III. Ordonnantiebouc, daerinne alle de ordonnantiën ende obligatiën bij bur
germeesteren ondergeteyckent, werden geregistreert.
Sedert 1582 (seer. II 3753).
IIII. Seyntbrieven, daerinne of beworpen of overgescreven werden alle uyt-
gaende zeyntbrieven.
De Ordonnantie verduidelijkt: alle brieven die men van 't stadtswegen uytschict, 'tzij
destadt, of particuliere personen aengaende. Dit is het missivenboek (seer. II 851), aan
vangend in 1581. Bij de registers I, II, III en IIII tekent Van Hout aan dat ze vóór zijn
indiensttreding niet gehouden werden.
VI. Verhuyringen, daerinne geregistreert werden alle verhuyringen, verpach
tingen, bestedingen; bij mij begonst ende van outs niet gehouden dan bij
notele ende op cartabellen.
Deel A (seer. II 4187) loopt van 1573-1590.
VII. Dienstbouc, daerinne geregistreert werden alle de verkiesingen tot eenige
diensten de borgerlicke regieringen, ooc de neeringen ende ambachten,
angaende; mede bij mij begonst ende van outs niet gehouden dan bij note
le of op cartabellen.
Het Dienstboek A (seer. I 73) loopt over 1500-1589. Het is echter (wat niet uit de inven
tarisbeschrijving blijkt) door Jan van Hout aangelegd. Op fol. 195 staat: zij voortsaen
(omme menichfuldicheyt van boucken te schuwen) telcken jare een register gemaect
van de verkiesingen van burgermeesteren ende smale diensten, waerdeyns ende zestien.
1580. Bij het aanleggen zijn de gegevens uit vroeger tijd toegevoegd. Chronologisch
vóór deel A komt het register van smalle diensten 1515-1564 (seer. I 74). Dat is waar
schijnlijk de reden waarom Jan van Hout (in zijn ontwerp-keurboek) deel A laat aan
vangen in 1565 en niet in 1580.
VIII. Poorterbouc, daerinne de poorteren werden geregistreert; ooc de inne-
woonders zouden geregistreert werden, indien de keure, daerop gemaect,
onderhouden werde.
Het oudste poorterboek (seer. I 19) loopt van 1364-1399. De 76e keur regelde de toela
ting van inwoners die geen poorter zijn.
IX. Stadtsommeslagen, daerinne men registreert de weecgelden of ommege-
sette penningen over 't lichaem van de stadt, tot onderhout van de wacht
ende diergelicke zaecken opgestelt; mede van outs niet gehouden.
X. Particuliere ommeslagen, daerinne geregistreert werden de ommeslagen
tot bruggen, straten, platen, diepen etc.; mede van outs niet gehouden,
mer bij mij begonst.
[406]
Deze twee registers van omslagen konden in het Leidse archief niet geïdentificeerd wor
den. Er is wel een kohier van het weekgeld uit 1578 (seer. II 4016a). In de inventaris van
de stukken die na Van Houts dood door zijn erfgenamen in 1610 aan de stad zijn over
gedragen, is vermeld een sommier staet van de ommeslagen gevallen tusschen 1572 en
1580".
XI. Alrehande oflesen, daerinne geregistreert werden alle af lesingen ende ge
boden die van der stede wegen mitter clocke werden gedaen.
De serie vangt aan in 1505: seer. I 387.
XII Correctiebouc, daerinne geregistreert werden alle correctiën dewelcke ge
daen werden, 'tzij mitter clocke, 'tzij in besloten camere.
Recht. 4.
XIII. Quistgoeden, daerinne geregistreert werden alle de aflesingen, daerbij ye-
mant mitter clocke in deser stede curatele wert gestelt.
Op de rug van dit register (seer. I 1188) staat: reg van quistgoeden. Ten onrechte ver
meldt de inventaris de oude naam niet. Er werden overigens niet alleen verkwisters,
maar ook andere personen die onder curatele kwamen, in geregistreerd.
XIIII. Bonnen en bruggen, daerinne geregistreert werden alle de bonmeesteren,
mitsgaders de houfslagen van alle de bruggen; mede van outs niet gehou
den, mer bij mij begonst.
In hét nog slechts voorlopig geordende secretariearchief staan de eerste twee delen van
deze serie ver uiteen: nr. 4609 loopt van 1581 tot in 1600, nr. 1555 is aangelegd in 1599.
XV. Bruytbouc, daerinne geregistreert werden alle degeene die in der echt ver
gaderen ende in der kercken getrout werden.
In dit bruytbouc (recht. 89) werden (sedert 1575) geregistreerd de huwelijken van gere
formeerden en tot 1592 ook de proclamatiën van het raadhuis. De niet tot de heersende
religie behorende personen trouwden voor schepenen. Zij werden vanaf 1592 gere
gistreerd (recht. 88) in het
XVI. Troubouc, daerinne geregistreert werden alle degeene die in der echt ver
gaderen ende op 't raedhuys trouwen.
XVII. Huwelicsche voorwaerden, testamenten ende boedelscheydingen; bij mij
begonst ende voorgaende niet gehouden, mer placht men de minuyten al
leen aen een coppel op te rijgen.
Dit protocol (recht. 76 D) werd in 1584 aangelegd. De bewaard gebleven minuten van
sedert het begin van de 16e eeuw verleden testamenten, huwelijkse voorwaarden en
24 Boedelscheiding 5 februari 1610, bibl. 7000/J. van Hout.
[407]