werd h Ult6en december 1970 met de werkzaamheden werd begonnen. Ingesteld werden een werkgroep en een beoordelingscommissie Aanvankelijk bestond de werkgroep uit de heren S. A. Goedbloed, dr. Th. E. Jensma en H. J. van Meerendonk. Door omstandigheden maakten de heren Goedbloed en ensma na enige tijd geen deel meer uit van deze commissie, zodat daarna de heer an Meerendonk het werk alleen moest verrichten. Deze heeft hieraan, ondanks een zeer drukke werkkring, veel tijd gespendeerd. Door zijn werkgever werd hij enige tijd vrijgesteld om een deel van het werk af te ronden. Gereed is thans het belangrijkste onderdeel nl. 'criteria die kunnen leiden tot vernietiging van archief stukken de verwachting is dat het gehele werkstuk dit jaar gereed zal zijn. De ge reed gekomen onderdelen zullen worden bezien door de beoordelingscommissie Zij zu en worden gepubliceerd in bijvoorbeeld de vakbladen, waarna eventuele reacties zullen worden verwerkt. Mr. De Vey Mestdagh prijst de heer Van Meerendonk voor zijn inzet en kennis van zaken. drinei drs VOorzitter in zii" ^rede over de Rijksarchiefschool dring drs. H. Bordew.jk er op aan dat t.a.v. de door de S.O.D. te verzorgen cursus mventarisatie voor registraturen geen afwachtende houding wordt aangenomen maar dat door het bestuur initiatieven worden ontwikkeld om iets te ondernemen m de gemeentelijke en provinciale sfeer. Dr. Pirenne antwoord, dat hij slechts ge sproken heeft over het inschakelen van een docent van de Rijks archiefschool bij deze cursus en dat de Rijks archiefschool hier verder buiten staat. Hij is voorts van mening dat het bestuur ter zake in deze fase niets kan doen Drs. R. A. D Renting stelt dat de hele zaak van de opleiding bekeken zou moeten worden zowel binnen de S.O.D. als binnen de Rijks archiefschool. Drs. Bordewijk is het hiermee eens; misschien kan door de commissie gewestvorming enige aan dacht aan deze materie worden besteed. De voorzitter dankt de leden voor hun inzet bij de discussie en schorst de verga dering voor de lunch, in het gebouw Film en Wetenschap. s-Middags worden lezingen beluisterd over automatiseringsvraagstukken. De heer R. F. van Breemen, system-engineer van de J.B.M. Nederland NV te 's-Gra venhage, houdt een voordracht over de taak van een archivaris in een organisatie ie gebruik maakt van een computer. Spreker zet uiteen welke plaats een computer m een organisatie kan innemen. Naar zijn opvatting kan de taak van de archivaris binnen een dergelijke organisatie veelomvattend zijn: bedrijfsinformator organi satiedeskundige. technicus, diplomaat-tacticus-onderhandelaar en programmatuur- teskundige. Zijn conclusie is: de archivaris moet zijn een katalysator in een commu- nicatie-proces. Hij zal zijn toekomst niet 'op papier' moeten bouwen maar ver trouwd moeten raken met gecodeerde informatiedragers (ponskaart, ponsband magnetische band en magnetische schijf). ^MVPmr dl' ir' V' T' St'biC' stafmedewerker aan de I.S.A. researchafdeling van de NV Philips, in op de mogelijkheden van toepassing van retrieval systemen Spre ker zet uiteen hoe een computer kan helpen bij het terugvinden van informatie De [90] eerste fase in dit proces is duur en vervelend; documenten moeten voor de invoer in een computer geschikt worden gemaakt, geformaliseerd en gestructureerd. De gegevens worden door de computer op een automatische schijf of band gezet. De mogelijkheden zijn vele; uit een index kan de computer selecteren op gewenst ge zichtspunt, ook kan hij de gewenste trefwoorden automatisch uit de tekst halen. Belangrijk is dat de computer ook in staat is antwoord te geven op vragen die in normaal leesbaar schrift worden gesteld, terwijl een nieuwe mogelijkheid is het auto matisch indiceren door de computer, waarbij de trefwoorden niet door de archivaris maar door de computer worden gekozen. Zelfs kan men, via een terminal, met de computer worden verbonden, waardoor men een in natuurlijke taal gestelde vraag rechtstreeks tot de computer kan richten. Het antwoord verschijnt op een scherm. Tenslotte is het mogelijk dat de computer niet alleen een uittreksel van een docu ment levert maar ook hele teksten op microfilm. De voorzitter dankt beide sprekers voor hun boeiende uiteenzettingen. Na een ge animeerde discussie wordt de vergadering gesloten. De presentielijst werd getekend door 80 personen. Jaarrede van de voorzitter van de Vereniging van Archivarissen in Neder land, dr. L. P. L. Pirenne, uitgesproken op de vergadering in Utrecht op 7 februari 1974. In het afgelopen verenigingsjaar, geachte dames en heren, is het bestuur van de Ver- eniging van Archivarissen in Nederland negenmaal in interne vergadering bijeen ge weest, heeft het vergaderd met de algemene rijksarchivaris, met het bestuur van de Studiekring Overheidsdocumentatie, met de eigen verenigingscommissies, heeft het leiding gegeven aan drie ledenvergaderingen en samen met de algemene rijks archivaris aan de studiedagen, terwijl daarnaast voorzitter, secretaris en enige be stuursleden aanwezig waren op de studiedagen van de S.O.D.de jaarvergadering van deze studiekring, de statutaire dag van de sectie archieven van de Belgische ver eniging van Archivarissen en Bibliothecarissen, de opening van het herstelde en her ingerichte hoofdgebouw van de Archiefdienst der gemeente Amsterdam, en andere bijeenkomsten rond zaken of personen, die met het archiefwezen van doen hebben. Deze opsomming geef ik niet pour épater l'archiviste maar om U er van te over tuigen, dat zo er van Uw zijde kanttekeningen geplaatst zullen worden bij het beleid van het bestuur, zo er sprake kan zijn van kritiek, het bestuur in ieder geval niet van luiheid beschuldigd mag worden. Misschien zullen er onder U zijn, die vinden dat we het ons te moeilijk maken, dat we te zeer ook een beroep doen op de bereidheid van leden zich in te zetten voor taakbehartiging op deelgebieden van onze verantwoordelijkheden. Toch is het juist voor een gezond verenigingsleven noodzakelijk, dat we het druk hebben, U én ik. [91]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1974 | | pagina 6