De Algemene Rijksarchivaris tijdens het uitspreken van zijn rede.
De ontwikkeling en groei van het archiefwezen, waar dit congres aan is gewijd, vraagt
in een land als Nederland onder meer om een versterkte acquisitie, specialisatie en inter
nationale samenwerking.
Ten aanzien van de acquisitie kan worden vermeld, dat de E.E.G. tot veel fusies leidde in
het bankwezen, bij handelsbedrijven en transportondernemingen. Tezamen met een hoge
sociale mobiliteit bedreigt deze ontwikkeling veel 19de en 20ste eeuwse archieven. Fa
milies en particuliere of publieke bedrijven hechten niet aan verouderde gegevens. Toch
kunnen die bescheiden met betrekking bijvoorbeeld tot cultuur- of transportondernemin
gen van groot belang zijn voor de betrokken gebieden. Collega Cangah heeft dit duidelijk
aangetoond. Ik kan een voorbeeld geven. Enkele jaren geleden stond de familie van
een vroegere koloniale topfunktionaris op het punt te verhuizen. Men belde het Algemeen
Rijksarchief met de vraag of de massa's archiefstukken, documenten en boeken dezelfde
dag nog afgehaald konden worden. Dit telefoontje was, het zij opgemerkt, het resultaat
van een voortdurend bepleiten in de daarvoor in aanmerking komende kringen van het
belang van politiek-administratieve nalatenschappen en van de bereidheid tot hulp en
zorg van het archief. Een deel van de bibliotheek, die het Algemeen Rijksarchief toen
verwierf, werd verscheept naar het Arsip Nasional van de republiek Indonesië. Een deel
[60]
van het archief werd voor het Arsip Nasional verfilmd. Collega Soemartini verwerkte in
samenwerking met de Universiteit van Djocjacarta een deel van de microfilms in een
publicatie; rapporten en verslagen betreffende de rijstbouw en dorpsfinanciën op Java
in het eerste kwart van deze eeuw.
Ten aanzien van de specialisatie kan worden verwezen naar de samenwerking op archief-
gebied tussen Oostenrijk en Hongarije, zoals in 1961 door Bautier vermeld in zijn rapport
van de Table Ronde van Warschau. De Hongaarse collega's hebben werkkamers in het
Oostenrijkse Haus-, Hof- und Staatsarchiv en hebben toegang tot de depots. Zij bereiden
de verfilming voor en werken met de Oostenrijkse collega's samen bij vernietiging en
inventarisatie.
Op dezelfde wijze hebben de Indonesische archivarissen en historici toegang tot de depots
van het Algemeen Rijksarchief, terwijl Nederlandse archivarissen in de depots van het
Arsip Nasional werkten. Indonesië leverde ons microfilms van 17e en 18e eeuwse docu
menten en van genealogische stukken. Het Algemeen Rijksarchief stuurde films naar het
Arsip Nasional, die voorbereid waren door Indonesische historici. Deze films betreffen
politieke, economische en sociologische rapportages uit de eerste helft van deze eeuw.
Ieder jaar verwerft de Nederlandse rijksarchiefdienst enkele archieven van thee-, suiker-,
tabaks-, spoorweg- of handelsondernemingen. We kunnen om met deze archieven te
werken de kennis en steun van het Arsip Nasional niet missen.
Ten aanzien van de internationale samenwerking kan worden vermeld, dat de Europese
integratie en de industrialisatie en verstedelijking van platteland en grensstreken de groei
prikkelen van regionaal onderzoek en van studies over culturele en historische verbanden,
die de nationale grenzen overschrijden. Alleen in samenwerking met de niet-Nederlandse
buren kunnen academische researchprojekten op deze gebieden worden georganiseerd
en kan hulp worden geboden aan enkeling en groep.
In het archief kan iedere generatie het verleden zelf onderzoeken en zich bezinnen op
eigen aard en taak. De geschiedenis van de mensheid ligt verdeeld over vele archieven.
Een wereldomspannende vriendschapsband van archivarissen kan de historische studies
bevorderen en leiden tot ontmoetingen tussen volkeren en culturen.
Het is erg gelukkig, dat de Internationale Archiefraad voorop gaat op de weg naar samen
werking, onderling respekt en begrip".
Tijdens de discussie kwamen enkele verrassende suggesties ter tafel.
1Er moeten vertalingen van studies over archiefterminologie komen (M. Kapran).
2. Er moeten studiecommissies en informatiecentra op archiefgebied worden ge
vormd (A. Tanodi).
'Dc archivarissen in ontwikkelingslanden komen na terugkomst uit een trainingscen
trum, in hun moederland in een luchtledige situatie terecht. Er is geen mogelijkheid
tot een dialoog met collegae, zoals in de oude landen. Handboeken kunnen hen daar
bij helpen. Er zijn van dit soort boeken te weinig. Zuid-Amerika is daarbij in het voor
deel door eenheid van taal".
3. In de ontwikkelingslanden moet men attent zijn op registers van de oude inheem
se stammen. Zij geven een inzicht in het oude plaatselijke leven en in het oude Afri
kaanse recht (mr. Sahou MBaye, Senegal).
4. Vanuit de I.C.A. zou steun aan de landen in de Derde Wereld moeten worden
gegeven volgens het schema "higher-developped, developped, developping, lower-
developped" (Mr. Choille, Ierland).
Verslag van de vergaderingen van de Assemblée Générale.
Rapporteur drs. B. Woelderink.
De vergaderingen van de Assemblée Générale werden op 27 en 28 september en op 1
[61]