de archieven in de conventionele vormen en dat bij het vervaardigen van geluidsarchie
ven de wensen en behoeften van historici gepeild moeten worden.
Als tweede onderwerp van dezelfde morgen stond het vervaardigen van een gids van de
Caribische archieven op de agenda, waarover Liliane Chauleau, archivaris van Martini
que, rapporteerde. Enkele landen hebben al een gids uitgegeven: Barbados, de Baha
ma's, Cuba en Martinique, maar de onderzoekers hebben behoefte aan opgaven van al
le landen. De medewerking van alle archiefdiensten is voor het samenstellen van een
gids vereist. De indeling per land moet zoveel mogelijk uniform zijn. Soeur Menezes
van de Universiteit van Guyana deelde mee dat in Guyana een registratie wordt ge
maakt van alle archieven, ook van niet-overgedragen en bedrijfsarchieven, die zeker zo
belangrijk zijn voor de geschiedbeoefening.
Medewerkers van het College of the Bahama's besloten de ochtendzitting met een uit
eenzetting over de beoefening van de lokale geschiedenis van de Bahama's. Tegenwoor
dig zoeken velen onder invloed van de films naar de boeken van Alex Haley naar hun
'roots' (95% van de bevolking van de Bahama's is van Afrikaanse afkomst). Tijdens de
discussie vroeg men zich onder meer af wat er in het Caribische gebied onder lokale ge
schiedenis moet worden verstaan. Ook werd de mening geuit dat voor studenten
xeroxen van archiefstukken over belangrijke gebeurtenissen gemaakt moeten worden
evenals herdrukken in offset van bekende boeken over de Westindische geschiedenis.
De zitting van woensdag 24 oktober handelde over moderne registratuur en archief
beheer. Dr. Felix Hull, archivaris van Kent, leidde deze onderwerpen in met een boei
end betoog, waarin hij aan vele aspecten aandacht besteedde o.m. aan de opleiding en
de vernietiging. Bij dit laatste wil hij behalve de administratie ook de expert en de archi
varis betrokken zien. Volgens hem dient de archivaris uiteindelijk te beslissen welke
stukken blijvend bewaard moeten worden. De heren Mambi, Martis en Vinck van de
Nederlandse Antillen schetsten na de inleiding van dr. Huil uitvoerig de Nederlands-
Antilliaanse opzet van de moderne registratuur, een afspiegeling van de Nederlandse.
De zitting van de 24e oktober werd besloten met een ronde tafelzitting over de ontwik
keling van het archiefwezen in het Caribische gebied, voorgezeten door Jean Favier.
Hij bepleitte dat de verschillende landen elkaar aanvullen; hij juichte bilaterale kontak
ten tussen de landen die in het verleden bij elkaar hoorden toe, maar vroeg ook aan
dacht voor de algemene internationale samenwerking. Ondergetekende intervenieerde
over de archiefsamenwerking tussen Nederland, Indonesië en de Nederlandse Antillen
van de laatste twaalf tot vijftien jaar. Dr. Paula sloot hierop aan door de gunstige situa
tie te memoreren waarin hij door deze samenwerking verkeert, maar hij meende wel dat
er door deze concentratie op Nederland een vervreemding van de andere landen in het
Caribische gebied kan ontstaan. Dr. Frank B. Evans van de Unesco adviseerde goed
doordachte plannen op archiefgebied bij de Unesco in te dienen en Freddie Mabbs, di
recteur van het Public Records Office in Londen vestigde de aandacht op het werk van
de regionale afdelingen van de Internationale Archiefraad.
De vergadering nam aan het eind van de conferentie een aantal resoluties aan, die wa-
[160]
ren voorbereid door een speciale commissie uit de aanwezigen. De nederlandse verta
ling van de in het engels gestelde aanbevelingen luiden als volgt:
1De Derde Caribische Archiefconferentie spreekt haar voldoening uit over de toe
nemende belangstelling voor en de steun van het werk van de archiefdiensten door
de regeringen van de regio, maar dringt er bij de regeringen wel op aan de bestaan
de archiefdiensten te verbeteren en waar zij nog niet bestaan deze in te stellen. In
verband hiermee vraagt de conferentie de aandacht van de regeringen voor de vol
gende dringend noodzakelijke voorzieningen:
a. voldoende geldmiddelen en personeel;
b. gelegenheid voor vorming op alle niveau's;
c. geschikte ruimten voor het bewaren van archieven en voldoende werkkamers
voor personeel en onderzoekers;
d. voorzieningen ter conservering van archieven en voorzieningen om ze aan
onderzoekers beschikbaar te stellen.
2. De regeringen van de landen van de regio worden dringend aangespoord om de
nodige wettelijke regelingen te treffen voor het stichten van archiefdiensten en het
beheren van archieven in hun landen.
3. De archivarissen van de regio dienen de noodzaak van een beroepsopleiding op
hoog niveau te erkennen.
4. De archivarissen moeten hun verantwoordelijkheid voelen voor het blijvend bewa
ren van de archieven, die immers het karakter van de samenleving in al zijn ver
schillen bepalen en mede hierom moeten niet alleen de archieven van de overheid,
maar ook die van andere instellingen, particuliere organisaties en personen wor
den opgespoord en bewaard.
5. De aandacht van de regeringen dient gevestigd te worden op de moderne registra
tuur en op het belang hiervan voor de administratie en de noodzaak van goed op
geleid personeel.
6. Regionale organisaties van archivarissen, historici en bibliothecarissen moeten ge
zamenlijk plannen maken voor het vervaardigen van lesmateriaal voor het onder
wijs.
7. Archiefdiensten dienen ook geluidsarchieven te beheren als aanvulling op hun an
dere archieven, deze moeten bewaard worden onder goede condities, de CAA
moet samenwerken met de Association of University and Research Libraries
(ACURIL) en de Association of Caribbean Historians bij het verzamelen en con
serveren van de neerslag van 'oral history'.
8. De CAA moet streven naar het uitgeven van een handboek of gids van de archie
ven van de regio.
9. De CAA dient kontakt op te nemen met de University of the West Indies voor het
ontwerpen van goede programma's voor de opleiding van archivarissen en indien
mogelijk ook van registratoren en andere medewerkers.
10. De CAA moet de mogelijkheden onderzoeken voor het organiseren van technische
opleidingen, te verbinden aan daarvoor geschikte instellingen binnen de regio.
11. De CAA ondersteunt in beginsel het initiatief van de Unesco voor het ontwikkelen
van zijn Records and Archives Management Programma (RAMP) en verleent zijn
[161]