Nederland op grond van de notulen van de ministerraad uit de jaren 1950-1960 een
indruk3 en zeker ook het in ons Nederlands Archievenblad herdrukte artikel van H.
Arlman en G. Mulder 'Feiten. De angsten en twijfels van Nederlandse archivarissen'.
Wij moeten de openbaarheid van de moderne stukken nog leren regelen, zó dat de één
zijn onderzoek vrij kan doen en de levenssfeer van de ander niet op een onevenredige
wijze wordt geschaad. Wij hopen met de instelling van de commissie regeling openbaar
heid van archieven ons steentje tot het opstellen van algemeen geldende regels bij te
dragen.
In de afgelopen periode verloren wij de collega's L.M.Th.L. Hustinx (secretaris van de
vereniging), prof. dr. W.Ph. Coolhaas, dr. J.G. Avis, mevrouw mr. G.H.C. Breesnee,
J.L.J.G.M. Ceulemans, dr. S. Hart, dr. mr. F.J. Duparc, mevrouw S.M. van Zanten
Jut, mr. J.J. Beyerman en drs. J.D. Winsemius.
Volledig kan ik niet zijn in mijn opsomming van afscheid, benoeming en huldiging. Op
8 april 1981 nam J.W.M. Klomp afscheid als hoofd van de afdeling inlichtingen van het
Haagse gemeentearchief. Bij deze gelegenheid werd hij benoemd tot ridder in de orde
van Oranje-Nassau. Op 27 april 1981 vond te Maastricht het afscheid plaats van de
Limburgse rijksarchivaris drs. M.K.J. Smeets. Bij die gelegenheid werd hem aangebo
den de prachtige bundel 'Van derNyersen upwaert', waaraan vele collega's hebben me
degewerkt. Het hoofd van de afdeling registratuur van de gemeentelijke archiefdienst
van Amsterdam, H.H.M. Dinkgreve, verliet op 1 juli 1981 de dienst van wege pensione
ring. Bij die gelegenheid werd hij benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau. De
directeur musea, monumenten en archieven van CRM nam op 26 november 1981 af
scheid. Het hoofd van de afdeling musea, dr. Th.J. Meijer, volgde hem op.
In Friesland werd drs. D. van der Vlis per 1 november 1981 provinciaal inspecteur der
archieven; in Zeeland volgde per 1 januari 1982 drs. P.C.B. Maarschalkerweerd in die
functie mevrouw drs. M. Mijnssen-Dutilh op. Drs. B. Woelderink verliet zijn post in
Deventer om per 1 februari j.l. directeur van het Koninklijk Huisarchief te worden. Wij
zijn verheugd dat een collega aldaar benoemd is. Het streekarchief Zuid-Oost Brabant,
dat op 1 januari j.l. is gestart, zal later op deze dag worden gepresenteerd. De huis
vesting van het gemeentearchief Haarlem is hier zeker het memoreren waard. In de
voormalige Janskerk is kunstig de archiefbewaarplaats gebouwd. Gaarne wil ik mel
ding maken van de nieuwbouw en uitbreiding van het rijksarchief in Drenthe.
Prof. dr. C. Dekker sprak op 18 mei 1981 zijn rede uit bij de aanvaarding van het ambt
van buitengewoon hoogleraar in de archiefwetenschap alsmede de paleografie van de
14e tot en met de 17e eeuw aan de Universiteit van Amsterdam. De rede, getiteld 'Ker
kelijke archieven' verscheen gelukkig in het Nederlands Archievenblad. Bij gelegenheid
van Koninginnedag werd uit onze kring dr. J. Heringa benoemd tot officier in de orde
van Oranje-Nassau. Aan W. Kunz, die per 1 november 1981 als hoofd van het restaura
tieatelier van het Haagse gemeentearchief ontslag nam, werd ter gelegenheid van 30
april de eremedaille in zilver verbonden aan de orde van Oranje-Nassau toegekend. De
verjaardag van de provinciale inspecteur der archieven in Utrecht was de aanleiding
voor het verschijnen van Het Sticht van binnen en van buytenen. Bundel opstellen over
3 De Volkskrant van 5 december 1981.
[100]
de geschiedenis van de provincie Utrecht, aangeboden aan dr. M.P. van Buijtenen bij
diens zeventigste verjaardag.
