en afremmen met LGS52-band, die het sterkst is. De binnengekomen opnamen worden afgeluisterd, eventueel gecoupeerd, van een gesproken titelstrook voor zien, gecopieerd en, zoveel mogelijk samengevoegd op 18 cm haspels, opgeborgen in speciaal op maat gemaakte kasten in de kelder, waar het koel en droog genoeg is. De technische verwerking vereist accuratesse en een normale kennis en vaar digheid inzake recorders. De administratie begint al direct bij het afluisteren. Notities over de inhoud de tijdsduur en de lengte (via de teller) van ieder onderwerp worden overgenomen op een soort stamkaart. De banden worden genummerd in volgorde van binnen komst. Dit nummer verschijnt ook op de stamkaart en is tevens standnummer De stamkaart bevat alle gegevens: de technische, een summiere inhoud, namen der sprekers, bij muziek titel en componist, gedeelde en totale tijdsduur en tellerstan den, datum, bron van herkomst, controlebeurten, enz. Een alfabetische persoons namen-catalogus en een systematische klapper verwijzen in principe uitsluitend naar het nummer van de betreffende stamkaart. Terwille van het gemak wordt echter na het nummer een korte aanduiding gezet, bijv. achter 125 op de kaart van oud-burgemeester Van Walsum: herdenking Prinses Wilhelmina. In zijn ambts periode ontbrak de burgemeester zelden bij evenementen, hij spreekt dan ook op 69 banden. Bovendien weet men nooit of een student aan de Hogeschool later bankdirecteur of minister wordt; al komt hij nu nog maar een keer bij ons voor over tien jaar wellicht vele malen. Specifieke geluiden zoals stoomfluiten, een scheepsbel die acht slagen slaat, een tingelende tram in de bocht, heien worden eveneens genoteerd en in de catalogus opgenomen met het oog op eventuele mon- tages. Voor de grammofoonplaten is een THORENS TD124 aangeschaft. De admini stratie van de platen omvat: een nummercatalogus stamkaart- en standnum mer) per formaat, een catalogus ingedeeld naar titel van de plaat of serie com ponisten en tekstschrijvers, titels der uitgevoerde werken en uitvoerenden' geal fabetiseerd binnen ieder onderwerp. Steeds verwijst weer, als bij de banden het nummer naar de stamkaart. Een en ander werkt heel vlug en de tijd die de copiëring vergt kan men benut ten door de administratie te doen. Vanzelfsprekend zijn er wel eens opnamen waarvan men alle gegevens uit krantenverslagen moet opsporen. De functie van het geluidsarchief zal de toekomst eens uitwijzen. Tot nu toe heb ben wij twee montages gemaakt, een bij het afscheid van burgemeester Van Wal sum en een ter begeleiding van een eigen tentoonstelling: met toestemming van etrokkenen enige copieen van stemmen gemaakt voor familieleden elders in de wereld en wel eens een band geleverd waarnaar een grammofoonplaat werd ge perst, maar vooralsnog ligt het niet in de bedoeling met ons geluid naar buiten op te treden. Misschien wordt het ook pas na jaren belangrijk; deed de stem van Churchill u iets m de oorlog, hoe fantastisch is het dat deze unieke stem nu en m engte van dagen nog kan weerklinken; u kunt zijn veelal geestige uitspraken lezen maar zonder zijn stem te horen zijn ze immers maar de helft waard. Wij [48] herkennen mensen dikwijls aan hun stem, de partituur komt tot leven door de instrumenten, sprak Jan Prins over geuren, ook geluiden kunnen typerend zijn voor een stad. Waarom dus 'geluid' in het gemeentearchief van Rotterdam? Omdat het leven ondenkbaar is zonder geluiden. Omdat, wat in het archief ligt uit vroeger tijden, nu te onzen dienste staat; opdat wat wij nu vastleggen eens ten dienste zal staan van komende geslachten. A. J. Spijkman-Visser [49]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1967 | | pagina 28