6 Rondvraag
Dr. A. J. Kölker informeert naar het vervolg op de nota archiefbeleid van
de minister. Caminada antwoordt dat er een concept-tekst voor een archief
wet gereed schijnt te zijn, maar dat de van hierover nog geen nadere medede
lingen heeft ontvangen.
Vervolgens wordt de vergadering gesloten, onder dankzegging aan de orga
nisatoren van het middagprogramma en met een woord van erkentelijkheid
voor de bv Erven van der Kamp te Groningen, die voor haar oudste particu
liere cliënt, de van, een facsimile-uitgave heeft verzorgd van paragraaf 1 van
de Handleiding van Muller, Feith en Fruin met een toelichting door
dr. F. C. J. Ketelaar.
De presentielijst werd getekend door 66 personen.
In memoriam
Mevrouw dr. M. E van Opstall 1934-1986
Dr. M. E. van Opstall tijdens een
receptie, die de minister van wvc,
mr. drs. L. C. Brinkman, op
13 december 1984 aanbood aan een
Japanse handelsdelegatie
Op 26 februari 1986 overleed op 51-jarige leeftijd het hoofd externe dienstver
lening van de Eerste Afdeling van het Algemeen Rijksarchief, dr. Margaretha
Elisabeth van Opstall. Historici, wier onderzoek gericht is op Azië, en in het
bijzonder op Japan, zullen de gedegen kennis die zij op dit terrein bezat en
haar onvermoeibare ijver missen.
Margot werd op 2 april 1934 in Leiden geboren als dochter van de rijksnij-
verheidsconsulent dr. Hendrik Johannes van Opstall en Constance Joanna
Baert. Na de lagere school doorliep zij het gymnasium-A aan het Haagse Van
Maerlant-lyceum. Ze behaalde het einddiploma in 1953 en ging vervolgens in
haar geboortestad geschiedenis studeren. Haar belangstelling voor landen buiten
Europa concentreerde zich in die tijd op China, zoals blijkt uit scripties over
onder andere de Chinese expansie naar Centraal-Azië in de Hoge Han-tijd (200
voor tot 200 na Christus).
Na haar doctoraalexamen (1960) koos ze aanvankelijk voor het onderwijs:
kinderen boeiden haar. Ze gaf les aan de Koninklijke h.b.s. in Apeldoorn
1961 -1963) en aan de Lorentzschoolgemeenschap in Arnhem 1961 -1971Van
oktober 1965 tot oktober 1967 combineerde zij haar leraarsbaan met een as
sistentschap bij prof. dr. W. Ph. Coolhaas, hoogleraar in de geschiedenis van
de overzeese betrekkingen aan de Rijksuniversiteit Utrecht.
Margot hechtte grote waarde aan menselijke contacten in een kleine gemeen
schap. De schaalvergroting die zich binnen het onderwijs aftekende wekte meer
en meer haar weerzin. In 1971 solliciteerde zij naar een functie op het Alge
meen Rijksarchief. Ze kreeg een stageplaats op de Eerste Afdeling, waar ze
met ingang van 1 november 1973 als chartermeester in vaste dienst kwam. Tij
dens de opleiding tot hoger archiefambtenaar voltooide zij haar proefschrift
De reis van de vloot van Pieter Willemsz. Verhoeff naar Azië, 1607-1612, waar
op ze 6 oktober 1972 in Leiden bij prof. dr. S. L. van der Wal en mevrouw
prof. dr. M. A. P. Meilink-Roelofsz promoveerde.
In de tijd, waarin Margot bij de rijksarchiefdienst kwam, was de kloof tus-
342
343