meer had, soms tot aan de tweede wereldoorlog. Een eerste schifting van de in de
meeste gevallen slecht of niet geordende gemeentearchieven geschiedde ter plaatse.
Ter vernietiging werden omvangrijke reeksen ter plaatse gelaten, zoals de formulie
ren van woonstveranderingen, minuten van akten van de burgerlijke stand, formu
lieren van de tienjarige volkstellingen (gewoonlijk onvolledig), bewijsstukken bij de
rekeningen. Verdere schifting kon in het rijksarchief gebeuren. De archieven van
commissies van openbare onderstand en polders en wateringen bestonden meestal
slechts uit restanten die praktisch globaal werden overgenomen. Op die wijze gaven
circa 80 van de gedurende tien jaar bezochte intellingen hun archief in bewaring.
Opname hiervan kon wat de ruimte betrof gemakkelijk geschieden.
Intussen boden rijksbesturen en rechtbanken hoe langer hoe meer jongere archieven
ter bewaring aan en hier wordt het dringend nodig vernietigingslijsten op te stellen.
Tot nu toe immers worden zoals voorgeschreven door het archiefbesluit de
aanbiedingen gedaan in de vorm van een lijst. Een archivaris gaat ter plaatse de ar
chieven onderzoeken, brengt verslag uit en er wordt beslist wat dient te worden ge
stort. Het gaat meestal om massa's bescheiden die de administratie niet meer nodig
heeft en die overigens geen 'historische' waarde hebben. Veel tijd gaat met die werk
wijze verloren.
Min of meer periodieke aanbiedingen van zeer recente archieven worden in de laat
ste jaren gedaan door de Registratie en Domeinen, de Hypotheekbewaring, de Om
zetbelasting, de Direkte belastingen, de griffies en parketten van Ie aanleg (arron
dissementsrechtbanken) en vredegerechten (kantongerechten).
Voor de griffies en parketten gaat het hoofdzakelijk (voor 90 om strafdossiers.
De bewaringstermijnen van die dossiers stemmen nagenoeg overeen met die welke
in Nederland gangbaar zijn (hoogstens 30 jaar). Voor zeer veel vredegerechten en
voor alle rechtbanken van Ie aanleg worden zij nog een na een geschift. In den
beginne ging dat voorzichtig en traag, naarmate de routine groter werd met toene
mende snelheid. Die schiftingen, die uiteraard niet volgens vaste en objektieve krite-
ria geschieden, hebben toch geleid, zoals blijkt uit de vergelijking van de resultaten
en uit gesprekken onder archivarissen, tot een zekere uniformiteit in de keuze van
de te bewaren bundels. Anderzijds nemen zij natuurlijk zeer veel tijd in beslag en zijn
vermoeiend. Er zal uiteindelijk toch tot vernietiging zonder meer moeten worden
overgegaan van de bundels der vredegerechten, die overigens ook weinig waarde
blijken te hebben. Hoogstens zouden er enkele specimina kunnen worden bewaard.
Aan een kriterium gebonden aan de belangrijkheid van de uitgesproken of gevor
derde gevangenisstraf bv. één jaar zoals in Nederland sedert 1936 is aangenomen
werd in België niet gedacht. Ik vermoed dat na het experiment van de schifting
mijn medewerkers er niet voor te vinden zouden zijn.
Een buitenlandse kollega suggereerde dat de rechters en prokureurs de 'interessante'
dossiers, die aan zekere kategorieën beantwoorden (bv. politieke affaires), maar
liefst zelf op de helft moesten merken ten gerieve van het rijksarchief. Misschien
geen kwaad idee.
Voor Registratie en Domeinen, Hypotheekbewaring en Omzetbelasting, die nu om
de vijf jaar tot storting overgaan, werden in het begin van de jaren zestig pogingen
gedaan om te komen tot een werkelijke vernietigingslijst, uitgaande van de lijst met
bewaringstermijnen van 1949. Daar de zaak niet door een kommissie van archiva
rissen èn beambten werd behandeld, is het niet zo ver gekomen. Ieder conservator
neemt natuurlijk alle reeksen over die voor de administratie onbeperkt dienen be
waard te blijven. Over de andere reeksen echter houdt ieder er zijn eigen mening op
na. De gehele zaak dient weer ter hand te worden genomen.
In 1958 en volgende jaren werd onderzocht wat periodiek van het Bestuur der
Direkte Belastingen diende te worden overgenomen. Daaruit resulteerde een rond
schrijven van dat bestuur aan de diensten, waarin de lijst van de in het rijksarchief
neer te leggen en van de te vernietigen archieven werd bekendgemaakt. Die circu
laire werd, in verband met de neer te leggen dossiers van aangiften, eerst niet vol
ledig uitgevoerd, omdat de diensten het voorbereidend schiftingswerk niet wilden
verrichten. In het begin van verleden jaar wenste het Bestuur der Direkte Belastin
gen opnieuw te storten voor de jaren 195356. De circulaire werd toen nageleefd
met betrekking tot die dossiers. Voor het ganse land kwamen tezamen enkele kilo
meters archief in het rijksarchief terecht. De oorspronkelijke bedoeling was dat de
dossiers van aangiften achteraf nog zouden worden geselekteerd. Doch aan perio
dieke schifting van een dergelijke massa valt niet te denken. Ook hier dient de zaak
te worden herzien.
De grootste moeilijkheden voor selektie bieden immers de massa's dossiers in tegen
stelling met de reeksen registers. Schifting van alle dossiers is niet mogelijk; weg
gooien zonder meer valt zwaar en is wellicht niet immer verantwoord. Een keuze
die representatief is voor het geheel en tevens in de toekomst kan verder gaan, is ook
moeilijk te verwezenlijken en vraagt veel tijd.
Zo heeft een van mijn medewerkers, mejuffrouw Van Derveeghde, de dossiers
onderzocht van het Instituut voor Maatschappelijke Zekerheid ten einde er een
verantwoorde keuze in te maken.
Het instituut, waarvan het archief gecentraliseerd is in één gebouw te Brussel, be
staat sedert 25 jaar (1945). Het aantal dossiers bedraagt 600.000, waaronder 150.000
lopende. Het gaat om de administratieve dossiers van de werkgevers die aan de
Sociale Zekerheid zijn onderworpen. Ieder dossier draagt een nummer dat het enige
identifikatie-element uitmaakt. Geen enkel steekkaartensysteem, op naam of per
kategorie, laat inderdaad toe ofwel een onderneming ofwel een werkgever te ont
dekken
Die dossiers die bijzonder interessant zijn voor alles wat de evolutie van de salaris
sen betreft, de wekelijkse arbeidsduur, de afstand tussen woonplaats en werkplaats,
tvenals voor de last die de salarissen voor de werkgever betekenen, laten eveneens
loede algemene evolutie van het economisch leven van het gehele land te volgen.
De keuze heeft zich gericht op de verschillende takken van het economisch leven
met de betrachting om te behouden wat specifiek regionaal en geografisch belang
rijk is. Daarbij werden niet alleen de grote ondernemingen in aanmerking genomen,
anderzijds werden de bedrijven verwaarloosd die dezelfde kenmerken vertonen of
ietzelfde type in alle delen van het land.
Ha een tamelijk lange voorbereiding en na de rapporten van verschillende beroeps-
352]
353