ambtenaren), in de D.D.R. de hogere (Diplom-)archivaris, de middelbare archivaris en de vakarbeider (technicus). Wat de archiefschool te Marburg voor de Duitsers is, is de Ecole des Chartes te Parijs voor de Fransen. Het wetenschappelijk personeel van de departementale ar chieven in Frankrijk wordt gevormd door degenen, die het diploma archiviste- paléographe bezitten; het technisch personeel is verdeeld in het cadre technique supérieur (documentalistes-archivistes), het cadre technique moyen (adjoints d'ar- chives en sous-archivistes) en het cadre technique des commis d'archives. De belang rijkste archives communales worden beheerd door een archiviste-paléographe; de minder belangrijke door een sous-archiviste. De vele overige hebben geen gekwalifi ceerd archivaris. In Rusland en Hongarije onderscheidt men eveneens tussen wetenschappelijk (uni versitair opgeleid) personeel en technisch personeel. In landen waar de archieven der collectivités locales primaires in het algemeen slechts lopende archivalia inhouden (Denemarken, Finland, Zweden, Roemenië, Polen enz.) worden voor de met het beheer belaste ambtenaren wel korte stages ge organiseerd. De archieven in de grote steden worden ook daar beheerd door univer sitair opgeleid personeel. Conclusies van prof. Bautier Prof. Bautier onderscheidt in de organisatie der locale archieven 5 types: 1 onafhankelijke autonome locale archieven (Engels type). 2 gecoördineerde autonome regionale archieven (Joegoslavische type). 3 in technisch en methodologisch opzicht gecentraliseerde en van bovenaf gecon troleerde, maar overigens autonome locale archieven (Frans type). 4 gecentraliseerde en op één plaats geconcentreerde archieven (Scandinavische type). 5 gecentraliseerde maar in hiërarchisch verband over verschillende archiefbewaar plaatsen verspreide archieven (Russisch type). Hij constateert een geleidelijke evolutie in de richting van centralisatie, zich mani festerende in versterking der bevoegdheden van de staatsarchieven (type 2), controle door de staatsarchiefdiensten en facultatieve deponering van oude archivalia in de staatsarchiefbewaarplaatsen (type 3), voorgeschreven overbrenging van de archiva lia van de collectivités primaires naar de staatsarchiefbewaarplaatsen (type 4) en volledige integratie van de locale archieven in het netwerk van de Staat (type 5). In Frankrijk, Italië, België, Nederland en Turkije wordt de ontwikkeling gedemon streerd aan nieuwe wettelijke bepalingen en (in Frankrijk) aan de grote bouwactivi teit m.b.t. de staatsarchieven; zelfs in Engeland is een commissie ingesteld om aan bevelingen te doen inzake reorganisatie van de structuur van de locale administratie. In enige Scandinavische landen zijn de locale documenten in de staatsarchiefbewaar plaatsen ondergebracht; in de Oost-Europese landen, waar men alle archieven be schouwt als staatseigendom, is de radicalisering het verst gevorderd. In Joegoslavië daarentegen is de ontwikkeling tegengesteld. De verslaggever is van oordeel dat de collectivités locales met minder dan 20.000 inwoners, bij gebrek aan geld en personeel, wel verplicht zullen moeten worden hun [44] rt» f t4 u-v x 444,4444 ,44 n uwm t*«>w |P *4**4*114 4» *i*4**(»*4,x 4* *4 4**4 A x i.*44> t t r 4- 141t 41i i 4 4***4*44* I ,l»«l, «414.>4.*444*. H|t Kt tl4 1.t »#«***4** **»j 44«x 144*4 tlt.4 *M - - y*44«*4*#**4l 41 ti> ><4»t I 4 *4 4444M4 Hl 44* 44 1.1441**14» Vt4<4* L '4* i' 4* 41*14 4,14» t I (444 M»*l 4 4 44. Klriin *»44 rI,tit* 144441.414 44* *44444 I jW-;l4Jt4»«4,4 .4.141» 4 I i 44 l I Bf*. t lilk !-**. 1*4*4 4 >*444 4 41 44 4 *44 I?!? 4»*4tf 4M44' *41i 44 4. 4,414*41 1 14* H|[i4tx«'n> "♦••w't IRK 1* 4*4*4444444 t 1 414 m BBfe *4 444*11 \*t «f*,»** 4 41 j WWÏ..,.,™ «vwj Hff, 4*44444 ..444*4441 414* 1*4*4! I 4* 44.144* *4(44#-*** «t*-r**M«4 *^4*14144444*4 4 1*4 *4*I**4*444 4 I 4#ft 4*4**^* 4*44»»' *.4* 444M4 44*444*4*44 »4 4M* T***t*i*4T» t**T*»ll *4* 441T44.44 *444**4 4* h'<>' *-*.(**M«>k* G'»V' 1 F*:**i Vt»*tf|M» »J-,,J4I»^'>4*44 l*V*»<>4 Hu Mflriui vd'-w t4 gap hu irnriw w-.mph j^^l**.*>* W 'A««»m MT*i «kt** <4**»*<MMl4 444 *4*44*44. I», Cn«4o 4.tOiii I V*it4«i*w^l *>"<M l *-*»*»•* i*»v*wt' l**u«ru#t»4**M» A*" «WV archieven, die ouder zijn dan 30 tot 50 jaar, over te brengen naar de de partementale of regionale staatsar chiefbewaarplaatsen. In de Duitse Kreis en het Russische arrondisse ment dienen intermediaire archiefbe waarplaatsen voor tijdelijke berging. In Joegoslavië zijn intercommunale archiefbewaarplaatsen ingericht, waar op gemeenschappelijke kosten de archieven der collectivités binnen een ressort bewaard worden. De Ne derlandse streekarchivariaten zijn met deze Joegoslavische intercom munale archieven te vergelijken. Hoewel de bevolking dikwijls op grond van sentimentele traditie ver knocht is aan locale autonomie, wordt overbrenging van de archieven der collectivités locales naar de staatsarchief bewaarplaatsen sterk aanbevolen door prof. Bautier, die ervan uitgaat dat de staatsarchieven overal het bewijs van hun kunnen ge leverd hebben. Wel onderkent hij enige der tegen concentratie ingebrachte bezwaren: ze is strijdig met het herkomstbegin- sel en de locale geschiedbeoefening wordt erdoor benadeeld. De lopende archieven van de collec tivités locales dienen ter plaatse te blijven onder zo goed mogelijke om standigheden. Aan de directions gé nérales des archives, die reeds de lo cale archieven inspecteren, komt het Privilege voor het klooster van Dealul, 21 mei 1651, versierd met het wapen van Walachije, de adelaar met kruis en vorstenkroon, en de beeltenissen van St. Nicolaas, patroon van het klooster, Matei Basarab, vorst van Walachije, en diens gemalin Elina. Aanwezig in het staatsarchief te Boekarest.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1970 | | pagina 29