Enkele collega's zijn gepromoveerd: drs. H.M. Brokken cum laude op 30 juni 1981 aan
de Rijksuniversiteit te Leiden op het proefschrift Het ontstaan van de Hoekse en Kabel
jauwse twisten; mevrouw drs. C.M. Ridderikhoff op 11 november 1981 aan de Rijks
universiteit te Leiden op het proefschrift Jean Pyrrhus d'Anglebermes. Rechtsweten
schap en humanisme aan de universiteit van Orléans in het begin van de 16e eeuw; me
vrouw drs. F. Koorn op 17 november 1981 aan de Universiteit van Amsterdam op het
proefschrift Begijnhoven in Holland en Zeeland gedurende de middeleeuwen en drs.
J.C. Kort op 18 november 1981 aan de Rijksuniversiteit te Leiden op het proefschrift
Het archief van de graven van Holland 889-1581. Het is een novum, dat inleiding en in
ventaris als proefschrift kunnen dienen.
Al vele jaren hebben U mededelingen bereikt, dat soms sneller, soms langzaam door sa
menwerking streekarchieven en streekarchivariaten van de grond komen al is het slui
tend net van gemeentelijk archiefbeheer door gekwalificeerde functionarissen nog lang
niet bereikt. Het oudste, het Streekarchivariaat in de Kring Oosterhout, vierde het 25-
jarig bestaan met o.a. een jubileumuitgave. Thans lijkt zich het verschijnsel voor te
doen, althans bij één gemeente, dat schaarste van middelen een gemeente er toe kan
brengen deelneming aan een streekarchivariaat te beëindigen. Het spreekt van zelf, dat
wij met onze collega's hopen, dat deze gedachte niet tot werkelijkheid wordt.
Wij hebben in september 1981 de uitvoerende commissie van de Internationale Archief-
raad in Nederland mee helpen ontvangen. Eén dag traden wij als gastvrouwen en gasthe
ren op. De bestuursleden Ketelaar en De Baar hebben hieraan veel werk gehad. Het gezel
schap had al kennis kunnen maken met het Algemeen Rijksarchief. Wij meenden dat te
Leiden excursies naar het gemeentearchief, de afdeling handschriften van de Universi
teitsbibliotheek en het Rijnlandhuis een gevarieerd beeld van ons gedencentraliseerd ar
chiefbeheer konden opleveren. Los hiervan was het contact met vele buitenlandse colle
ga's heel nuttig. Collega Van Albada vertegenwoordigde de vereniging bij de vergadering
van de sectie beroepsverenigingen van de Internationale Archiefraad in Oslo; collega
Renting was onze vertegenwoordiger bij de Duitse archiefdagen in Heilbronn.
Mag ik U thans iets over de werkzaamheden van de verschillende commissies medede
len? De oudste dochter is de commissie handleiding selectie en vernietiging van archief
bescheiden. De schrijver van het tweede gedeelte van deze handleiding is in 1981 gestart
met uitgebreid literatuuronderzoek. De heer H.J. van Meerendonk hoopt in 1982 zijn
bijdrage te mogen leveren. De landelijke commissie voor de provinciale archievenover
zichten kon ons de verheugende mededeling doen, dat de tekst van deel IX (Algemeen
Rijksarchief) naar de drukker is. U hebt in Nieuws VAN archieven over de verkoop
cijfers van de delen I-VIII en de planning van de delen IX-XIV kunnen lezen. Wij ho
pen U te zijner tijd over onze ideeën omtrent een eventuele nieuwe uitgave te kunnen in
lichten. De commissie archiefterminologie heeft een nieuw concept gereed gemaakt van
het Lexicon van Nederlandse archieftermen, waartegen de auteurs van de Nederlandse
archiefterminologie geen bezwaar hebben. De auteurs hebben bovendien aan het
bestuur toestemming verleend om de Nederlandse archiefterminologie ongewijzigd te
[101]