getreden, is de Archiefraad met zijn belangrijke werk begonnen, heeft de rijks archiefschool zich kunnen ontwikkelen. De personeelsformatie van de rijksar chiefdienst is nu 1 Vi maal zo groot als in 1967. In dat jaar werd het nieuwe rijksarchief in Arnhem geopend, vele openingen van nieuwe gebouwen volg den, als laatste vorig jaar te Haarlem. (Zo verkwikkend en principieel de ope ningstoespraak van minister Klompé in 1967 was, zo vlak en mat was het toespraakje van minister Brinkman op 8 september 1983 in Haarlem. De mi nister krijgt hopelijk de kans zich te revancheren bij de volgende opening van een nieuw archiefgebouw.) Grote persoonlijke verdiensten heeft de heer Hotke gehad bij de ontwikke ling en versteviging van de internationale culturele samenwerking. Op archief- gebied is in het bijzonder de samenwerking met Indonesië aan de inzet van de heer Hotke te danken. De van ziet deze moderne De Stuers ongaarne gaan, maar hoopt dat hij nu de tijd krijgt om een oud plan - een wetenschappelijke biografie van De Stuers-uit te voeren. Het CBS-rapport noemt met waardering het aantal in 1980 gereedgekomen pu- blikaties: ongeveer 1000, afgezet tegen het aantal van ruim 500 hogere en mid delbare archiefambtenaren, overig wetenschappelijk personeel en stagiaires. Gesteld mag worden, aldus het cbs, 'dat publiceren een betekenend deel van het werk van het archiefwezen uitmaakt'. Van de in 1983 geplukte vruchten op dit terrein noem ik er, exempli gratia, drie. De collegae jhr. A.J. Gevers en A. J. Mensema (rijksarchief in Overijssel) publiceerden het kloeke standaard werk De havezathen in Sa/land en hun bewoners (uitgegeven ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan van de Vereeniging tot beoefening van Overijsselsch regt en geschiedenis). De institutioneel-geografische studie van prof. dr. C. Dekker Het Kromme Rijngebied in de middeleeuwen is-na Zuid-Beve land-opnieuw een magistraal voorbeeld van integrale geschiedschrijving door één man vanuit verschillende disciplines. Het rijksarchief in Gelderland publiceerde de volumineuze inventaris van de zogenaamde Bataafs-Franse ar chieven daarmee een langlopend inventarisatieproject, waaraan o.l.v. drs. J. Hofman door verscheidene collegae is gewerkt, afsluitend. Van de vele an dere wetenschappelijke activiteiten noem ik er slechts één, nl. het op 16-17 september gehouden colloquium over de Raad van Brabant, een co-produktie van het rijksarchief in Noord-Brabant en de vakgroep rechtsgeschiedenis van de Katholieke Hogeschool te Tilburg. Het colloquium vormde een mooi voor beeld van wat samenwerking tussen archief en universiteit vermag. Commissies Vele activiteiten van de vereniging spelen zich af in VAN-commissies en in in stellingen waarin de van is vertegenwoordigd. Ruim zeventig leden van de Vereniging-dat is zo'n 10%-zijn daarbij actief. Uit de verslagen van de commissies en vertegenwoordigingen geef ik een bloemlezing. 100 Handleiding selectie Der Vereniging oudste dochter, de Commissie 'Handleiding selectie en ver nietiging van archiefbescheiden', moest noodgedwongen rust houden als ge volg van de ziekte van collega Van Meerendonk. Wij zijn verheugd over zijn herstel, niet in het minst omdat de Vereniging dit jaar op Van Meerendonks ta lenten als directeur van de Morren-stichting een beroep zal doen met het oog op de studiedagen. Nu ik zelf tot de bevoorrechte niet-Hagenaars behoor weet ik hoe nuttig en plezierig de steun van de Morren-stichting is. Bouwvoorschriften Eind 1981 behandelde de ledenvergadering het rapport van de commissie 'regeling archiefruimten'. Op 11 maart 1982 stelde het bestuur een commissie in-bestaande uit de collegae Berkenvelder, Brood en Van Heel-die, op grond van het rapport en de daarover gevoerde discussie, de in artikel 6 van de Archiefwet 1962 bedoelde amvb moest ontwerpen. In nauwe samenwerking met mr. J. Berlijn en mr. L. Lieuwes van wvc heeft de commissie zich van haar taak gekweten. Met de door de commissie ontworpen nota van toelichting is het ontwerp op 25 november 1983 aan de minister van wvc aangeboden. Het ministerie zal het oordeel van het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, het ipo, de vng en de Unie van waterschappen inwinnen. Wij hopen vurig dat de amvb toch nog dit jaar in het Staatsblad zal verschijnen. De ontworpen amvb omschrijft beknopt tegen welke gevaren een archief bewaarplaats in de zin der wet redelijkerwijs bestand moet zijn. De voor naamste technische eisen zijn in de nota van toelichting vermeld. Voor het overige zullen de instanties die bouwplannen moeten toetsen, zich kunnen ver laten op het uitvoerige rapport van de commissie 'regeling archiefruimten'. Het bestuur heeft getracht te bereiken dat dat rapport tot Nederlandse norm verheven zou worden. Het Nederlands Normalisatie Instituut heeft erkend dat het onderwerp in zijn werkgebied valt. Voorlopig echter kan op het nni- bureau geen tijd worden vrijgemaakt. Ook het feit dat tenminste vijf norm commissies binnen het nni zich met de norm voor archiefruimten zouden moeten bemoeien, staat een efficiënte aanpak in de weg. Wel heeft het nni toegezegd attent te blijven op gegevens die t.z.t. kunnen bijdragen aan de beantwoording van de vraag naar de rechtvaardiging van de normalisatie inspanning. Welnu, de noodzaak tot normalisatie van de bouwkundige en andere eisen die gesteld moeten worden aan ruimten ter bewaring van archieven kan simpel worden geïllustreerd. Bij de aanbieding van het ontwerp van de in artikel 6 be doelde amvb aan de minister van wvc heeft het bestuur er zijn teleurstelling over uitgesproken dat zonder overleg met ons of met onze commissie de mi nister van Binnenlandse Zaken bij beschikking van 23 augustus 1983 (Stcrt. 172) de in artikel 25 van het kb asar bedoelde eisen voor archiefruimten heeft vastgesteld. Deze eisen vertonen onverklaarbare verschillen met wat het rap port 'regeling archiefruimten' vermeldt over ruimten voor niet-overgebrachte archieven. Waarom looppaden van 80 cm in plaats van 70 cm, waarom een 101

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1984 | | pagina 7