u \r
li
ss
h
r\
4
1
EZcr
tlf:Ë
-
4®
1
g;..
p
b Vi b
hHri-
•t:ï
zr
Ml
i
H
u
./II
!ik
li
I» I
i
Bi
IppB
.f
lip
H 44
licht. Dit resumerend kan men verwachten dat dit plakband een lange levensduur zal
hebben.
Amsterdam, 27 augustus 1965.
Ir. J. Lodewijks
Centraal laboratorium voor onderzoek van voorwerpen
van kunst en wetenschap
Central research laboratory for objects of art and sience
BIJLAGE II
Rapport nr.: 359l'76
Materiaalkeuze charterberging.
Kunstoffen en rubber instituut TNO
plastics and rubber research institute
Instituut van de Nijverheidsorganisatie TNO
Schoemakerstraat 97
Postbus 71, Delft, Holland
Telefoon (015) 56 93 30
Telex 31453 zptno nl
Opdrachtgever Algemeen Rijksarchief, 's-Gravenhage
Opdrachtnummer KRI 294050
Bewerkt door Afdeling Produktontwikkeling (J. J. Zandman)
Inhoud i. inleiding
2. Uitvoeering analyse
3. Resultaten
4. Konklusie
MWB
1Inleiding
Door het Algemeen Rijksarchief wordt overwogen voor de charterberging polycarbo-
naatfolie te gaan gebruiken in plaats van polyesterfolie. Dit, om een betrouwbare ver
binding tussen de folie en de gespuitgiete polycarbonaat onderdelen mogelijk te maken.
Aan het KRITNO is verzocht na te gaan of er in polycarbonaat stoffen aanwezig zijn,
die mogelijk schade zouden kunnen veroorzaken aan de hierin op te bergen dokumen-
ten. Tevens is verzocht om door middel van een verouderingsproef een vergelijking te
maken tussen dc te verwachten levensduur van polycarbonaat en polyester folie. Deze
verouderingsproef is nog niet beëindigd en zal later worden gerapporteerd.
2. Uitvoering analyse
Er is een infrarood spectrofotometrisch onderzoek gedaan aan 4 monsters polycarbo
naat:
Granules 1 Makrolon 2805, fabrikaat Bayer.
Granules 2 Makrolon 3100, fabrikaat Bayer.
Folie 3 Pocalon, transparant, Tamboer, Haarlem.
Folie 4 Lexan, éénzijdig mat, General Electric, Bergen op Zoom.
De granules waren gekozen als mogelijke grondstof voor de vervaardiging van de
zegelkappen. Het type 2805 zou mét en het type 3100 zonder toevoeging voor een
betere verwerking zijn.
De resultaten zijn vergeleken met standaard spectra.
Om de aanwezigheid van vluchtige of extraheerbare stoffen aan te tonen, is nog een
[490]
etherextraktie uitgevoerd volgens de soxlet-methode. Ook zijn monsters 5 uur bij
100°C bewaard, waarna nogmaals een spectrum is gemaakt.
3. Resultaten
De spectra van de oorspronkelijke monsters zijn weergegeven in de spectra 1 t/m 4.
De vergelijking met de standaard spectra gaf als resultaat, dat alle vier de monsters
bestonden uit een normaal type polycarbonaat (difenylol propaan).
In de IR-spectra van de monsters 1, 2 en 4 werd een overigens ook op het standaard
spectrum voorkomend piekje gekonstateerd, bij 14, 4 ^m, dat mogelijk van vrij fenol
afkomstig zou kunnen zijn (omcirkeld in de spectra). Na extraktie met ether werden
echter geen oplosbare bestanddelen in de ether aangetroffen. Ook de spectra na deze
extrakties vertoonden geen verandering. Hetzelfde was het geval na de uitdampproef
(5 uur, 100°C) van de monsters 1, 2 en 4; de spectra veranderden niet. Het verdachte
piekje is derhalve niet afkomstig van fenol of een andere extraheerbare stof.
4. Konklusie
In de onderzochte monsters polycarbonaat zijn geen vluchtige of extraheerbare be
standdelen aangetroffen die mogelijk zouden kunnen inwerken op de hierin op te
bergen dokumenten.
2i*v.
r
t"
-
.1
SC
wjil
IJS ito üi 3
x.'
2;-r~ -
J3
,.tr
T'-,
jB
"X:
1. i,L
i
- - r-'
r_. f
iV'- rV|
Hl
44
O'":'
t
al
rr
j
i
"TTT-
f
-4"1
h 2
h
i ;j...
'-C4C .V
03
ÏZ»
Ljzj. ,.nz:
SS»
-Tit'i
«T i
!K» EW i
V i.'
j}-\
l
■YT":
CC 1%
m
~kca
j
5» "ït
WAVENUMBER cm-i
IR-Spectrum 1, Makrolon 2805 granules
WAVENUMBER cm-i
IR-Spectrum 2, Makrolon 3100 granules
[491]