werk hebben aangevangen en velen ons naar de vorige jaargangen hebben gevraagd, die
echter sedert een aantal jaren waren uitverkocht, kunnen die ook thans hun werk com
pleteren en de vijf serien voor dien prijs a 34,verkrijgen, zonder verpligting van de
zesde serie moeten vervolgen ,'.28
Helaas werden niet alle wetten en besluiten, welke in het 'echte' Bijvoegsel waren opge
nomen, in extenso in de nieuwe uitgave afgedrukt: van sommige 'staatsstukken' wer
den slechts de 'hoofdjes' opgenomen, terwijl de tekst zelf achterwege bleef. Voor raad
pleging van dergelijke stukken is men dan toch weer op het Bijvoegsel aangewezen,
waar deze wèl volledig werden weergegeven.29
Anderzijds werden in de nieuwe uitgave een aantal stukken opgenomen die in het 'ech
te' Bijvoegsel geen plaats gevonden hadden. Steekproefsgewijze pogingen om deze
stukken terug te vinden in het Algemeen Register - dat toch de ingang bij uitstek van de
Nieuwe Uitgave is - liepen op niets uit.
De Nieuwe Uitgave bestaat uit zes series (in 6 bdn.): eerste serie: 1813-1820 (Gorin-
chem, J. Noorduyn en Zoon, 1852); tweede serie 1821-1830, (1853); derde serie 1831-
1840, (1854); vierde serie 1841-1845, (1855); vijfde serie 1846-1850, (1855); zesde serie
1851-1855, (1856).
In de literatuur wordt de volgende citeerwijze wel gevonden: (vb.) 'd'Engelbronner IV,
p
Achterin iedere serie is een zakelijk alfabetisch register opgenomen. Tevens kan men
gebruik maken van het 'Algemeen Register op het Bijvoegsel tot het Staatsblad van het
Koningrijk der Nederlanden, 1813-1860' (vgl. 5).
9. Andere verzamelingen.
Het Bijvoegsel tot het Staatsblad is niet de enige voor rechtshistorisch onderzoek aan
gaande de 19de - en eerste helft 20ste - eeuw van belang zijnde verzameling staatsstuk
ken. Onder andere mag - en wat de hierna eerstgenoemde betreft: moet - nog gewezen
worden op de Pasinomie, ou collection compléte des lois, décrets, arrêtés et règlements
généraux quipeuvent être invoqués en Belgique, waarvan de eerste serie (Brussel 1833-
1837, 13 dln.) de periode 1788-1814 betreft. Deze collectie loopt door tot in de twin
tigste eeuw.30
De Recueil d'actes van Charle Auguste d'Henry wordt hierboven in noot 9 ge
noemd. Tenslotte de - anonieme - Handleiding tot de kennis van het staatsbestuur in
het Koningrijk der Nederlanden, of beredeneerd alphabetisch register van vaderland-
sche wetten, belangrijke besluiten, reglementen, resolutien en andere officiële
28 Mededeling op rugzijde van de bandomslag van Bijv. Stbl. 1856 (Gorinchem, 1857).
29 Bij de stukken, of ze nu al dan niet in extenso zijn opgenomen, wordt wel steeds de vind
plaats in het Bijvoegsel vermeld: (vb.) Resolutie van 15 november 1853, betreffende de uitgif
te van nieuwe muntbiljetten; naast het 'hoofdje' staat de aanduiding (Bijv. XLI, 485).
30 Tweede reeks 1814-1830 (Brussel 1837-1842), derde reeks 1831 vlg. (Brussel 1833-1865), vier
de reeks vanaf 1865 (Brussel 1880-1909), vijfde reeks vanaf 1909 (Brussel 1909-1933), zesde
reeks vanaf 1934 (Brussel 1934-1940), zevende reeks vanaf 1951 (Brussel 1951 vlg.).
[210]
verordeningen, 1825-1833, 7 dln. (Dordrecht, Blussé en Van Braam, 1826-1835),31 en
-ten onrechte als laatste genoemd - G. Luttenberg, Chronologische verzameling der
wetten en besluiten betrekkelijk het openbaar bestuur in de Nederlanden, sedert de her
stelde orde van zaken in 1813, 1813/1816-1938 (Zwolle 1841-1939 s.d.)).
G. W- F. Brüggemann.
K.U. Nijmegen.
SUMMARY
Researchers occupying with nineteenth- or even early twentieth-century history (of law)
are made acquainted with the Bijvoegsel (supplement) of the Staatsblad (government
gazette), which supplement is a non-official publication of laws, decisions, regulations,
resolutions, etcetera, that were not publicated in the Staatsblad.
The author pays attention to the contents, composition, way of consultation, editors of
this series, which contents documents from the period 1813/14-1945. The article is con
cluded by mentioning a number of other - also indispensable - comparable lawcollecti-
ons.
31 Het ligt voor de hand aan te nemen dat, gezien het jaar van uitgave 1826 (Blussé en Van
Braam), de moeilijkheden die Piek van Langen ondervond (zie hierboven nt. 18) hun oor
zaak vonden in - of althans in nauw verband stonden met - de verschijning van de Handlei
ding tot de kennis van het staatsbestuur Deze 'Handleiding' vond overigens weinig
bijval; vgl. Bijdragen tot Regtsgeleerdheid en Wetgeving (onder redactie van C. A. den Tex
en J. van Hall) II (1827), Amsterdam 1827; idem IV (1829), Amsterdam 1829.
[211]