op de praktijk gerichte opmerkingen van de schrijver is, dat het wenselijk is bij
een op microfilm opgenomen serie bescheiden, de inhoudsopgave en de index in
gedrukte vorm te hebben, daar het uiterst bezwaarlijk is daarvoor steeds een af
zonderlijk leesapparaat te gebruiken. Meyer H. Fischbein geeft enige tips voor
ontmoetingen tussen archivaris en administrateur, waarvoor het uur na de lunch
hem het geschiktst lijkt. Onder de titel Decimal Filing: lts General Background
and an Account of Its Rise and Fall in the U.S. War Department vertelt Mabel
E. Deutrich over de behandeling van de post- en archiefzaken bij dat departement
en de verdere militaire administraties van 1890 tot 1963. Sinds eerstgenoemd jaar
was het recordcard system van generaal Fred. C. Ainsworth in gebruik, dat onder
invloed van de Taft Commission on Economy and Efficiency in 1913 'plaats ging
maken voor een op het werk van Melvil Dewey gebaseerd decimaal systeem. Een
technische dienst als het loodswezen wilde echter een op zijn specifieke behoeften
toegespitste code toepassen. De ontwikkeling van de luchtmacht maakte uitbreiding
van de code op bepaalde punten nodig en in 1944 begon juist de luchtmacht voor
een deel van haar archieven een andere ordening toe te passen. Decentralisatie en
vereenvoudiging leidden ertoe, dat in 1959 en 1963 het decimale systeem werd
vervangen door het Army Functional Files System. j. J. Hammit in Govern
ment Archives and Records Management noemt enige stappen die de Federale re
gering ondernomen heeft om de papierlawine te beperken. (Er komt toch nog
200.000 kubieke voet per jaar bij, die bewaard moeten blijven bij de 5,7 millioen
kub. voet, die er al zijn). Vereenvoudiging van formulieren, beperken van de aan
tallen afschriften e.d. kunnen enige verlichting brengen. In The American Ar
chivist van januari 1963 trof ons in een bijdrage van de Canadees R. S. Gordon,
dat in zijn land Historical Societies soms overheidsarchieven in beheer hebben2
Uit de bijdrage van F. G. Ham, Archival Standards and the Posner Report: Some
Reflections on the Historical Society Approach, vernemen we, dat in de dun be
volkte westelijke der Verenigde Staten de Historical Societies als archiefdienst
voor de overheid optreden. Weinig archiefbewustheid en achterstelling van ar
chiefwerk kunnen daarvan het gevolg zijn, maar ook kan het bij één instelling on
dergebracht zijn van al het historisch materiaal van een staat voor de onderzoeker
een voordeel opleveren. Maizie H. Johnson behandelt Archives Administration
in Australia en de strijd tussen archivarissen en bibliothecarissen over opleiding
en organisatie-. Tot slot drie artikelen over kerkelijke archieven. A. R. Suel-
fl°w: Preserving Church Historical Resources; R. M. Warner: The Role of the
Secular Institution in Collecting Church Records en F. J. Weber: Chancery Ar
chives, behandelen de 486 kerkelijke archiefbewaarplaatsen in het algemeen, de
kerkelijke verzamelingen van universiteiten zoals in Michigan en de rooms-katho-
üeke kerkarchieven aan de hand van de praktijk in Los Angeles. Bij de tech
nical notes verslag van een op 9 oktober 1964 in Austin (Texas) gehouden sym
posium over het lamineren, d.w.z. het restaureren van papier of perkament door
het met aan weerszijden aangebrachte acetaatfolie samen te persen. In Amerika
2 Zie Ned. Archievenblad 1965, blz. 61 en 75.
- Zie ook Archivum XI, besproken in Ned. Archievenblad 1964, blz. 82.
[64]
beschikt men daarmee nu over een ervaring van ongeveer dertig jaar, gedurende
welke het lamineren zich gestadig verder ontwikkelde. Over de resultaten uit de
eerste jaren is men in de praktijk nog steeds tevreden.
Aflevering 3 begint met de Constitution and Bylaws of the Society of American
Archivists, zoals die in oktober 1964 en april 1965 werden vastgesteld.De tien
bijdragen van dit juli-nummer behandelen rond The National Union Catalog of
Manuscript Collections problemen, die rijzen bij het verzamelen, publiceren en
indiceren van collecties particuliere bescheiden. Bij de overdracht gemaakte be
perkende bepalingen en hun werkingssfeer, auteursrecht, zoveel mogelijk unifor
me, duidelijke verwijzingen en het gebruik van microfilms van elders aanwezige
stukken ter aanvulling van eigen verzameling komen daarbij ter sprake. Gevallen
deden zich voor, dat A noch B voor bepaalde dure manuscripten belangstelling
toonden, doch toen C ze gekocht had vroegen ze onmiddellijk om microfilms.
Zulke microfilms worden soms door gebruikers geciteerd, zonder dat ze de be
waarplaats van het origineel erbij vermelden. De vrees wordt uitgesproken voor
het opgroeien van een generatie archiefonderzoekers, die nog nooit een origineel
stuk heeft gezien. Dr. T. R. Schellenberg, de auteur van Modern Archives en het
recente The Managemem of Archives, noemt in zijn korte bijdrage over A
Nationwide System of Controlling Historical Manuscripts in the United States
een achttal punten waaraan een dergelijk systeem z.i. moet voldoen.
Aflevering 4 begint met een bijdrage van de Boliviaanse archivaris Gunnar Men-
doza over Archival Underdevelopment in Latin America. De feiten voor zijn uit
eenzetting, die verband legt tussen de economische en de archivistische onderont
wikkeling van het betrokken gebied, ontleende de schrijver aan de ten behoeve
van het van 9 tot 27 oktober 1961 te Washington gehouden interamerikaanse ar
chiefcongres ingevulde vragenlijsten4. Marcia Wright behandelt de archieven
van Tanganyika, dat sinds 26 april 1964 met Zanzibar samen de staat Tanzania
vormt. Voor de ordening en beschrijving van de stukken uit de Duitse bestuurs
periode (1891-1916) werd de hulp ingeroepen van het Bundesarchiv in Koblenz.
De Britse koloniale periode eindigde in 1961. Veel archiefstukken werden overge
bracht naar het Public Record Office in Londen en blijven daar vijftig jaar ge
sloten voor onderzoek. In Dar es Salaam vormde de nieuwe regering uit het over
geblevene haar archief. Registratie van geboorte of dood was de Afrikaanse be
volking onbekend, maar hun genealogie werd mondeling overgeleverd. Belangrijk
voor de onderzoeker zijn bescheiden betreffende het vee, het bewijs van rijkdom
in een niet-geïndustrialiseerd land. Bijzonder aardig is de geïllustreerde uiteen
zetting van W. F. Schmidt over de wijze waarop de Nebraska State Historical
Society in een staande vitrine de aandacht van de 100.000 jaarlijkse bezoekers
van haar instelling vraagt voor archiefstukken. Een foto van gouverneur Robert
W. Furnes met een kort onderschrift en dan enige opmerkelijke door hem in zijn
functie ontvangen brieven, die een beeld geven van de jaren '70 van de vorige
eeuw met valsspelers in de treinen en strijd tegen de Indianen. Het tweede voor-
4 Vergelijk Archivum XI, besproken in Ned. Archievenblad 1964, blz. 81.
[65]