project, beperkt van omvang maar gevarieerd aan inhoud, bood verschillende voordelen bij het testen van de standaard-software. De bewerker van dit pro ject, drs. Berkvens, beschikte reeds over ervaring met computers en was in staat zelf zijn gegevens in te voeren zonder verdere training. Bij het draaien van vele testprogramma's na afsluiting van dit bestand manifesteerden zich enkele belangrijke beperkingen van het DBM-pakket. Zo kon bijvoorbeeld onder dbm slechts één file van 32000 records onderhouden worden, sorteren was slechts op één veld tegelijk mogelijk en bij alfabetiseren geschiedde dit slechts op de eerste zeven karakters. Daarbij was het programma in Basic ge schreven en dientengevolge relatief traag, zodat sorteerroutines bij een wat groter bestand erg lang duurden. Bovendien was het zó gebruikersvriendelijk, dat allerlei, voor het zakenleven wellicht nuttige, routines automatisch ver richt werden, ook indien zij overbodig of ongevraagd waren. Deze beperkingen en de garantie van Euro-Data en Olivetti, dat de reeds aangemaakte bestanden proverbal, plakkaat, emilin en lgogleden (zie beneden) zonder veel problemen geconverteerd konden worden, deden ons besluiten over te gaan tot het zelf maken van de benodigde programma's in COBOL, een programmeertaal bij uitstek geschikt voor het werken met data bestanden. Inmiddels had Olivetti hiervoor een programmagenerator - CRECOS-beschikbaar. Dit is een programma, waarmee men ook zonder diepgaande kennis van cobol werkende programma's kan maken, die in te genstelling tot standaardprogramma's gemakkelijk aan individuele wensen aan te passen zijn. In de praktijk voldoet CRECOS uitstekend en voorziet in het grootste deel van onze behoeften. Vergelijkende testen tussen eenzelfde bestand onder dbm of cobol vielen zonder uitzondering gunstiger uit voor COBOL. Ik wil hierna de verschillende nog lopende of reeds afgesloten projecten kort beschrijven. Allereerst proverbal. Dit werd niet uit dbm geconverteerd om dat aan die versie nog teveel tekortkomingen kleefden, maar geheel nieuw in cobol aangemaakt, proverbal beoogt de ontsluiting tot op één niveau lager dan de oorspronkelijke indices door voor ieder regest één (zonodig meerdere) nadertrefwoord(en) te kiezen en verder plaats- en eigennamen te lichten en te voorzien van een vindplaats verwijzing met de oorspronkelijke rubriekaandui ding (hoofd) als hoofdtrefwoord. Per record is er plaats voor telkens één hoofdtrefwoord, nadertrefwoord, plaatsnaam en eigennaam, waardoor een eventuele onderlinge relatie behouden blijft, en de vindplaatsverwijzingen. Zonodig moeten van een regest dus meerdere records gemaakt worden. De bijlagen 1-3 geven een indruk van het project. Bijlage 1-het invoerscherm - laat de opbouw van het record duidelijk zien. In veld 1 wordt een uniek nummer ingevoerd dat verder alleen voor de computer als sleutel van belang is (keyedfile). De velden 2-5 spreken voor zich. In veld 6 wordt het verbaalnummer ingevoerd bestaande uit de in de index vermelde datum, gecodeerd als jj (zonder millenium) mmdd gevolgd door volgnummer of let ter in het verbaal, al naargelang het een verbaal van de Gouverneur of GS be treft. Veld 7 - het inventarisnummer waarin zich het verbaal bevindt - zal in een later stadium door middel van een update-programma ingevoerd worden. Veld 8 bevat het bladzijdenumnver van de index en in veld 9 wordt door mid del van een de afwezigheid van het stuk aangegeven. Als het om een syste- 154 matische vernietiging gaat, dan kan dit meteen bij het invoeren gebeuren, an ders zal het achteraf en incidenteel moeten geschieden. Bij afwezigheid vormt het regest de enige overgebleven bron en is veld 8 de verwijzing ernaar. Een on-line raadpleging van proverbal in dialoog wordt voor de gebrui ker pas interessant, wanneer een substantieel deel der indices ingevoerd is, hetgeen nog wel enkele jaren op zich zal laten wachten. Tot zo lang zullen aan de bezoekers lijsten ter beschikking worden gesteld, waarvan telkens na het gereedkomen van een hoofdtrefwoord een cumulatieve uitdraai gemaakt kan worden. Het meest belangrijk is hierbij de op nadertrefwoord gesorteerde lijst (zie bijl. 2) die tegelijk in dalende hiërarchie nog gesorteerd is op plaatsnaam en verbaalnummer. Het hoofdtrefwoord vormt hierbij een onmisbare kon tekst en dient dus steeds mee vermeld te worden. Als nevenproduct wordt ook nog een alfabetische lijst op eigennaam geproduceerd (zie bijl. 3), waarbij de beide trefwoorden als extra informatie mee vermeld zijn. plakkaat, zoals boven vermeld een bestand bevattende de in het Over- kwartier afgekondigde plakkaten en ordonnanties, is met behulp van een sim pel bevel van het computerbedrijfssysteem geconverteerd tot een voor coBOL-programma's bewerkbaar bestand. Drs. Berkvens heeft ten behoeve van zijn onderzoek een aantal selectieprogramma's gemaakt, die na gebruik weer vernietigd zijn. Het databestand met de onderhoudsprogramma's blijft echter voor verder gebruik intact, doch is van de harddisk naar floppies weg geschreven. Hetzelfde geldt voor praedikon, een klein bestand bevattende de verle ningen van het predikaat 'koninklijk' in de provincie Limburg, emilim, in dbm opgezet door plaatsvervangend systeembeheerder J.W. van Kronen berg, moest om technische redenen geconverteerd worden met een door Euro- Data verstrekt conversieprogramma. Het is een - inmiddels afgesloten - be stand van in de negentiende eeuw uit Limburg vertrokken emigranten. Na de vervaardiging van enkele lijsten volgens verschillende kriteria gesorteerd, bij voorbeeld eigennaam, plaats van herkomst, zal ook dit bestand voor eventu eel later gebruik op floppies opgeslagen worden. Op dezelfde wijze als boven werd ook het tweede project van Van Kronen berg geconverteerd: lgogleden. Behoorden de hiervoor genoemde projec ten geheel tot het terrein der nadere ontsluiting van archieven, lgogleden wordt bovendien ook daadwerkelijk benut bij de inventarisatie. De bewerker gebruikt het bestand om de vele verspreide stukken betreffende het leden bestand van het Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap te iden tificeren en naar hun plaats van herkomst terug te brengen. In de sfeer van 'archival management' ligt chase, het laatst geëntameerde project, chase moet het aantal werkzaamheden beperken, die benodigd zijn voor de administratie van het bekende chartersealproject. Het bestaat uit twee fasen: 1 Het basisonderhoud, waarbij een archivaris de identificatiegegevens van iedere oorkonde invoert. De computer genereert hieruit: één lijst in invoervolgorde die door het restauratieatelier als kladstaat gebruikt wordt; één lijst gesorteerd op archief, inventarisnummer en datum ten behoeve van de microverfilming en de douane, aangezien dit verfilmen in het Rijksarchief in Hasselt geschiedt; één etiket per oorkonde als negatief-identificatie. 155

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1985 | | pagina 19