Na de officiële afscheidsbijeenkomst volgde een zeer druk bezochte receptie, waar onder vele collega's en relaties niet alleen uit Nederland maar ook uit het aanslui tende Belgische Limburg en het Rijnland, o.a. de burgemeester, Mr. A. Baeten, en de oud-burgemeester, baron Michiels van Kessenich, van Maastricht, werden op gemerkt. M. K. J. Smeets. Het afscheid van Dr. W. JFormsma Hoewel hij reeds op 25 februari 1968 de pensioengerechtigde leeftijd bereikte bleef dr. Formsma nog tot 1 oktober in functie. Op vrijdag 27 september voltrok zich 's morgens om tien uur in het archiefgebouw te Groningen in de kring van de medewerkers van rijks- en gemeentearchief het afscheid van de door allen zo zeer gewaardeerde rijksarchivaris Formsma. De gemeente-archivaris dr. A. T. Schuitema Meijer overhandigde zijn scheidende collega een aantal boekwerken op historisch gebied, terwijl dr. Formsma's naaste medewerker, de hoofdchartermeester mr. L. J. Noordhoff, een gebonden exemplaar aanbood van de door hem en de heren Pathuis en Meinema samengestelde lijst van de geschriften van de vertrekkende rijksarchi varis. 's Middags van half vier tot vijf uur had in de Statenzaal van het Provinciehuis een aan dr. Formsma door het Provinciaal Bestuur van Groningen aangeboden receptie plaats. De commissaris der koningin mr. C. L. W. Fock was de eerste spreker. Hij herinnerde aan het vele dat dr. Formsma gedaan heeft om het ver leden te ontsluiten en wees op het algemene culturele werk van de scheidende rijksarchivaris voor de provincie, waar hij een begrip geworden was. Mr. R. Hotke voerde het woord namens de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Hij kende dr. Formsma al van diens ijveren voor de restauratie van Gronin ger dorpskerken voor hij hem als rijksarchivaris leerde kennen. Formsma's in de Fibula-reeks verschenen Gids voor de Nederlandse Archieven achtte mr. Hotke zijn belangrijkste publicatie, niet wetenschappelijk, maar algemeen cultureel gezien. Velen is hier een weg gewezen, waarna zij verlangend uitkeken en juist Formsma was de man, die dit boekje schrijven kon. Namens het huldigingscomité bood prof. dr. A. G. Jongkees, voorzitter van het Historisch Genootschap te Groningen een kleurentelevisietoestel en een door Hannes de Vries vervaardigd gezicht op Ter- munterzijl aan. De beide geschenken gingen vergezeld van een album met de handtekening van de vele vrienden van dr. Formsma, die door deze stoffelijke blijken hun waardering tot uitdrukking wilden brengen. Mr. A. E. M. Ribberink, voorzitter van de Vereniging van Archivarissen in Nederland, waarvan dr. Formsma secretaris, vice-voorzitter en voorzitter is geweest, dankte hem in het bijzonder voor hetgeen hij in die kwaliteiten voor zijn vakgenoten gedaan heeft. De laatste spreker was drs. W. A. Hofman, die als vice-voorzitter van de Historische Vereni ging 'Stad en Lande' zijn voorzitter toesprak en hem dankte voor de eminente lei ding, die hij deze vereniging gedurende een en twintig jaar gegeven heeft. Ongeveer vierhonderd mensen drukten op de receptie dr. Formsma de hand. Na afloop van de huldiging gebruikten op uitnodiging van de heer Formsma de leden van het huldigingscomité en een aantal collega's, met wie hij tijdens zijn ambtelijke loopbaan nader contact had gehad, met hem een kleine maaltijd in restaurant Riche. Er heerste daarbij een zeer opgewekte en feestelijke stemming. Aan de aan dr. Formsma aangeboden 111 nummers tellende lijst zijner geschriften gaat een door prof. jhr. dr. P. J. van Winter, oud-hoogleraar in de geschiedenis aan de Rijksuniversiteit te Groningen, geschreven korte biografie vooraf. Dank zij de vriendelijke toestemming van prof. Van Winter kunnen wij deze hierna af drukken. J. H. v. d. HO. Bij het afscheid van dr. W. J. Formsma als rijksarchivaris in Groningen. Wiebe Jannes Formsma werd op 25 februari 1903 te Grijpskerk geboren als laat ste telg in een gezin met acht kinderen. Zijn vader, die aannemer was van wegen bouw, verloor hij al in 1912. Het verlies heeft aan zijn ontplooiingskansen geen schade gedaan. Hij bezocht de dorpsschool in Grijpskerk en werd in 1916 leerling van het stedelijk gymnasium te Groningen, dat hij vlot afliep om vervolgens ge schiedenis te gaan studeren aan de Rijksuniversiteit aldaar. Nadat hij in juli 1924 voor het candidaatsexamen was geslaagd, zette hij de studie voort aan de universiteit van Amsterdam, waar hij in december 1926 het doctoraal examen aflegde. De ver andering van universiteit was ingegeven geweest door het verlangen naast geschie denis ook aardrijkskunde te bestuderen, hetgeen in Groningen destijds nog niet mogelijk was. Deze studiegang maakt aannemelijk dat Formsma zich aanvankelijk het leraar schap als voorland heeft gedacht, waar een dubbele bevoegdheid als aanbeveling kon gelden. Hij heeft in de cursus 192728 inderdaad als leraar aan de Rijks H.B.S. te Gouda geschiedenis en aardrijkskunde onderwezen, maar schijnt al gauw voor zich zelf de zekerheid te hebben verkregen dat een loopbaan bij het onderwijs hem toch niet geven zou wat hij zocht. Zo besloot hij dan tot koerswijziging en ging hij zich van 1 september 1928 af als volontair aan het Rijksarchief in Groningen voorbereiden voor het examen, dat hem toegang tot de archiefdienst zou kunnen verlenen. Hij was er tevens in de ge legenheid materiaal te verzamelen voor zijn proefschrift over de wording van de Staten van Stad en Lande, waarop hij in december 1930 te Amsterdam tot doctor promoveerde. Het onderwerp van de dissertatie was hem aan de hand gedaan door zijn Amster damse leermeester H. Brugmans, die, zelf Groninger van geboorte, de geschied- [201] [200]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1969 | | pagina 11