De Stichting Tehuis voor Archiefamhtenaren in 1972
In memoriam Dr. Jan Taal
De Morrenstichting zal door het symposion 1972 'De archieven en het wetenschap
pelijk onderzoek' vele archivarissen nader zijn gekomen. Een belangrijke financiële
bijdrage maakte het mogelijk om het zeer geslaagde vakberaad, waaraan 125 per
sonen deelnamen, een stijlvolle context te bieden. Behalve het diner in hotel Corona,
waaraan 108 ambtgenoten aanzaten, werden ook de kosten voor logies en ontbijt
van de binnen- en buitenlandse deelnemers in de hotels Corona en Des Indes te
's-Gravenhage door de stichting betaald.
Het aantal overnachtingen in 1972 liep mede hierdoor op tot 228 (in 1971: 96).
Het aantal personen, dat van de logeergelegenheid gebruik maakte, was 136 (in
1971: 27). De stichting gaat meer nog aan haar doelstelling beantwoorden.
In het regentencollege is de voorzittershamer na het vertrek van de raadadviseur
dr. mr. F. J. Duparc overgenomen door het hoofd van de directie Musea, Monu
menten en Archieven P. J. Yperlaan. De zittende regenten, de algemene rijksarchi
varis en de gemeentearchivaris van 's-Gravenhage hebben de nieuwe voorzitter in
de onlangs gehouden regentenvergadering verwelkomd.
Aanvragen om logies kunnen worden gericht tot de directeur van de stichting,
Veenendaalkade 610, 's-Gravenhage met vermelding van dag van aankomst en
vertrek en het aantal deelnemende gezinsleden.
De directeur H. J. van Meerendonk
f
[166]
Op 26 juni jl. overleed na een langdurig ziekbed te Gouda Dr. Jan Taal, oud-ge-
meentearchivaris. Hij werd in 1893 geboren in Nieuw-Beijerland. Spoedig daarna
verhuisde het gezin naar Den Haag waar zijn vader hervormd godsdienstonder
wijzer werd. Na het behalen van het onderwijzersdiploma vervulde Taal enige
betrekkingen bij het L.O. In 1917 legde hij het Staatsexamen af, om voor predikant
te kunnen studeren. Tijdens die studie kwam hij in een geloofscrisis, waarover hij
heeft geschreven in zijn boek 'Door vrij denken tot christelijk geloven' (Brugge
1966). Hij gaf de studie op en werd ambtenaar bij Centraal Beheer. In 1925 ging
hij over naar de Rooms-Katholieke kerk. Hij legde zich nu toe op de studie van de
geschiedenis, om vervolgens na het doctoraal examen zich aan het Algemeen Rijks
archief te bekwamen voor het diploma van wetenschappelijk archiefambtenaar le
klasse, dat hij in 1938 behaalde. In zijn Haagse tijd leerde hij zijn toekomstige
vrouw, Annie van Velthoven, kennen, waarmede hij zeer gelukkig heeft geleefd.
Na een jaar als adjunct-commies aan het gemeente-archief van Leiden verbonden
te zijn geweest aanvaardde Taal op 1 april 1944 zijn functie te Gouda onder bui
tengewoon moeilijke omstandigheden. Met het oog op mogelijke oorlogshandelin
gen waren de archieven, welke in vredestijd bewaard werden in de voormalige gast
huiskapel aan de Oosthaven verspreid over vier gebouwen. Tot overmaat van ramp
werd de custos in het najaar ernstig ziek. Bovendien was er een grote achterstand
op allerlei gebied. De materiële verzorging van de archieven was in de crisistijd
verwaarloosd. Met het hoogstnodige indiceren van de doop-, trouw- en begraaf-
boeken was amper een begin gemaakt. De inventarissen, voor zover aanwezig,
waren merendeels van voorlopige aard of verouderd. De bewaarplaats was voch
tig en vuil, de werklokalen waren veel te klein.
De nieuwe functionaris had een open oog voor de gebreken. Zodra mogelijk werd
de restauratie van de archivalia met kracht ter hand genomen. De klapper op de
doop-, trouw- en begraafboeken, een werk van lange adem, kwam in 1958 gereed.
Zijn voornemen om het oud-archief van de stad te inventariseren kwam behou
dens enige voorbereidende werkzaamheden wegens tijdgebrek niet tot uitvoering.
Wij moeten daarbij in aanmerking nemen, dat Taal slechts drie dagen per week
in functie was en bovendien in toenemende mate door ziekte werd gehandicapt.
Eveneens in 1958 kwam zijn inventaris van de archieven van de Goudse kloosters
[167]