Kengetallen en archiefdiensten Kwantificering van gegevens bij middelgrote archiefdiensten J. N. T. van Albada1 Heer A. J. Fetmenger als Boekhouder der Stadsrekenkamer' 17 Archief nr. 5079, Gemeenteraad, Munimenten 1851/141, Memorie van toelichting bij de 'In structie voor den Stedelijken Ontvanger van Amsterdam', 30 december 1851/14 januari 1852. 18 'Overzicht van de organisatie en de ontwikke ling van de secretarie der Gemeente Amster dam sedert de invoering van de Gemeentewet in 1851' (typescript Gemeente-archief Amster dam, z.j.) 38. 19 Archief nr. 5177, afd. financiën, 1814/128, 128a, 'Ontwerp van organisatie voor de admi nistratie der Stedelijke Impositiën en Belastin gen' (inleiding). 20 F. n. sickinga, Geschiedenis der Nederlandsche belastingen sedert het jaar 1810 n (Utrecht, 1883) 2, 217; zie ook: Reglement voor het oc trooi der Stad Amsterdam (Amsterdam, 1812). 21 Ingevolge 'Proclamatie van den 21sten Novem ber 1813' moesten alle belastingen 'op den ei gen voet als tot dusverre worden geheven' (Staatsblad der Vereenigde Nederlanden van het jaar 1813, no. 1). 22 'Besluit van den 23sten December 1813, no. 8, houdende een Reglement op het heffen van Stedelijke en Plaatselijke Belastingen', Staats blad 1813, no. 15; sickinga, Belastingen, 218. 23 'Ontwerp...' (zie noot 19); vergelijk archief nr. 5166, Burgemeesteren, resolutieboek 1814, p. 22. 24 Archief nr. 5209, Gemeente-ontvanger, inv. nrs. 39-122. 25 Reglement op de invordering der eigen indirec te belastingen voor de stad Amsterdam (Amsterdam, 1815). 26 'Overzicht van de organisatie..' 37-38. 27 b.altena en d. van der veen, 'Een onbekende enquête naar broodconsumptie in Nederland in 1890', Tijdschrift voor Sociale Geschiedenis 12 (1986) 136-138. 28 c.Lis, h.soly, 'Food Consumption in Antwerp between 1807 and 1859. A Contribution to the Standard of Living Debate', in: The Economic History Review 30 (1977) 460-486. 29 chr. vandenbroeke, 'Voedingstoestanden te Gent tijdens de eerste helft van de 19e eeuw', in: Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschie denis 4 (1973), 109-169. 30 r. laurent, 'Une source: les archives d'octroi', in: Annates (ESC) 12 (1957) 197-204. 31 a.knotter en h.muskee, 'Conjunctuur en le vensstandaard in Amsterdam 1815-1855. Een onderzoek op basis van plaatselijke accijnzen', in: Tijdschrift voor Sociale Geschiedenis 12 (1986) 153-181. 32 j.j. voskuil, 'De weg naar Luilekkerland', in: Bijdragen en Mededelingen betreffende de Ge schiedenis der Nederlanden 98 (1983) 460-483. 33 h.f.j.m. van den eerenbeemt, 'Het groene front in een gouden rand. 50 delen jaarboek neha 1915-1987', in: Economisch- en sociaal historisch Jaarboek 50 (1987) 28. Summary The archives concerning the local finances as a source for research The archives of the financial administration of the city of Amsterdam are a magnificent source for alle kinds of historical research. The author descri bes the several tax-records over the years 1815-1855, especially the excise-records of Amsterdam. Then he shows how these papers can give a more detailed view of the development of the consumption and the standard of living. 242 1 Inleiding Het systematisch verzamelen van kengetallen heeft tot doel het verzamelen van gegevens op grond waarvan informatie beschikbaar komt over de effectiviteit de efficiëntie gebruik van capaciteit en personeel. Kengetallen zijn niet meer dan indicatoren voor de omvang van bepaalde ver schijnselen. Door middel van kengetallen verkrijgt men informatie over bij voorbeeld de ontwikkeling van een bepaald verschijnsel in een bepaalde perio de of kan dat verschijnsel bij soortgelijke organisaties worden vergeleken. Zo kan bijvoorbeeld worden gemeten hoeveel rijbewijzen door een afdeling burgerzaken per jaar worden verstrekt. Een kengetal ontstaat door relatering van dit gegeven aan het bevolkingscijfer en geeft aan hoeveel rijbewijzen per duizend inwoners in dat jaar zijn verstrekt. Interessanter wordt het wanneer het aantal verstrekte rijbewijzen wordt gerelateerd aan het aantal daarvoor be nodigde mensuren of aan het aantal medewerkers; of wanneer de uitkomsten van deze metingen bij verschillende instellingen met elkaar worden vergeleken. Vervolgens kan worden onderzocht in hoeverre aanzienlijke verschillen het ge volg zijn van bijvoorbeeld een goede of slechte werkorganisatie (bijvoorbeeld geen delegatie van bevoegdheden), goede of slechte werkomstandigheden (bij voorbeeld ondoelmatige ruimten, grote loopafstanden), voldoende en voldoend geschoold personeel, enzovoort. Daarna kunnen conclusies worden getrokken ten aanzien van de noodzaak al dan niet tot wijzigingen in de bij het produc tieproces betrokken factoren over te gaan. Kengetallen behoren tot de normale werkinstrumenten voor het management van een organisatie. Maar zij dienen wel zinvol te zijn. Zo heeft het voor een archiefdienst weinig zin het aantal letters in een inventaris te tellen; ook al heeft het uitzendbureau de typist(e) aanbevolen vanwege zijn/haar typesnelheid en de kwaliteit van het geleverde product en is de archivaris tevreden vanwege de verzorgde uitvoering en het geringe aantal bestede uren (dus een lagere reke- 243

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1987 | | pagina 23