functionele vorm, niet precies een opbergdoos maar toch onmiskenbaar een archief
gebouw in een fraaie, aansprekende vormgeving.
De opmerkingen van de vorige spreker over de bezwaren, die diens voorgangers
hadden geuit over de Sassenpoort binnen 10 jaar, nadat de poort was betrokken
deden hem denken aan wat hij kort geleden had vernomen tijdens een werkbezoek
aan het rijksarchief in Gelderland: "10 jaar geleden was dat het modernste gebouw
en daar hoor je nu ook al zeggen: het functioneert toch niet helemaal goed, er zijn
die en d,e knelpunten en die en die dingen zou ik graag aan dat nieuwe gebouw
willen toevoegen".
Hij stelde zich zo voor, dat het in Zwolle ook wel zo zou gaan, als overal en altijd,
Want het leven gaat verder, het leven vernieuwt zich".
Overdenkend wat in de afgelopen 10 jaren zo de knelpunten in het Nederlandse
archiefwezen waren geweest, verklaarde de staatssecretaris het gevoel te hebben dat
er voor wat de gebouwen betrof, toch wel beweging in de zaak zat. Nieuwe gebou
wen in Leeuwarden, Zwolle, straks het Algemeen Rijksarchief, dat is toch wel iets
Ik geloof, dat wij met zijn allen, niet alleen voor dit gebouw, maar ook voor dat
beleid, mijnheer Hougée, van mijn kant de Rijksgebouwendienst een compliment
moeten maken voor de voortvarendheid, waarmee dit probleem wordt aangepakt
Ja, en dan is er het personeelsprobleem. De rijksarchivaris heeft er ook al over ge
sproken. Ik moet zeggen, het is wel een Scylla- en Charybdisprobleem. Aan de ene
kant de toenemende belangstelling van het publiek, aan de andere kant de draaikolk
van de tinanciën en het personeel".
Er is helaas nogal een spanningsveld tussen het wenselijke en het mogelijke, zodat
het erg moeilijk is, een koers uit te zetten.
"Maar één ding heeft mij getroffen bij de bezoeken, die ik aan een aantal vestigingen
van oude rijksarchieven mocht brengen, dat is het ontzettende enthousiasme, waar
mee men in en met die archieven werkt. Dat valt op in een tijd, waarin veel geklaagd
wordt, en dat in weerwil van de problemen, die er zijn met personeel enz. Ik geloof,
dat dat stuk motivatie toch heel veel hoop voor de toekomst geeft. Het lijkt mij,
at dat ook komt, omdat er door de maatschappelijke ontwikkelingen veel van het
archiefwezen gevraagd wordt. Dat schept natuurlijk problemen maar geeft ook een
stimulans om het werk creatief aan te pakken.
Die vraag van de wereld om ons heen heeft zeker iets te maken met een algemeen
gevoelen in onze maatschappij, waarin de historische gegevenheid een belangrijke
rol gaat spelen voor het denken van nü en zo voor het beleid van alledag
Niet alleen de grote gebeurtenissen uit het verleden zijn daarbij van belang, maar
ook de kennis van de kleine, de petites histoires, speelt een rol bij de innerlijke be
wustwording. Het gaat niet alleen om een willen vasthouden van de historische con
tinuïteit, om een zorgen voor de toekomst van ons verleden, het gaat veeleer wel
licht om een bewustworden, dat het verleden is het verleden van onze toekomst
Voor het vormen van een schakel met die historische continuïteit, ten behoeve van
die bewustwording, zult u ongetwijfeld, mijnheer Eijken, met uw mensen en met de
intensiteit en creativiteit, die ik vanuit uw wereld langzamerhand ken, in dit nieuwe
gebouw veel goeds kunnen doen.
Pi
Aanbieding van de inventaris van het archief van Oldhagensdorp door rijksarchivaris
mr. E. D. Eijken (links) aan staatssecretaris G. C. Wallis de Vries (rechts).
Daarom wil ik de wens uitspreken, dat u het in dit gebouw zeker 10 jaar zonder
klachten zult volhouden. Dan kom ik later daar nog wel een keer op terug, of al
thans in de continuïteit natuurlijk een opvolger van mij, hoewel het natuurlijk niet
uitgesloten is, dat het kabinet Van Agt lang blijft zitten.
Ik moet u bovendien zeggen, mijnheer Eijken, dat u me toch het vertrouwen heeft
gegeven, dat ik vandaag heelhuids uit dit gebouw kom. In 1900 was het dan nog zo,
dat men een bewindsman duidelijk moest maken, dat er licht moest komen door hem
van een trap te laten vallen, vandaag heb ik zoveel goeds over dit gebouw gehoord,
dat ik met een enigszins gerust hart een rondgang durf te maken. Mijnheer Eijken,
heel veel genoegen met dit gebouw. Heel veel dank ook aan professor Tauber en
de bouwer, heel veel dank aan de Rijksgebouwendienst voor dit fraaie gebouw.
Ik hoop hier straks, wanneer alles nog wat verder op orde is, nog eens langs te
komen om wat na te praten over zakelijke dingen. Intussen vond ik het zeer prettig
hier geweest te zijn. En dames en heren, hiermee is dan, na zes maanden, dit gebouw
officieel in gebruik genomen. Ik dank u wel".
Tenslotte werden de staatssecretaris enige geschenken aangeboden, t.w. een ingelijst
239
[238