bijdrage getiteld: Respice, prospice en een boodschap van de Sekretaris van Kuituur- sake J. J. P. Op 't Hof volgt een korte biografie van dr. Kieser door J. F. Preller. Dr. J. H. Esterhuyse geeft vervolgens een overzicht van de ontwikkeling van de archief dienst in Zuid-Afrika gedurende de laatste vijftien jaar. W. B. van der Vyver schetst hoe dr. Kieser een aantal historische strijdpunten aan de hand van archiefmateriaal heeft beslist: bijv. de herkomst van de naam Bloemfontein, de stichtingstijd van het 'Fort des Boers' en de geboorteplaats van Paul Kruger: niet Bulhoek, maar Vaal- bank. Dr. Kieser zelf wijst in een korte bijdrage op de taak die wacht. Hij wijst daar bij op de noodzaak van een grotere archiefbewustheid bij de gehele bevolking. Tot het wekken daarvan kunnen auditoria en tentoonstellingsruimten in de nodige nieuwe archiefgebouwen bijdragen. Op het gebied van de regeling der vernietiging van archiefstukken zonder blijvende waarde is men reeds ver gevorderd, maar de restauratie en conservering van waardevolle archivalia vergen nog veel studie. Het nieuwe hoofd van de Zuid-Afrikaanse archiefdienst, dr. J. H. Esterhuyse, wordt ingeleid door J. H. Cilliers. Buiten het bijzondere kader van deze aflevering vallen de bijdragen van mej. M. H. Buys over de ordening en beschrijving van particuliere verzamelingen en van dr. B. J. T. Leverton over de papieren neerslag van het Natalse Parlement (1848-1910) in het archief van Natal. Kroniek, Tegniese Notas, Lijst van op archiefonderzoek gebaseerde publicaties, waaruit wij noemen: H. M. Rex, Die Geskiedenis van die ou Goevernementsgebou van die Z.A.R. in Pretoria teen die agtergrond van die Nederlandse opleiding en professionele ervaring van Sytze Wier- da en Klaas van Rijsse, en Recensies besluiten de aflevering. J. H. v. d. HO Incident in het archief Zo luidde de titel van een televisiespel van Rudolf Bruyn, dat op woensdag 5 novem ber 1969 door de AVRO werd uitgezonden. Drie archivarissen verpersoonlijkten daarin niet alleen de administratie in deze wereld, maar tevens het gezag. En omdat ze het gezag zijn, zijn ze volgens de auteurusurpators, machtswellustelingen, rem- loze sadisten en is hun wereld een wereld, waarin voor relativiteit, argeloosheid en menselijkheid geen plaats is. Het lijkt ons niet het juiste beeld van de archivaris, dat hier geboden werd. Public relations onzerzijds in de geest als bedoeld op het Docu- mentatiecongres 1969, dat precies twee dagen na bedoelde televisieuitzending werd gehouden1, kunnen misschien voor correctie zorgen. 1 Zie Ned. Archievenblad 1969, blz. 123. Berichten Gemeente- en waterschapsarchieven Amsterdam. Het gebouw van de Gemeentelijke Archiefdienst aan de Amsteldijk 67 heeft opnieuw een belangrijke uitbreiding ondergaan. Reeds in 1964 was aan de achterzijde een nieuwe archiefbewaarplaats met een bergruimte van 12 km plank lengte verrezen, thans is ook de werkruimte vergroot door de bouw van een nieuwe vleugel aan het hoofdgebouw, dat eens het raadhuis van Nieuwer-Amstel was. Deze vleugel aan de Amsteldijkzijde bevat o.a. een ruime studiezaal voor het publiek, een zaal voor de historisch-topografische atlas van Amsterdam met afzonderlijke depót- ruimte voor prenten en tekeningen en een geluidskamer voor de fonetische documen tatie. De gevel is ontworpen door de hoofdarchitect B. J. Odink van de Dienst der Pu blieke Werken. De nieuwe vleugel is op 1 december 1969 in gebruik genomen. Nadat ook de derde fase van het bouwplan, de noodzakelijke restauratie van het uit 1892 daterende hoofdgebouw, zal zijn gerealiseerd, wil men de gehele nieuwbouw met enige feeste lijkheid officieel in gebruik nemen. De Gemeentelijke Archiefdienst heeft in de laatste decennia een periode van opgang beleefd. Deze komt tot uiting in de sterke groei van het bestand aan archieven en verzamelingen, de verbeterde toegankelijkheid van het materiaal door intensieve inventarisatie- en indiceringsarbeid en in de sterk toegenomen publieke belangstel ling. Het vergrote gebouw met zijn moderne accommodatie voorziet in een duide lijke behoefte en wordt steeds drukker bezocht door de groeiende schare van archief onderzoekers. Arnhem. Het verslag over 1968 meldt het persklaar maken van het tweede deel in de reeks De stadsrekeningen van Arnhem, dat de periode 1377-1401 zal omvatten. Medewerking werd verleend aan de samenstelling van een dia-reeks over de geschie denis van Gelderland, een project, dat, evenals de uitgave van de stadsrekeningen, onder leiding staat van prof. dr. W. Jappe Alberts. Hoewel het gemeentearchief in 1968 geen eigen tentoonstelling organiseerde, werden foto's, plattegronden en docu menten uit het archiefbezit toch in enige kleine incidentele exposities onder de aan dacht van het publiek gebracht, o.a. in het na verbouwing heropende Districtspost kantoor aan het Jansplein. Een uitgebreide tentoonstelling over de volkswoning bouw in Arnhem werd voorbereid, terwijl gelijktijdig daarmee deel 3 in de reeks Bijdragen tot de geschiedenis van Arnhem, dat de volkshuisvesting in die stad over de [72] [73]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1970 | | pagina 43