F am iliearch ief/bedrijfsarch ief
Van Maanen stipt het probleem familiearchief/bedrijfsarchief aan. Hij acht het niet
goed mogelijk een scheiding aan te brengen daar waar familie- en bedrijfskapitaal niet
gescheiden zijn. Schimmelpenninck geeft aan dat meestal het zakelijk gedeelte het om
vangrijkste gedeelte is. Hij pleit ervoor de familiestukken vooraan te plaatsen omdat
daar de zakelijke relaties vaak uit te verklaren zijn.
Familiearchief/collectie
Een collectie is het geheel van bescheiden, door iemand verzameld in het kader van be
paalde interesses, zoals bijvoorbeeld voor de geschiedenis van een bepaalde landstreek
of voor de geschiedenis van de bijenteelt.
Van gedachten wordt gewisseld over de vraag of het wenselijk is dergelijke collecties uit
elkaar te halen. Gewezen wordt op het gevaar van een archivistische behandeling en or
dening van dergelijke collecties.
Naar aanleiding van het begrip collectie komt de vraag naar voren, wat precies onder
documentatie moet worden verstaan. In inventarissen ziet men de begrippen collectie
en documentatie nog al eens door elkaar gebruikt. In het nieuwe Lexicon van Archief
termen zijn deze termen niet in relatie tot elkaar gedefinieerd.
De term documentatie wordt meestal gebruikt in samenhang met de beschrijving van
een archief, de term collectie geniet de voorkeur, wanneer daarnaast geen sprake is van
een van de collationeur afkomstig familiearchief.
Voorwerpen
Bij de overdracht van familiearchieven komen nog al eens voorwerpen mee, zoals haar
lokjes, ridderorden e.d. Wanneer hier een begeleidend schrijven bij is, kunnen deze
voorwerpen als bijlage worden beschouwd.
Werkgroep inventarisatie familie- en huisarchief
Op voorstel van de directeur van de Rijks archiefschool wordt naar aanleiding van de
tijdens de discussie naar voren gekomen knelpunten en aandachtspunten bij de inventa
risatie van familie- en huisarchieven, een werkgroep Inventarisatie familie- en huisar
chieven ingesteld.
J. P. Sigmond.
[178]
Wilhelm II in archief en museum
Voor mij, geboren één decade nadat hij bij Eijsden zijn verblijf in ons land aanving, is
Wilhelm II altijd een fascinerende figuur geweest. Vrienden van mijn ouders woonden
te Doorn in het Sitiopark. Urenlang zat ik vandaar te kijken naar het poortgebouw van
het Huis Doorn aan de overkant, hopende de man uit te zien rijden, die in mijn verbeel
ding de helmboswuivende oudheid en de geharnaste middeleeuwen verbond met het
tijdperk van spoortrein, telefoon en automobiel. Geen welkomer geluid dan het 'Da
komm' Ich an' op de signaalhoorn van 's keizers auto. Maar wel lag naast me een foto
boek over de oorlog 1914-1918, waarvan ik sommige bladzijden niet weer durfde op te
slaan, zo gruwelijk waren de lijken die er in het prikkeldraad hingen.
Der Kaiser uit Die Grenadiere van Heine was natuurlijk een ander, die raakte wel in ge
vangenschap. Aan de Hohenzollern werd ik echter telkenmale herinnerd. Op kasteel
Amerongen, waar hij afstand deed als Imperator. In het boek van Emil Ludwig en zijn
eigen Ereignisse und Gestalten 1878-1918, beide voor luttele kwartjes gekocht aan de
Oudemanhuispoort. In een reportage van zijn bezoek aan kasteel Middachten op 9 en
10 augustus 1909, afgedrukt op blz. 529 van het tijdschrift Op de Hoogte van dat jaar.
Het was een opera van Wagner gelijk met schitterende uniformen op het perron van De
Steeg en een verschrikkelijk onweer in de nacht over het IJsseldal. Ik las Virginia Cow-
les' The Kaiser en rond 1970 genoot ik van S. von Ilsemanns Der Kaiser in Nederland.
Tenslotte gelukte het me tijdens het Archiefcongres te Londen dankzij een winkel in
een straatje achter het Hilton Hotel Wilhelm II aan mijn collectie miniatuur monarchen
en militairen toe te voegen naast o.a. George V, Franz Joseph en Nicolaas II.
Intussen was in het najaar van 1978 met 1977 op het titelblad als veertiende deel
der inventarisreeks van het Utrechtse Rijksarchief de door D. T. Koen samengestelde
Inventaris van het archief van ex-keizer Wilhelm II tijdens zijn verblijf in Nederland
1918-1941 (1945) verschenen, met kaartenlijst door mevrouw N.S.L. Meiners. Als no.
622 vond ik daar Ereignisse und Gestalten en als no. 643 de Vergleichende Ge-
schichtstabellen von 1878 bis zum Kriegsausbruch 1914, waarover Z.M. in de lente van
1921 met Von Hindenburg correspondeerde blijkens de blz. 252-258 van het zojuist ge
noemde boek.
Een archiefstuk, waarover de heer P. J. Yperlaan iets vertelde op 10 maart 1983, komt
in Koens inventaris niet voor. De heer Yperlaan is na zijn afscheid per 1 december 1981
als hoofd van de directie Monumenten, Musea en Archieven van wat toen nog het mi
nisterie van CRM heette, beheerder van Huis Doorn. In die kwaliteit sprak hij bij de
voorbezichtiging door de pers van de tentoonstelling 'Driekwart eeuw keizerlijke
[179]