Repertorium DTB, samengesteld door W. Wijnaendts van Resandt, uit gave Stichting 'Nederland's Patriciaat' Centraal Bureau voor Genealogie, Nassaulaan 18 s-Gravenhage 1969, prijs f 12,50 incl. BTW, excl. verzend- kosten a 1,25 Dit beknopte overzicht van de Nederlandse doop-, trouw- en begraafregisters van voor de invoering van de burgerlijke stand is ontstaan uit een in de loop der jaren door de heer Wijnaendts van Resandt voor eigen gebruik aangelegde ver zameling fiches. Dat het een beknopt overzicht is houdt in, dat men voor vol ledige gegevens de per provincie uitgegeven inventarissen1 zal moeten raadplegen. Zij zijn met andere voor de gebruiker nuttige publicaties in een literatuuropgave vermeld. In het overzicht werden alle plaatsen, gehuchten en buurten, waarvan afzonderlijke registers bestaan, in alfabetisch-lexicografische volgorde opgenomen, gevolgd door de naam van de burgerlijke gemeente waartoe zij in 1967 behoor den. Deze gemeentenamen zijn steeds cursief gedrukt. De kerkelijke gezindten, de aard der registers, waaronder ook lidmatenboeken en impostregisters begrepen zijn, en de bewaarplaatsen zijn door duidelijke afkortingen aangegeven. Aan het einde zijn van een aantal vestigingen in het buitenland en van enige grensplaatsen in België en Duitsland, alsmede van regimentsregisters gelijksoortige opgaven op genomen. Wij zijn er van overtuigd, dat de genealogische onderzoekers met deze publicatie van het Centraal Bureau een uiterst bruikbaar en handzaam vademe cum rijker zijn geworden. J. H. van den Hoek Ostende Th. P. H. Wortel, Inventaris van het archief van het Provenhuis Paling en Van Foreest, Gemeentearchief Alkmaar 1969 In 1921 en 1924 kwamen de hier beschreven archivalia naar het Alkmaarse ge meentearchief. In 1939 begon de heer Wortel aan de samenstelling van de inven taris, die in 1940 op fiches gereed was. In de oorlogsjaren bevonden de stukken zich in een schuilkelder, zodat aan afwerking van de inventaris niet gedacht kon worden. Na de bevrijding had de gemeentearchivaris zoveel andere taken te ver vullen, dat het tot aan zijn pensionering heeft moeten duren aleer deze inventaris gereed kwam. Zij werd afgesloten met het jaar 1921 in verband met een toen opgetreden verandering in het rentmeesterschap. In 1968 werden nog enige stuk ken uit de periode 1900-1921 naar het archief overgebracht en in de inventaris opgenomen. Ook het testament van Pieter Claesz. Paling en losina van Foreest, o.m. de stichting van het provenhuis inhoudende, op 5 oktober 1540 opgemaakt! kwam pas laat bij het archief, daar het afkomstig is uit het in 1965 door de ge meente Alkmaar in bruikleen verworven familiearchief Van Foreest. 1 Deze verschenen tussen 1904 en 1965. Zie de recensie van de laatste, die van Noord- Brabant, in Ned. Archievenblad 1967, blz. 153-154. [96] Met dit werkstuk heeft collega Wortel Alkmaar en de archiefwereld een waarde vol afscheidsgeschenk geboden, dat tevens als monument voor zijn maker diens naam tot in lengte van dagen zal doen voortleven. Na een uitvoerige inleiding volgt de inventaris van 562 nummers. Van de drie groepen: Algemene zaken, Financiën en Proveniers en proven is de tweede verreweg de omvangrijkste met over de 500 nummers, waarvan het leeuwendeel toevalt aan de rekeningen, die een bijna complete reeks vormen van 1567 af. Behalve het reeds genoemde testa ment van de stichters werden ook nog enige transportakten van onroerend goed van het provenhuis en een reglement voor de proveniers, die als afgedwaalde stukken te beschouwen zijn, weer bij het archief gevoegd. Dit mag dan ook vrij volledig heten en het geeft een stuk Alkmaarse stadsgeschiedenis met kijkjes op gebeurtenissen, waarbij stichters en regenten betrokken waren. Reproducties van een viertal uit het provenhuis afkomstige, thans in het Stedelijk Museum van Alkmaar aanwezige portretten, van een tekening van de gevel van het hofje, aanwezig in de Gemeentelijke Prentverzameling, en van het notaris merk onder het testament der stichters verhogen het aanzien van de keurig uit gegeven inventaris. Van een vidimus van bedoeld testament uit 1571 is de gehele tekst opgenomen. De bruikbaarheid van de inventaris wordt ten zeerste gediend door chronologische lijsten van regenten en regentessen en van rentmeesters, een genealogisch overzicht van patronen en regenten en een index van persoons- en plaatsnamen. J. H. van den Hoek Ostende Inventaris van het Familiearchief - Chabot (1690-1958) door drs. D. Bril man en J. C. Okkema, uitgave van de Gemeentelijke Archiefdienst van Rotterdam, 1969 Met deze inventaris is het archief toegankelijk geworden van een Hugenotenfa milie, waarvan aan het einde van de zeventiende eeuw leden in Amsterdam en Londen gesignaleerd werden. In 1700 kwam David Chabot naar Rotterdam en werd daar de stamvader van de Hollandse tak der uit La Rochelle afkomstige fa milie. Zij waren kooplieden, eerst in goederen, later in wissels en assurantiën. Tot 1921 vormde het kassiers- en bankiersbedrijf Gebroeders Chabot een hechte band tussen de familieleden. Toen die wegviel doordat het bedrijf werd verenigd met de Nederlandsche Handel Maatschappij werd ten einde in de ontstane leemte te voorzien in 1922 de Familie-Stichting Chabot, sedert 1957 Familievereniging Cha bot opgericht. In 1955 werd het archief uit de kluis van de Nederlandsche Han del Maatschappij naar de gemeentelijke archiefbewaarplaats overgebracht. Eén der voorwaarden bij de overdracht was, dat het archief op kosten van de gemeente vakkundig geïnventariseerd zou worden. Aan deze voorwaarde is door het werk van de heer Brilman, dat na diens vertrek door de heer Okkema werd voltooid, op keurige wijze voldaan. Dat hun werk in zo aantrekkelijke vorm, met het ca chet van David Chabot op omslag en titelpagina en vier illustraties op kunstdruk- [97]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1969 | | pagina 21