erepresident mededeelde. Ereleden en leden van het werkcomité werden benoemd, waarna prof. Sabbe een aantal dankwoorden uitsprak, o.a. aan de directeur van het Weerkundig Instituut te Ukkel voor het prachtige zomerweer, dat het congres beschoren was. Hij besloot met de kreet: Archivistes de tous les pays, unissez- vous! De inspecteur-général des archives de France, de ons van de studiedagen- 1963 in 's-Gravenhage bekende heer Baudot, bedankte daarop in een kort spran kelend betoog de heer Sabbe en diens medewerkers van het Belgische Algemene Rijksarchief. 's Middags werd over Aat gereden naar Beloeil, het kasteel van de familie De Ligne. Na een bezoek aan het schitterend gemeubileerde hoofdgebouw met de fraaie gobelins en de tuinen met de grote vijver werd het gezelschap in de orangerie onthaald, waaraan een fanfare op jachthoorns was voorafgegaan. Regen was spelbreker bij het bezoek aan Doornik, waar het bezichtigen van de kathe draal wel, maar het klank- en lichtspel niet doorging. Daarvoor hebben enigen onzer zich echter schadeloos gesteld door het nuttigen van escargots de Bour gogne. Zaterdag 5 september, de laatste congresdag, werd besteed aan een excursie naar Namen met de citadel en St. Hubert met de basiliek en de abdij, waar een warme, op de jacht geïnspireerde lunch werd gebruikt. Op de terugweg kon bij al bijna invallende duisternis nog even een blik geworpen worden op het Maasdal bij Freyr ten zuiden van Dinant, waarna via die stad naar Brussel werd terugge keerd. Ondanks een tragisch verkeersongeluk, waarbij een der bussen met con gressisten betrokken was, nog tijdig genoeg om op een terrasje wat na te praten en zich af te vragen, of het congres aan de verwachtingen heeft voldaan. Op die vraag kan het antwoord moeilijk anders dan persoonlijk zijn. De som bere klanken, vooral over de zittingen, die toch eigenlijk de kern van het congres uitmaken, van vroegere referenten vernomen, deden mij de zaal betreden met in het achterhoofd de onsterfelijke regel van Bloem: Alles is veel voor wie niet veel verwacht.1" In de plenaire zitting om mij heen kijkende, terwijl de ene spreker na de andere de hem door voorzitter Altman toegestane spreektijd van vijf minuten overschreed, moest ik onweerstaanbaar denken aan het oude rijmpje: Wenn jeder schlaft und einer spricht Der Stunde hat man Unterricht. In de sectievergaderingen was daarvan echter geen sprake en de door dr. Van Hoboken in zijn verslag van het congres te Stockholm gedane suggestie om tot deze kleine bijeenkomsten van specialisten te komen" is dan ook inderdaad een middel gebleken om deze congressen levend te houden. Over de besprekingen maar dat geldt waarlijk niet alleen voor deze in de internationale sfeer zou gezegd kunnen worden, dat soms ingewikkeld gemaakt werd wat in de praktijk niemand als een probleem voelt en dat werkelijk zich voordoende praktische kwesties met een enkel woord werden afgedaan. Grote waarde moet, meen ik, worden toegekend aan de serie rapporten, die iedere deelnemer blijvend tot zijn 10 Uit: De Dapperstraat (Quiet though sad). 11 Ned. Archievenblad 1960, biz. 127. [124] beschikking heeft. Dr. Papritz zinspeelde er na de discussie over het zijne op, dat zij uitgangspunt kunnen zijn voor publicaties in de nationale archiefperiodie ken. De excursies en recepties waren ongetwijfeld voor een ieder hoogtepunten van het congres. Internationale en ook nationale contacten werden er gelegd. Een kritisch woord over de organisatie van de trips willen wij gaarne inslikken, maar toch onze spijt niet daarover verzwijgen, dat er, behalve te St. Hubert voor wie het wist te vinden, niets op archiefgebied te zien was. Slechts voor degenen, die niet hadden ingeschreven op de lang te voren aangekondigde excursies, waren er mogelijkheden het Algemeen Rijksarchief te Brussel en het didactisch museum te Anderlecht, waarover prof. Sabbe vorig jaar te 's-Gravenhage op de studiedagen over de educatieve taak van het archiefwezen verteld heeft,12 te bezoeken. Mr. I. H. van den Hoek Ostende 12 Ned. Archievenblad 1963, blz. 99. Van de daar ook genoemde zegelafgietsels kregen de congresdeelnemers een specimen mee. i: 125

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1965 | | pagina 15