Lebrun en de 'homines novi' banken te benaderen voor een eventuele afdracht van hun archieven. Overi gens is het tekort aan archivisten zo nijpend, dat ongeveer 70% van het ar chiefmateriaal ongeïnventariseerd, op grote hopen, bij elkaar ligt. De bezoekers (per jaar komen er zo'n 300 a 500) zitten comfortabeler dan in Nepal: ze kunnen plaatsnemen in een ruime studiezaal met airconditioning. Ook de tentoonstellingsfaciliteiten zijn beter. Het nationaal archief stelt per jaar één a twee tentoonstellingen samen, die in gekopieerde vorm bovendien het land doorreizen en onder andere in scholen te zien zijn. Noot Drs. J. Hagen is historicus en verricht verschil lende werkzaamheden voor het Rijksarchief in Drenthe. Summary A visit to the national archives of Nepal en Thailand A visit to the national archives of Nepal en Thailand has led the author to two conclusions: the national archives in these countries do not fundamentally differ in the way they work from archives in developed countries; because of the lack of money, equipment and personnel the national archives of Nepal and Thailand have to face many problems, which have more or less been solved in developed countries. 128 A.E.M. Ribberink Het tweede eeuwfeest van de Franse revolutie en van de strijd van de patriot ten en bataven voor nationaal herstel vraagt in de komende jaren om herden kingen. In de monarchale vijfde republiek formuleerde president Mitterand in september 1981 de wens, dat de herdenking van 1789 recht zou doen aan het historische belang van de revolutie voor de ontwikkeling van mens en maat schappij. Er werd een regeringscommissie voor de viering van het bi-centenaire gevormd en de instelling van een Nederlandse subcommissie voor de herden king van de Bataafse en de Franse revoluties volgde. Een aantal Nederlandse archivarissen entameerde een onderzoek naar de 'homines novi' van de revo lutietijd. Bij het zoeken naar 'homines novi' gaat men uit van de veronderstel ling, dat enig jaar, 1789 of 1795, een breuk heeft betekend in de historische ont wikkeling. De vraag of deze veronderstelling juist is vormde de oorsprong van dit artikel. Samenhang en continuïteit Het tijdvak 1780 - 1830 kende samenhang in idealen en in personeel. Kenmer kend voor de ambtelijke continuïteit was Steven Dassevael (1770 - 1834). Das- sevael trad in 1790 in dienst bij de provincie Zeeland. Hij klom daar op tot cömmies-notularis. Te Middelburg raakte hij bevriend met de predikant Van der Palm, één van de oprichters van het plaatselijk comité révolutionair. In 1798 werd Dassevael naar Den Haag ontboden. Hij werd secretaris-archivaris van het Uitvoerend Bewind en behield deze functie onder het Staatsbewind, de Raad pensionaris, koning Lodewijk en koning Willem I. Als secretaris-archivaris van de regering en, na 1815, als secretaris van de Algemene Rekenkamer wijdde Dassevael zich aan het verbeteren van de structuren en de werkwijzen van de rijksadministratie en aan de coördinatie van wetgeving en uitvoering. De beslui ten van september 1823, waarbij de ministerraad werd ingesteld en de organi satie werd vastgesteld van de ministeries, bekroonden zijn inzet. Dassevael be hoorde met Van der Palm, Van den Ende, J. D. Meyer, C. Asser en Groen van Prinsterer senior, om slechts enkele roemruchte namen te noemen, tot diege nen die tussen 1780 en 1830 het land moderniseerden en de fundamenten leg den voor ingrijpende hervormingen. De namen van die vernieuwers, patriot ten en prinsgezinden, hervormden en niet-hervormden, protestanten en roomsen, christenen en joden, allen, die onder koning Lodewijk geleerd had- 129

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1986 | | pagina 17