vervuld. Een parallel met de adv ligt voor de hand. De kinderopvang heeft raakvlakken met deeltijdarbeid. De discussie draai de om de kosten en de 'stalling' van de kinderen. Wat is de taak van de werk gever? Mag je verwachten dat de gemeentelijke overheid de buurtcrêche niet subsidieert, maar wel een 'bedrijfscrêche' ten behoeve van eigen werknemers begint? Bedrijven zijn er in toenemende mate eerder toe geneigd ouderscollec- tieven te subsidiëren dan een eigen bedrijfscrêche te runnen. De leukste knuppel in het hoenderhok was de vraag of mensen 'van buiten' een bedreiging voor archivistisch geschoold personeel zijn. Voor de functies die door hogere en middelbare archiefambtenaren worden vervuld, achtte dr F. Keverling Buisman de archiefopleiding vereist, evenals de nodige bij- en na scholing. Training on the job, het bijhouden van relevante literatuur en exter ne contacten doen de rest. Managementtalent dient overigens wel aanwezig te zijn. Een 'outsider', die na zijn of haar aanstelling als manager bij een ar- 5 4

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1990 | | pagina 3