D. Dooremans, Inventaris van het Archief der Evangelisch-Lutherse gemeente
te Breda, Gemeentearchief Breda 1966, 47 blz. (rotaprint).
Het doet mij genoegen wederom de aandacht te mogen vestigen op de inventaris
van het archief van een Evangelisch-Lutherse gemeente. Na die van Leeuwar-
den1' Groningen en Alkmaar-' is thans ook die van Breda door publicatie voor
een groter publiek toegankelijk geworden.
De heer Dooremans heeft in een duidelijke met 23 noten gedocumenteerde in
leiding de geschiedenis geschetst van de gemeente, die het door hem geordende
en beschreven archief gevormd heeft. De kerkeraad zelf noemde haar in 1718
een der oudste hier te lande. Daar er uit de I6e eeuw geen stukken bewaard zijn
gebleven is die bewering niet verder na te gaan. In 1566 is voor het eerst van
een Lutherse predikant te Breda sprake, maar door het herhaaldelijk overgaan
van de stad van Staatse in Spaanse handen en omgekeerd, duurde het tot 1637
aleer de Lutherse gemeente aldaar definitief werd gegrondvest. Vier jaar later
moest het kerkgebouw reeds vergroot worden wegens het grote aantal Lutherse
militairen in het garnizoen. In het vierde kwart van de 18e eeuw werd een nieuw
kerkgebouw aan de Veemarktstraat gesticht.
Het archief werd in 1961 in bewaring aan de gemeente Breda overgedragen.en
in het najaar van 1963 werd met de inventarisatie begonnen. Gestreefd werd
naar de toepassing van de voor dit soort archieven gebruikelijke vorm van orde
ning. Ook bij de Lutheranen te Breda was de kerkeraad vanouds het centrale
punt m bestuur en administratie. Van de 274 nummers van de inventaris behoren
1 -226 tot dit college. Daar diakenen eigen vergaderingen hielden (al werden daar
van geen notulen gehouden) werd voor het armbestuur eigen archiefvorming aan
genomen, nrs. 227-258. Als gedeponeerd archief is er alleen dat van de Lutherse
Kring (259-263). Deze werd opgericht op 26 september 1921 met het doel ge
meenteleden en kerkbezoekers nader met elkaar in contact te brengen Zijn ar
chief was geheel opgelost in dat der kerk, maar werd door de maker van de in
ventaris terecht daarvan afgescheiden. Een lijst van foto's (264-274) besluit de in
ventaris. Toegevoegd werden lijsten van predikanten (zowel van de gemeente zelf
als van het Chombach-Vereyck Fonds), indices op persoonsnamen en plaatsna
men en bijzonderheid bij dit soort inventarissen een regestenlijst Deze be
treft een zevental eigendomsbewijzen van 1563 tot 1697 van het huis in de Vee-
marktstraat, dat in 1777 door de Lutheranen werd aangekocht om tot kerkge
bouw te worden ingericht. Zij werden in de inventaris onder nr. 210 bh de
transportakte opgenomen.
Hoewel een vermelding uit 1768 van het archief van de kerkeraad bekend is, zijn
er van voor de 19e eeuw weinig archivalia bewaard. De ruggegraat van het archief
wordt tot omstreeks 1830 gevormd door het zg. kerkprotocol, waarin notulen, re
soluties, afschriften van ingekomen en uitgegane stukken en instructies werden
opgenomen, soms samengevoegd door zinnen die doen denken aan een kroniek-
1 Ned. Archievenblad 1964, blz. 35-36.
2 Als voren, blz. 126-128.
[78]
matig verslag. Na 1833 werd het protocol een gewoon notulenboek. Rond 1850
heeft de secretaris van de kerkeraad Frederik Otto Gautier pogingen ondernomen
om het archief toegankelijk te maken door middel van een inventaris in indica-
teurvorm met een verdeling van de stukken in een aantal rubrieken. Deze werd
echter maar tot 1866 bijgehouden (inv.nr. 104). Wij kunnen de heer Dooremans
alleen maar dankbaar zijn, dat hij na precies een eeuw de door Gautier opgegeven
arbeid definitief voltooid heeft.
J. H. van den Hoek Ostende
Wij ontvingen:
C. Bussels, Inventaris van het oud-archief van de stad Hasselt.
G. Hansotte, Les charbonnages d'Abhooz et Bonne-Foi-Hareng a Hestal.
Dezelfde, Les laminoirs de l'Ourthe a Sauhaid.
A. Verkooren, Inventaire des chartes et cartulaires des Duchés de Brabant et de
Limbourg et des Pays d'Outre-Meuse, 3e afd., dl. 2.
[79]