Ten opzichte van de voorafgaande periode blijken zich geen fundamentele ver
anderingen voorgedaan te hebben. De al uitgezette lijnen worden krachtig door
getrokken. Hoofdzaak is een bijdrage te leveren aan de oplossing van politie
ke en economische problemen van partij en staat. Tevens dient de Oostduitse
archiefwereld de ideologische arbeid van de partij te ondersteunen. Een en an
der heeft onder andere geresulteerd in het aandragen van bewijsmateriaal te
gen oorlogsmisdadigers in de Bondsrepubliek en waardevolle bronnenpubli
caties over de geschiedenis van de arbeidersbeweging.
De Oostduitse archivarissen maken zich eveneens verdienstelijk met de in
richting van tentoonstellingen. De veranderende verhouding tussen de beide
Duitse staten weerspiegelt zich in de expositie 'Barock in Dresden', die in 1986
in Essen te bewonderen was en in de totstandkoming waarvan de Oostduitse
collegae een belangrijke aandeel hebben gehad.
Gerhart Enders levert een bijdrage aan de geschiedschrijving van het archief
wezen (nr. 2, 63-67). Met name zijn waarneming dat het archief pas in de ne
gentiende eeuw tot de status van wetenschappelijke instelling is opgeklommen,
toen steeds meer historici de plaats van juridisch geschoolde archivarissen over
namen, behoort Nederlandse archivarissen tot nadenken te stemmen.
Ook in het Oostduitse archiefwezen heeft de computer ondertussen zijn intre
de gedaan, zoals te lezen is in een artikel met een overzicht van de ontsluiting
van archiefbestanden bij de staatsarchieven vanaf 1976 (nr. 3, 101-105). De
automatisering van de informatievoorziening heeft een aanvang genomen na
het desbetreffend besluit van de elfde partijdag van de sed in 1986. Voor het
wegwerken van een inventarisatie-achterstand heeft men de computer niet no
dig, want 96% (zesennegentigprocent) van de beheerde archieven blijkt voor
onderzoek goed toegankelijk te zijn.
Evenals in West-Duitsland is de band met de wetenschap der geschiedenis
sterk. Zo acht men het van beslissende betekenis dat archivarissen actuele histo
rische literatuur bestuderen om de archieven zo adequaat mogelijk te kunnen
ontsluiten. Met andere woorden, de vraagstelling van een bepaalde doelgroep
speelt een belangrijke rol bij de vaststelling van prioriteiten bij de ontsluiting
van archieven.
In de afleveringen 4 en 5 vinden we het verslag van het zevende centraal we
tenschappelijk congres van de Staatsarchiefdienst van maart 1987 in Maag
denburg. Een veelheid aan onderwerpen passeerde daar de revue, nadat de
besluiten van de elfde partijdag van de sed en de gevolgen daarvan voor het
archiefwezen eerst waren afgehandeld.
Aflevering 5 opent met een artikel van de hand van Roland Leipold, direc
teur van de Staatsarchiefdienst, ter herdenking van 70 jaar Oktoberrevolutie.
Kennelijk achtte men één artikel te mager voor deze ongetwijfeld historische
gebeurtenis, want ook in aflevering 6 bijt een herdenkingsartikel het spits af,
nu van de Russische toparchivaris F. M. Vaganov.
Maar alle ideologie en politiek ten spijt is duidelijk dat de Oostduitsers, even
als de Westduitsers, hun archieven goed op orde hebben.
R. H. Krans
88
Latijns-Amerikaanse publikaties
Sedert januari 1987 geeft de Asociación Latinoamericana de Archivos een drie
maandelijks orgaan uit, Ala (vleugel) geheten. Onder deze naam, maar dan met
hoofdletters geschreven, maakt Latijns-Amerika als één van de negen regiona
le takken deel uit van de Conseille Internationale des Archives.
Tot nu toe zijn drie afleveringen ontvangen die er schitterend uitzien. Het
omslag is in vierkleurendruk met steeds andere ontwerpen en slogans. Ook aan
de vormgeving van het binnenwerk, gemiddeld 70 bladzijden, is veel aandacht
besteed. Het middenblad is in vierkleurendruk uitgevoerd, de overige bladzij
den zijn van een steunkleur voorzien en rijk geïllustreerd.
Het tijdschrift heeft een sterk internationaal karakter en speelt in op de akti-
viteiten van de cia. De artikelen zijn geschreven in het Spaans of Portugees en
niet voorzien van samenvattingen in andere talen. Het is niet de eerste keer dat
in Latijns-Amerika wordt geprobeerd een archieftijdschrift van de grond te krij
gen. Reeds vanaf 1950 is men daarmee bezig. Aanvankelijk werd getracht sa
men met Noord-Amerika tot een uitgave te komen, maar dat mislukte. Uitein
delijk resulteerden de inspanningen in 1974 in de totstandkoming van het Boletin
Interamericano de Archivos uitgegeven door het Centro Interamericano de For-
mación de Archiveros, een instituut van de Universiteit van Córdoba in Argen
tinië. Het blad was bedoeld voor het archiefwezen in Latijns-Amerika, waar
onder het Caraïbische gebied. Het was in het Spaans gesteld en wat de behandelde
thema's betreft, coördineerde het zijn aktiviteiten met Archivum en The Ame
rican Archivist.
Het Archivo General de la Nación van México gaf van 1983 tot 1985 een ei
gen tweemaandelijks tijdschrift uit, genaamd Boletin delSistemaNacionalde
Archivos, totaal elf nummers met in het laatste een register op alle afleverin
gen. Het waren veelal themanummers. Zo was nummer 7 (september/oktober
1984) gewijd aan de gemeentearchieven in México.
Terug naar het nieuwe tijdschrift A la. Zoals reeds eerder opgemerkt, het tijd
schrift besteedt veel aandacht aan de cia. In de eerste aflevering vindt men dan
ook de statuten van de cia en een beschrijving van de ontwikkeling van deze
instelling tot op heden. In de derde aflevering worden de regionale takken be
handeld. Een regelmatig terugkerend onderwerp is 'vorming en opleiding'. Nor-
ma de Góes Monteiro, vertegenwoordigster van de ala in het Comité Vorming
en Training van de cia, en Maria Odila Kahl Fonseca, hoogleraar archivistiek,
geven een overzicht van de archiefscholing in Brazilië (aflevering 1).
Amanda Rosales Bada, medewerkster van het Archivo General de la Nación
te México, zet uiteen hoe México voor scholing aangewezen is op uitwisse
lingsprogramma's met maar liefst 36 landen (aflevering 2). In de derde afleve
ring wordt verslag gedaan van een Seminar georganiseerd door het Arquivo Na
cional do Brasil te Rio de Janeiro onder auspiciën van de unesco, waarin
aanbevelingen worden gedaan voor de oprichting van een archiefcursus voor
beheerders van de traditionele historische archieven in Latijns-Amerika.1
Het eerste artikel in dit nieuwe tijdschrift is van de hand van Eric Ketelaar
in zijn hoedanigheid als secretaris van de citra (Conférence internationale de
la Table Ronde des Archives). Deze organisatie kwam in 1986 te Helsinki bij
een en behandelde het thema 'Centralisatie en decentralisatie van archieven'.
89