Algemeen Rijksarchief in Brussel en het Rijksarchief in Namen, terwijl de eigendom berust bij de erfgenamen van de baron, de Koninklijke Academie van België en de Belgische Staat, E. Vandewoude verhaalt, aan de hand van het archief van F. Eloin, over een Bel gische kolonisatiepoging in Oceanië (1861). A. van Nieuwenhuysen publiceert een oorkonde betreffende een bestand gesloten aan het einde van de honderdjarige oor log tussen de hertog van Lotharingen en de graaf van Ligny in 1433, Dit stuk berust in het familiearchief Lalaing, dat in 1960 in het Algemeen Rijksarchief te Brussel gedeponeerd werd. E. Lodolini geeft een overzicht van het Italiaanse archiefwezen. Uit de bespreking van J. Vanoosterweycks boek Het Archiefwezen in België, waar mee C. Wyffels de rubriek Varia opent, blijkt dat dit werk van 335 bladzijden, ge schreven door een licentiaat in politieke en administratieve wetenschappen, geen aanwinst is voor de archivistische literatuur. P. Cockshaw geeft een aanvulling op de Itinéraires van Philips de Goede en Karei de Stoute. Zeer instructief zijn de uit eenzettingen over de rijksarchieven te Ronse en Beveren-Waas en het stadsarchief van Gent van respectievelijk G. Gadeyne, G. Asaert en A. Wyffels. Van het archief van het commissariaat voor prijzen en lonen (1940-1944) wordt de door N. Maddens en E. Persoons samengestelde inventaris gepubliceerd. J. Verhelst besluit de Varia met een verhandeling over het statistisch verwerken van historische gegevens. De Kroniek van het Archiefwezen bevat een lijst van Belgische archivalische publi caties in 1968 met een afzonderlijke lijst van de in dat jaar door het rijksarchief ge publiceerde inventarissen en catalogen. Bij de Kronieknota's wordt wat Nederland betreft aandacht gewijd aan Oorkonden van de abdij Ter Kameren betreffende haar uithof te Giersbergen door A. Notebaert, aan De stadsrekening van Maastricht over het jaar 1399-1400 door J. Koreman en aan de nieuwe bewerking van het Rijksar chief in Limburg te Maastricht door G. W. A. Panhuysen. Bij de boekbesprekingen komen enige werken over middeleeuwse universiteiten ter sprake. In de tweede aflevering 1970 is het tweede en laatste deel van E. Lodolini's overzicht van het Italiaanse archiefwezen opgenomen. M. Duchein en W. Leesch behandelen vervolgens het archiefwezen in Frankrijk en Duitsland (D.D.R.). E. Warlop brengt verslag uit van Vijf jaar Rijksarchief te Kortrijk. Interessant is de Opgave van dokumenten betreffende de Nieuwste Geschiedenis van België uitgegeven vanaf 1945, samengesteld door H. Gaus en J. Dhondt. Uit de inleiding van laatstgenoemde blijkt, dat het beoefenen van de nieuwste geschiedenis in België iets recents is. Over de tijd na 1789 werd vóór 1930 bijna geen wetenschap pelijk werk geschreven. Nu gaat de vraag uitgesproken naar de nieuwste geschiede nis. In de lijst van uitgegeven dokumenten zijn ook heruitgegeven nummers van kranten opgenomen. Het bleek, dat veel kranten even onvindbaar zijn als kronieken of annalen van de Middeleeuwen; kranten waarvan geen enkel nummer is bewaard zijn legio, kranten waarvan af en toe een nummer is bewaard zijn ontelbaar, kranten waarvan een volledige reeks bewaard is, zijn er maar weinig. De documenten in de lijst zijn ongelijk van betekenis: dagboeken, memoires, brieven, politieke gedichten, juridische teksten, een menu. [74] Met terzijdelating wat hetgeen de bibliotheken betreft, noemen we nog de transcrip ties van een cartularium voor de abdij van Herkenrode in 1548 door P. Lefèvre, die ook twee teksten over bestellingen van goudsmids- en borduurwerk door de proosdij van Coudenberg in 1480 en 1507 mededeelde. G. Dogaer bespreekt een verlucht benedictionale uit dezelfde proosdij. In deze aflevering is verder opgenomen een lijst van de in 1969 verschenen Belgische archivalische publicaties en door het rijksarchief gepubliceerde werken. Bij de Kro nieknota's worden uit Nederland genoemd: de Inventaris van de archieven van de Hoge Justitiekamer in Groningen en andere gewestelijke rechterlijke instellingen tot 1811 door W. J. Formsma; de Inventaris van de archieven van de Rijksuniversiteit te Utrecht door C. A. van Kalveen; de Inventaris der archieven van de ambtenaren van de waterstaat die binnen het gebied der tegenwoordige provincie Groningen en soms mede daarbuiten gefungeerd hebben in de eerste helft der 19e eeuw door L. J. Noordhoff; de Supplement-Inventaris van het huisarchief van de Nienoord, deel II, door W. J. Formsma; Gebundelde inventarissen van archieven in het Rijksarchief Groningen, deel I, bevattende: Inventaris van het familie-archief Clant van Hancke- ma door W. J. Formsma; Inventaris van het huisarchief Coendersborg door J. Mei- nema en Inventaris van de verzameling familiepapieren Polman Gruys door O. A. M. W. Hartong; Lijst van geschriften van Dr. W. J. Formsma, aangeboden bij zijn aftreden als rijksarchivaris in de provincie Groningen en Inventaris van het archief van het Huis ten Donk door B. Woelderink. De gehele jaargang 1970 telt 726 bladzijden. J. H. v. d. HO. Eind 1970 verscheen Archivutn XVIII1968, geheel gewijd aan het Zesde Internatio nale Archiefcongres, gehouden in Madrid van 3 tot 7 september 1968. In het Neder lands Archievenblad 1968, blz. 216-228, werd daarover reeds verslag uitgebracht door mejuffrouw dr. W. Chr. Pieterse. De tekst van de rapporten, discussies en toe spraken is nu dus volledig beschikbaar. Deel XVII, dat de archiefwetgeving in de verschillende landen tot onderwerp heeft, is nog niet verschenen. Het voorlaatst ver schenen deel van Archivum, XVI, was gewijd aan het buitengewoon archiefcongres in Washington in 1966, zie Nederlands Archievenblad 1970, blz. 150, waar de desbe treffende tekst echter ten onrechte in een klein lettertype gezet is. J. H. v. d. HO. [75]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1971 | | pagina 41