wordt ingespeeld op de behoeften van het onderwijs. Hier moet men er echter goed
voor oppassen om niet in het wilde weg aan de gang te gaan, maar prior,teiten te
stellen die gezien de beperkte educatieve capaciteit hard nodig zijn. Dit betekent
on er meer dat aan de confrontatie met het basisonderwijs niet de hoogste prioriteit
mag worden gegeven. Te zeggen dat het archiefwezen aan het basisonderwijs geen
boodschap heeft, is onjuist. Het ingaan op de behoeften van deze sector betekent
echte- met, dat groepen leerlingen van deze schoolsoort ook daadwerkelijk in de
heilige hallen' van de archieven binnengeleid moeten worden.
Het is waar dat in de taakstelling van het nieuwe basisonderwijs aanknopingspunten
te vinden zijn voor een functioneren van de educatieve diensten van de archieven
en bate van deze sector. De taak 'de cultuurpatronen uit het verleden, voor zover ze
waardevol zijn voor het heden, door te geven aan de nieuwe generaties', zal het
basisonderwijs met kunnen uitvoeren zonder dat verleden meer dan oppervlakkig in
wPr°CKS tB b6trekken (volgens drs' Th- Hadderingh in Kleio XVII1977, p
8). Waar het zo is dat or,enterend onderwijs vanzelfsprekend niet kan uitgaan van
e onderwerpen die vakken' uit de volwassenenwereld aanreiken, daarentegen uit
moet gaan van de onderwerpen die in de leef- en belevingswereld van het kind zelf
aan de orde zijn, zijn hier zeker mogelijkheden aanwezig die tot educatieve bemoei
ingen van de archieven aanleiding zouden kunnen geven.
Materiaal voor heemkunde
Ze zullen zich het beste kunnen bepalen tot het verschaffen van heemkundig mate-
a en moet et er bij voorkeur niet op aan sturen dat basisschoolklassen de
lessen ,n deze materie ook in het archief ontvangen. Beter is het de leverantie van
in ormatie en materiaal via de onderwijzers of via studenten van de pedagogische
academies te laten geschieden.
Vragen betreffende heemkunde, waarin de educatieve diensten zullen moeten voor-
zien, zijn onder meer:
- die naar eenvoudige kant en klare documentatie over de belangrijkste gebouwen
personen en instellingen uit eigen stad of dorp; gedrukt op kaarten kan dergelijke
informatie ,n de documentatiecentra van de scholen worden opgenomen-
naar een kort en begrijpelijk overzicht van de geschiedenis van stad of dorp-
- naar aud,o-visueel materiaal met historische informatie; volledige dia- (gelüids?)
series over wijken, kerken, het raadhuis enz., die door de scholen geleend kunnen
worden (eventueel) met begeleidend tekstboekje-
- of naar diaseries die, met behulp van het ten archieve aanwezige materiaal door
klnTwoln CrWijZer 6erSt Zdf Samen§eStdd' gelee"d -den moeten
sTnenTigurën" afbeddingen Van PIaa^Iijke gebouwen, gebeurtenis-
sdiolen;t0rnater'aal topografisch histo"^he atlassen voor expositie op de
- naar gereproduceerd kaartmateriaal uit opeenvolgende perioden, waarop de ont
wikkeling van een stedelijk of landelijk gebied is na te gaan;
328
naar mapjes met repro's van documenten en afbeeldingen aangaande de geschie
denis van bepaalde gebouwen, personen, straten, instellingen enz.;
naar (eventueel in samenwerking met studenten van de pedagogische academies)
ontworpen stadswandelingen met verschillende scholen als startpunt, waarbij
door middel van opdrachten het heem wordt verkend.
Voortgezet onderwijs
Het in originele of gereproduceerde vorm in handen geven van het eigenlijke archief
materiaal is ten aanzien van basisscholen geen eerste vereiste, daarom lijkt het juister
de beperkte mogelijkheid om groepen ook daadwerkelijk te ontvangen te beperken
tot die sectoren van het voortgezet onderwijs, waarbij van de gedane moeite een op
timaal resultaat kan worden verwacht.
In Rotterdam is gebleken (zie Jaarverslag Gemeentearchief 1977) dat dit groepen
waren van
MAVO 3e klas en hoger,
HAVO 3e klas en hoger,
VWO 3e klas en hoger en
pedagogische academies.
Het ligt voor de hand dat pedagogische academies de bijzondere aandacht van de
educatieve medewerkers verdienen. De daar gevormde onderwijzers zullen de, ge
lukkig door didaktici zeer aangeprezen, heemkunde aan de man moeten brengen.
'Voordat heemkundige lessen (kunnen) worden gegeven is zelfstandige bestudering
of in teamverband met gebruikmaking van bronnen (het archief) noodzakelijk'
(J. E. Brouwer in: Kleio XVIII, 1977, p. 245). Voor een dergelijke studie zal het
archief ruimschoots de gelegenheid dienen te scheppen en allerlei faciliteiten als
handreiking moeten bedenken.
De aard van de bezoeken kan voor wat de sector voortgezet onderwijs betreft uiteen
lopen. Het Gemeentearchief in Rotterdam onderscheidt de volgende categorieën:
kennismakingsbezoeken;
scriptie-werkbezoeken;
speciale onderwerpbezoeken
(d.w.z. dat ze op grond van een gerichte vraagstelling afzonderlijk zijn voorbe
reid);
voordrachten binnen- en buitenshuis;
diavertoningsbezoeken
(betreft speciale in het archief vervaardigde dia-geluidsseries);
filmvertoningsbezoeken
(tot programma's gemonteerde oude films, b.v. uit de Tweede Wereldoorlog).
Scripties maken
Op het vrij nieuwe verschijnsel, dat leerlingen van het voortgezet onderwijs individu
eel of klassikaal een beroep doen op materiaal uit de archieven en begeleiding door
educatieve werkers, zal door de archiefwereld zeer positief dienen te worden gerea
geerd. De nieuwe visie op inhoud en didaktiek van het vak geschiedenis, zoals die
329