Artikel 25, eerste lid, van de Archiefwet 1962 en het
gemeentearchief van Middelburg
thema van deze bijeenkomst met de omschrijving die de grote historicus Geyl aan
de geschiedwetenschap gaf 'een discussie zonder eind' willen noemen. Wij moeten
er echter wel op letten, dat het bedrijfsarchief niet hetzelfde lot treft als oudtijds
de stad Saguntum in het Romeinse rijk: senatu deliberanle Saguntum periit, terwijl
de senaat delibereerde ging Saguntum ten onder
Aan het eind van mijn voordracht gekomen wil ik nogmaals op enkele hoofdzaken
de aandacht vestigen.
Uit het totale aanbod aan bedrijfsarchieven in Nederland moet een verantwoor
de selectie worden gemaakt.
De voor bewaring in aanmerking komende archieven moeten op de oorspron
kelijke plaats worden geschoond met medezeggenschap van bedrijfshistoricus
en/of overheidsarchivaris.
De voor bewaring in aanmerking komende bescheiden moeten op een plaats
worden ondergebracht, waar een goede bewaring en een deskundig beheer ge
waarborgd zijn.
Deze doelstellingen, zo zou ik willen concluderen, kunnen alleen worden gereali
seerd, wanneer deze materie van de bedrijfsarchieven wettelijk geregeld wordt.
R. H. Krans.
SUMMARY
Industrial archives at the record-office of the municipality of Rotterdam.
Acquisition and selection.
The article contains a lecture rendered on a meeting of the Nederlandse Vereni
ging van Bedrijfsarchivarissen (Dutch union of industrial archivists). First of all.
the acquisition of industrial archives is dealt with. In the Netherlands the matter
of the industrial archives is only in part regulated legally. This brings on that the
care for and the management of the historical industrial archives leaves much to
be desired.
After this, the subject of selection is treated. It is desirable to make a justified
selection from the total supply of industrial archives in the Netherlands. Fixed
documents from the time after 1900 may be destroyed on a larger scale, whereas
documents from the time before 1900 should be treated with more consideration.
This caesura on 'the fracture of two centuries' is determined with the aid of the
conception take-off' of W.W. Rostow. The financial records are approximated
from a theoretical point of view. As a tool for selection the value-added density is
proposed, a ratio between on the one side the value that a particular series adds
to the documents to be preserved and on the other side the space seized by this
series. The archives to be preserved should be selected on the place of origin, the
factory, with participation of the historian of the concern and/or the archivist of
the public authorities. Moreover, the historically relevant records should be placed
in a depository, where good preservation and expert management are guaranteed.
The lecture is concluded with the remark, that above mentioned desiderata can be
only realized, when this matter of the industrial archives is legally regulated.
[220]
Recentelijk is ter gemeentesecretarie van Middelburg een middelbaar archiefambte
naar benoemd voor werkzaamheden die hij volledig gekwalificeerd is als gemeen
tearchivaris te verrichten, ingevolge artikel 25, eerste lid, van de Archiefwet 1962.
Rondom deze benoeming heeft zich een uitvoerige correspondentie ontsponnen
tussen het ministerie van C.R.M. (hierna aangeduid als C.R.M.), Gedeputeeide
Staten van Zeeland (G.S.), Burgemeester en Wethouders van Middelburg (B. en W.),
het bestuur van de V.A.N. en mijzelf, als rijksarchivaris in Zeeland belast met de
inspectie der gemeente- en waterschapsarchieven.
In de Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft deze zaak aanleiding gegeven tot
een discussie tussen het Kamerlid drs. Y. P. W. van der Werff en de minister van
C.R.M. mr. H. W. van Doorn.
Hieronder volgt de volledige tekst van de stukken betreffende de benoeming van
de Middelburgse secretarie-ambtenaar. Aan de hand hiervan zal elke lezer zich
een oordeel kunnen vormen over het door de betrokkenen ter zake gevoerde be
leid, zodat commentaar overbodig is. Ik moge volstaan met mijn dank te betuigen
aan'de talrijke collega's die mij bij het nemen van vaak moeilijke en altijd onaan
gename beslissingen moreel en daadwerkelijk gesteund hebben.
P. Scherft.
1. 21 december 1973. Rapport van inspecteur aan G.S. (21 januari 1974 door
G.S. om advies gezonden aan B. en W.)
In Middelburg heeft een oud-wethouder, de heer J. S. Hoek, zich na zijn pensionering
jarenlang belangeloos bezig gehouden met de verzorging van de documentatie over de
stadsgeschiedenis, beantwoording van vragen op historisch gebied en andere wei kzaam-
hedenuitgezonderd zulke waarvoor de vakkennis van een opgeleide archiefambtenaar
vereist is die normaliter tot de taak van een gemeentearchivaris behoren.
De heer Hoek heeft reeds geruime tijd geleden, met het oog op zijn leeftijd, de wens
geuit dit werk neer te leggen. Daarom heeft het gemeentebestuur m overleg met my
gezocht naar een mogelijkheid om een gehonoreerde functionaris aan te trekken. Daaibij
stond voorop, dat dit een middelbaar archiefambtenaar in de zin der wet moest zijn,
zodat ook de nodige aandacht besteed kan worden aan de gemeentearchieven, waarvan
de wet openbaarheid verlangt.
Aanvankelijk is daarbij gedacht aan een streekarchivariaat m de vorm van een gemeen
schappelijke regeling. Ongeveer twee jaar lang heb ik met Middelburg en andere ge
meenten op Walcheren besprekingen gevoerd over de oprichting van een dei gelijk streek
archivariaat. Middelburg heeft zich om financiële redenen uit dit overleg teruggetrokken
[221]