Selectie van advocaten-archieven In de vergadering van 17 juni 1982 aanvaardde het convent van rijksarchivarissen het hieronder afgedrukte 'Advies inzake de macro- en micro-selectie van advocaten- archieven'. Ook de Landelijke Kring van gemeente- en streekarchivarissen heeft vervolgens met dit advies ingestemd. Op 16 december 1982 is aan de Kring toegezegd, dat de rijksarchivarissen zouden wor den uitgenodigd om per arrondissement met de betrokken gemeente-archivarissen het overleg te openen over de uitvoering van dit advies. Daarna kan contact worden opge nomen met de Raden van Toezicht van de Orden van Advocaten in de Arrondissemen ten. Dit verzoek aan de rijksarchivarissen is uitgegaan. Advies inzake de macro- en micro-selectie van advocaten-archieven Vragen betreffende het bewaren van advocaten-archieven in de openbare archief bewaarplaatsen van rijk en gemeenten brachten het convent van rijksarchivarissen in 1981 ertoe een commissie 'selectie advocaten-archieven' in te stellen. Het aantal advocaten-archieven, dat door de rijks- en gemeentearchieven wordt bewaard, groeide mede als gevolg van artikelen in het Advocatenblad 59 (1979) 25-29 en in het Neder lands Archievenblad 83 (1979) 35-48 en deze toename leidde tot de vraag welke archie ven wel en welke niet voor overname in aanmerking komen en welke bescheiden uit de over te nemen archieven dienen te worden verwijderd. De commissie, die in de tweede helft van 1981 enige malen bijeen kwam, bestond uit mr. E. Droogleever Fortuijn, landsadvocaat te 's-Gravenhage, mr. L. Hardenberg, ad vocaat te Amsterdam, mr. M. W. van Boven, gemeentearchivaris van Helmond, mej. mr. M. M. Warning, chartermeester bij het rijksarchief in de provincie Noord-Holland te Haarlem en mr. A. E. M. Ribberink, algemeen rijksarchivaris. Tijdens het overleg stond het beroepsgeheim als grondslag van de advocatuur op de voorgrond; het beroepsgeheim is zozeer een eigen plicht en recht van de advocaat, dat zelfs de cliënt de advocaat daarvan niet kan ontslaan. De commissie benadrukt dat de vertrouwelijkheid van de advocatenarchieven tot terughoudendheid dwingt en tot de uiterste zorgvuldigheid bij het overdragen en overnemen van deze archieven. [64] Advocaten-archieven zijn naar hun aard vertrouwelijk en in beginsel niet voor blijven de bewaring en openbaarmaking bestemd. In enkele gevallen bevatten zij echter bestanddelen, die voor de kennis van bepaalde ontwikkelingen of gebeurtenissen van onvervangbare waarde zijn. In dergelijke gevallen kan, indien door beperkende bepa lingen de vertrouwelijkheid gewaarborgd wordt (zie bijlage) overdracht aan en opname in een openbare archiefbewaarplaats overwogen worden. De beslissing of in een arrondissement een of meer archieven voor bewaring in aanmer king komen zou in overleg met de Raad van Toezicht van de Orde van Advocaten geno men dienen te worden. Gedacht kan worden aan kantoren met een opmerkelijke conti nuïteit of een kwaliteit, die belangrijke zaken kan doen verwachten. In aanmerking zouden kunnen komen archieven van lands- en gemeenteadvocaten, de archieven van kantoren, die gespecialiseerd zijn naar een tak van maatschappelijke activiteit of die het beheer hebben van belangrijk onroerend goed of heerlijkheden. Naast de macro-selectie dient ook aandacht te worden besteed aan de micro-selectie; deze dient plaats te vinden in overleg tussen de advocatuur enerzijds en de archivaris, die de bescheiden in bewaring nam of neemt anderzijds. Niet voor blijvende bewaring komen in aanmerking stukken, die voortvloeien uit echtscheidingen, erfenis-, voogdij en alimentatiezaken, incasso-, aanrijdingszaken en faillissementen. Het archief van een curator in een faillissement staat hiernaast en kan in bepaalde gevallen wel voor blijven de bewaring in aanmerking komen. Bij de feitelijke vernietiging kan om veiligheidsredenen overwogen worden de vernieti ging te laten lopen over het rijksbureau vernietiging overheidsarchieven te Apeldoorn. Den Haag, april 1982 De Commissie 'Selectie Advocaten-archieven' A. E. M. Ribberink, voorzitter M. M. Warning, secretaris Bijlage OVEREENKOMST VAN OPNEMING EN BEWARING VAN ARCHIEF BESCHEIDEN in de archiefbewaarplaats inals bedoeld in artikel 1, lid 1, sub b3 van de Archiefwet 1962. De eerste ondergetekende X, in dezen handelende als gemachtigde van de Advocaten- maatschap Nemo, verklaart hierbij over te dragen aan de tweede ondergetekende Y, in zijn kwaliteit van archivarisdie verklaart hierbij aan te nemen ter op neming en bewaring in de archiefbewaarplaats te het archief van de advocatenmaatschap Nemo over de jaren- omvangm1, zoals omschreven in bijgaande lijst, [65]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1983 | | pagina 35