Verslag van de bijeenkomst van het Internationale Zegelcomité te Luxemburg, 9-11 juli 1970 in de capabele handen van de secretaris Yves Metman, conservateur aan de Archi ves Nationalis te Parijs. Geregeld verschenen als leden: dr. Andrée Scufflaire, conservateur aan het Algemeen Rijksarchief te Brussel, voor België, dr. H. Bruun, hoofdconservator aan het Algemeen Rijksarchief te Kopenhagen, voor Denemarken, dr. KI. Stadler, Oberarchivdirektor aan het Beierse Hoofdstaatsarchief te München, voor de Duitse Bondsrepubliek, prof. dr. Roger Ellis, secretaris van de Koninklijke Commissie voor historische handschriften, te Londen, voor Groot-Brittannië, prof. dr. G. C. Bascapé0, hoogleraar aan de Universita Cattolica del S. Cuora te Milaan, voor Italië, ondergetekende voor Nederland, dr. Luis Sanchez Belda, directeur-generaal van Archieven en Bibliotheken, voor Spanje, mgr. M. Giusti, prefect van het Vaticaanse Archief, voor het Vaticaan, prof. dr. G. Battelli, hoogleraar aan de archiefschool van het Vaticaan, dr. Gunnar Scheffer, conservator aan het Algemeen Rijksarchief te Stockholm, voor Zweden, dr. Cl. Lapaire, conservator aan het Zwitserse Nationale Museum te Zurich, voor Zwitserland. Prof. dr. E. Sabbe, voorzitter van de Internationale Archiefraad en Algemeen Rijksarchivaris van België, vereerde de bijeenkomst te Rome met zijn tegenwoor digheid, dr. Fino, namens de UNESCO, die te Venetië; andere archivarissen, die slechts één vergadering bijwoonden, mogen hier onvermeld blijven, in dit overzicht is niet uitgeweid over de interessante excursies en andere aardige belevenissen van het Comité. Deze hebben evenwel ten zeerste bijgedragen tot het onderling begrip en de vriendschappelijke samenwerking van de leden. Enkele punten, naar voren gebracht in de vergaderingen van het Comité, heeft ondergetekende verwerkt in de Inleiding op 'Zegels en Wapens van Steden in Zuid-Holland', Zuid-Hollandse Studiën XII, uitgegeven door de Historische Ver eniging voor Zuid-Holland, 's-Gravenhage 1966, en in De Nederlandsche Leeuw LXXXIII, 1966, k. 158, 159. Uit al het voorgaande moge blijken, hoe urgent de beschrijving van zegels en de maatregelen tot hun behoud zijn. Het is te hopen, dat de voormelde aanbevelingen van het Comité International de Sigillographie ertoe zullen leiden, dat alle Neder landse archivarissen daaraan veel aandacht zullen wijden. E. C. M. Leemans-Prins 6 Auteur van Sigillografia, il sigillo nella diplomatica, nel diritto, nella storia e neJ arte, vol I, Archivio della fondazione italiana per la storia amministrativa 10, Milano 1969. [296] Het comité is tien jaar geleden te Stockholm opgericht onder auspiciën van de Internationale archiefraad, orgaan van de UNESCO. Het is van 9-11 juli 1970 bijeen geweest te Luxemburg onder voorzitterschap van prof. dr. Leopold Sandri, directeur-generaal van de staatsarchieven in Italië. Het comité bestond uit 14 afgevaardigden afkomstig uit 10 landen, nl. België, Engeland, Frankrijk, Italië, Luxemburg, Nederland, Spanje, Vatikaanstad, West Duitsland en Zweden. De zittingen vonden plaats in het Centrum van de Europese gemeenschap op de Kirchberg. Op 9 juli werd de bijeenkomst geopend door de minister van Culturele zaken. Aan wezig was tevens de voorzitter van de Kamer van afgevaardigden. In haar openings rede memoreerde de minister o.m. dat het Nationale archief van Luxemburg het terrein van de zegelkunde niet heeft verontachtzaamd. Het bezit een goed uitge ruste werkplaats voor de restauratie, het maken van gietvormen en de materiële en fotografische reproductie van zegels. Er is een speciale zaal voor een permanente tentoonstelling van zegels. Verscheidene publicaties over Luxemburgse zegels zijn verschenen. In de loop van de ochtend werden twee aanverwante referaten gehouden. De heer Y. Metman sprak over de juridische waarde van het zegel in de verschillende beschavingen. Na een algemene inleiding over de ontwikkeling van het zegelgebruik, schetste hij de juridische waarde aan de hand van vele voorbeelden uit de recht spraak. In het bijzonder ging hij in op de grote zorg van vooral de overheid voor een veilige bewaring van haar zegels en het tegengaan van fraude. Tenslotte besprak hij het onderscheid tussen authentieke en privé-zegels. De eerste verbinden de rechterlijke macht, de laatste de zegelaar. De heer R. H. Bautier sprak over de verschijning en verspreiding van het jurisdictie-zegel. Het is ontstaan als persoon lijk symbool van de koninklijke autoriteit ter zake (ad causas). Lang is dit symbool als tegenzegel gebruikt door degenen die voor de koning de rechtspraak uitoefen den. De geestelijkheid ging inmiddels voor haar jurisdictie een eigen zegel voeren (officialen). Het eerste eigen jurisdictiezegel dateert van 1204. Vervolgens memo reerde spreker de omstreeks 1280 tussen de koninklijke en geestelijke juridictio ontstane conflicten en tenslotte de verandering in het gebruik van het jurisdictie zegel i.v.m. de ontwikkeling van de tabellionage en het notariaat vanuit Italië naar iuid-Frankrijk en van de schepenrechtspraak in noordelijker streken. De heer Gunnar Scheffer gaf in aansluiting daarop nog een uiteenzetting over [297]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1970 | | pagina 21