aangezien dit radicale ingrepen vereist. Ergo, wat koopt mei. voor oplossingen? Er hebben zich in Nederland weliswaar enige malen radicale veranderingen op bestuurlijk en staatkundig terrein voorgedaan, doch altijd onder invloed van een vijandelijke bezetting of revolutiedreiging. Als wij niet door de Fransen en Duit sers waren bezet en als het niet in 1848 aan de grenzen had gerommeld, ressor teerden wij nu vermoedelijk nog onder de Staten van Holland en de Rekenkamer ter Auditie. De heer Pirenne is beheerder van "een heel arm generaliteitskantoor" en ik had met name dit kantoor op het oog, toen ik schreef dat door rijksarchie ven veel is gered wat anders onhherroepelijk verloren zou zijn gegaan. De vraag is echter of alles bij het oude moet blijven. Misschien als reactie op de verwaar lozing in het verleden is Brabant thans op archivistisch gebied de voorlijkste pro vincie. De organisatie vertoont echter gebreken en tevens ervaart men als streek archivaris de druk van een rijksarchief, dat zich met allerlei zaken wil blijven bemoeien en allerlei zaken onder zich houdt. Met als resultaat dat de uitbouw van de streekarchieven wordt belemmerd. Er zou derhalve een reorganisatie en een andere taakverdeling moeten komen. De bereidheid daartoe is echter niet groot, getuige de inventaris Cuypers van Velthoven. Drs. W. A. Fasel Postcriptum bij naschrift Het is met mijn bedoeling van onze discussie een perpetua altercatio te maken. Daarom slechts deze summiere kanttekening. Sedert 1 juli 1963, datum van mijn indiensttreding bij de Rijksarchiefdienst als rijksarchivaris in Noord-Brabant zijn er acht en dertig processen-verbaal opgemaakt, waarbij archivalia uit de archieven en collecties van dit kantoor werden overgedragen dan wel inbewaring gegeven aan gemeentebesturen in deze provincie ter plaatsing in de bewaarplaatsen van deze ge meenten. Het stuk, beschreven onder de aanwinsten van 1885 onder nr. 15, berust nog steeds op dit Rijksarchief. Het is in wezen amper als een archiefstuk te beschouwen omdat het hier gaat om een niet geauthentiseerde copie van een extract uit het register der notulen van "die van den Raad en Reeken,ngen van Z.H. den Heere Prince van Oranje en Nassau" van 11 maart 1779. Het betreft een limietscheiding in het Land van Cuijk tussen de dorpen Beugen, Rvckevoort, Ledeakker, Vierlingsbeek Over- loon en Sambeek. De uitspraak was gedaan op verzoek van de Landsvergadering van het Land van Cuijk. De toeschrijving in 1885 van dit stuk aan het gemeente-archief van Cuijk is dus op z'n minst aanvechtbaar. Bovendien is er in de zestiger jaren met de toenmalige streekarchivaris, mijn vroegere collega proximus van het Bossche S adsarchief Drs. H. Essink, de afspraak gemaakt, dat ruil van archiefstukken parallel zou lopen met de definitieve bewerking van het archief van de desbetref fende gemeente. Daarom herhaal ik mijn vraag aan Fasel waarom hij zich wil be moeien met mijn zaken. Als rijksarchivaris in de met gemeentelijke- en streekarchief- [304] diensten meest gezegende provincie van Nederland voel ik mij gelukkig met zovele ambtsbroeders, van wie ik velen tot mijn vrienden mag rekenen. Tot slot een critische kanttekening aan het adres van een overigens voortreffelijk redacteur. Waarom moest ik de bijdrage van mijn Alkmaarse collega uit "de cou rant" lezen en heeft deze de kans gekregen op een reactie vóór de publicatie van mijn verhaal? Overigens ben ik het wel met deze jongste gedragslijn eens. Voor het overige, beste Hein (sorry Fasel), sans aucune rancune. Dr. L. P. L. Pirenne SUMMARY The principle of provenance The state-archivist in the province of Noord-Brabant disputes the arguments of drs. Fasel in his article about the inventory of the Collection Cuypers van Velthoven in the previous issue. Finally drs. Fasel and dr. Pirenne reply. 305

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1979 | | pagina 17