Kroniek VERSLAG VAN HET RIJKSINSTITUUT VOOR OORLOGSDOCUMENTATIE OVER 1964 De lustrumherdenking van bezetting en bevrijding in 1965 bracht in het daaraan vooraf gaande jaar reeds veel drukte mee. Met steun van het Instituut werd de voorbereiding van een groot aantal tentoonstellingen en andere manifestaties ter hand genomen. Daarnaast werd de arbeid voortgezet aan projecten, die al vele jaren geleden ter hand genomen waren, met name de bronnenpublicaties en monografieën. Prof. dr. J. Pressers monografie over de Jodenvervolging kon in de herfst aan de zetter worden doorgegeven en is inmiddels verschenen. In oktober werd aan de staatssecretaris van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen een uitvoerige nota over de afwikkeling van het Rijksinstituut voor Oorlogs documentatie voorgelegd. Het geschiedwerk van dr. De Jong 'Geschiedenis van Nederland in de tweede wereldoorlog' is daarin centraal gesteld. De auteur is bereid er zich tot het uiterste moeite voor te geven dat het in 1970 voltooid zal zijn. Hij beschikt daarvoor nu reeds over circa 22000 fiches met gegevens en nauwkeurige bronvermelding. Was er tot dusver van uitgegaan dat de opheffing van het Instituut zou samenvallen met de voltooiing van het geschiedwerk, nu is het bestuur geneigd daarbij een vraagteken te plaatsen. Het Instituut vervult op het ogenblik vele en gevariëerde maatschappelijke taken, waardoor wellicht aan het Instituut nog behoefte zal zijn als het geschiedwerk voltooid is. De heer De Jong heeft echter verklaard, dat hij persoonlijk zijn taak als directeur met de voltooiing van het geschiedwerk als geëindigd beschouwt. De aanwinsten in de categorie archieven (14, tegen 22 in 1963) bestonden voor het merendeel uit aanvullingen op reeds aanwezige archieven. Afzonderlijk vermeld dienen te worden een notulenboek van de Kerkeraad van de Neder- landsch Israëlitische Gemeente te Pekela van 1 juli 1940 tot 1 februari 1942; een bundel stukken van de Heerban VI van de WA (19401941) en 10 mappen en een ordner met archivalia van de plaatselijke verzetsgroep 'Keurtroep Heem stede'. Het archief van het Verbond voor Nationaal Herstel, dat het Instituut in 1963 had verworven, bleek door een tussenpersoon tegen de wil van de recht hebbende aan het Instituut te zijn overgedragen. Het werd in overleg met de rechthebbende overgebracht naar het Algemeen Rijksarchief. Bij het dienstbetoon nam naast de inlichtingen aan overheid en particulieren, de medewerking bij de voorbereiding van wetenschappelijke en andere studies en de medewerking ten behoeve van pers, uitgevers, radio, televisie, films en tentoon- [126] stellingen, vooral de medewerking aan de Uitkeringsregeling Nazi-Slachtoffers een zeer belangrijke plaats in. J. H. v. d. HO BUITENLANDSE ARCHIVIST1SCHE LITERATUUR Van Archivum, revue internationale des archives publiée sous les auspices de l'UNESCO et du conseil international des archives, verschenen in 1965 de delen XII (1962) en XIII (1963). Het eerste bevat overzichten van de geschiedenis van het notariaat en de notariële archieven in een zevental Europese landen en in Zuid- en Midden Amerika, het tweede geeft dergelijke overzichten van de gemeentearchieven in de Verenigde Staten en acht landen in Europa. Mr. W. F. H. Oldewelt heeft in 1959 ter gelegenheid van de ontvangst van de koningin en de prins door het gemeentebestuur van Amsterdam o.a. gewezen op het grote belang van de notariële archieven niet alleen voor de economische geschiedenis, maar ook voor de literatuurgeschiedenis, de kerkgeschiedenis en de kunstgeschiedenis'. In Archivum XII is nu na te slaan, hoe in Spanje, Portugal, Latijns-Amerika, West-Duitsland, Hongarije, Joegoslavië, Engeland en Dene marken zich het notariaat of daarmee vergelijkbare instellingen ontwikkelden en welke schriftelijke neerslag daarvan bewaard bleef. Daar Archivum in de meeste Nederlandse archiefbibliotheken aanwezig is, menen wij met het vestigen van de aandacht op deze belangrijke uitgave te kunnen volstaan. In het bijzonder stippen we nog aan de Hongaarse loei credibiles en het glagolitische notariaat in Joegoslavië. In Denemarken kent alleen Kopenhagen een afzonderlijke notaris, overigens wordt de notariële functie daar te lande door rechters uitgeoefend. Archivum XIII behandelt de gemeentearchieven in de Verenigde Staten, Oost- Duitsland, Frankrijk, Engeland en Wales, Polen, Portugal, Zweden, Tsjecho- slowakije en Joegoslavië. Bij deze materie treedt meer verscheidenheid tussen de verschillende landen aan de dag dan bij het notariaat, dat in de Romeinse tabelliones een gemeenschappelijke basis heeft. Aan de bijdragen over Frankrijk, Portugal en Joegoslavië werkten een aantal (gemeente)archivarissen mee, zodat steden als Aries, Beaune, Bergues, Carpentras, Douai, Lille, Nice, Reims, Saint- Omer en Toulouse; Braga, Evora, Guimaraes, Lissabon en Oporto en deelstaten als Kroatië, Montenegro, Bosnië-Herzegowina en Slovenië- een afzonderlijke behandeling kregen. Wat over Frankrijk geschreven wordt betreft uitsluitend de archieven van het ancien régime en monsieur Baudot, inspecteur général des Archives de France besluit zijn bijdrage: Ce qui a pu être réalisé pour les archives antérieures a la Révolution et qui s'est conservé de faqon assez satisfaisante soit sous forme d'un dépot aux Archives départementales ou a la Bibliothèque municipale, soit, ce qui est encore préférable, grace a la gestion d'un archiviste municipal 1 Ned. Archievenblad 19581959, blz. 257. 2 Servië en Macedonië komen in een volgende aflevering aan de beurt. [127]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1965 | | pagina 24