is nu van bestuursleden, die in hun vereniging een sleutelpositie innemen, niet
meer te vergen. Er moet dus een bezoldigd bestuurder komen, speciaal voor het
werk in het G.O. Spreker, die vervroegd pensioen heeft gekregen, is zelf de eerste
die dit werk zal doen, tot tijd en wijle een geschikt persoon hiervoor is aangetrok
ken, wiens salaris gezien de huidige verhoudingen op ca. f 25.000 zal moeten lig
gen.
Mr. drs. Beyerman vindt het voorstel om f 3.'a discretion' boven een niet
bekende afdracht aan de C.H.A. te heffen onjuist en doet vervolgens een felle
aanval op de Centrale, die voor onze leden en in concreto voor hemzelf nooit
iets heeft bereikt. De voorzitter antwoordt hierop, dat de tegenwoordige inhoud
van het 'loonzakje' mede het resultaat is van het werk der vakverenigingen, waar
onder de Centrale, en meent, dat de heer Beyerman zijn actie in eigen zaak niet
op de juiste wijze voert en daardoor geen voldoende resultaat bereikt.
Drs. Van der Gouw merkt op, dat het opkomen voor eigen belang niet onwel-
voegelijk genoemd kan worden, naar aanleiding van de discussie met de vorige
spreker. In wezen voelen hij en zijn medestanders als minderheid in onze vereni
ging niet voor aansluiting bij de C.H.A., doch liever bij een vereniging op levens
beschouwelijke grondslag, doch als goede democraten hebben zij zich destijds bij
het besluit der meerderheid van onze vereniging neergelegd. Hij wil echter twee
vragen stellen:
a vroeger is de C.H.A. ook in het geweer gekomen voor ambtenaren, die in
strikte zin geen hogere ambtenaren zijn (d.w.z. degenen in een rang tot inclusief
hoofdcommies-A). Hij twijfelt nu over het gevoerde beleid, gezien het resultaat
van de jongste salarisherziening, die z.i. de grootste helft onzer leden te weinig
heeft gebaat.
b op een vraag betreffende kosteloze juridische bijstand aan onze leden, welke
hij enige tijd geleden schriftelijk aan het bestuur stelde, heeft hij een zeer onbevre
digend antwoord gekregen. Hij herhaalt nu deze vraag en wenst het standpunt der
vereniging te weten, in het bijzonder voor individuele leden, die in moeilijkheden
zitten.
De voorzitter ziet de vragen van de heer Van der Gouw als suggesties om te
komen tot een betere rechtspositie der ambtenaren, en speciaal de laatste vraag
acht hij van het grootste belang. Wat betreft vraag a, acht hij thans naamsaandui-
ding 'Hogere' ambtenaren door de feiten en door de doelstelling der Centrale
achterhaald, want ook de belangen der 'middelbare' ambtenaren worden door de
Centrale behartigd. De tweede vraag beantwoordende merkt hij op, dat, in tegen
stelling tot de mening van de heer van der Gouw, dat ieder vakbondslid automa
tisch op zijn verzoek rechtskundige bijstand verkrijgt, de bepalingen slechts aan
ieder lid een mogelijke rechtskundige bijstand doch niet meer in het voor
uitzicht stellen. Mr. Schaap, die tweemaal georganiseerd is (hij is ook lid van een
algemene bond en daardoor aangesloten bij een grote organisatie) merkt naar
aanleiding hiervan op, dat als de heer Van der Gouw voor onze leden dezelfde
voorrechten wil hebben als de grote vakbonden hij zich zal moeten voorbereiden
tot het betalen van een zeer veel hogere contributie. Verder zegt hij, dat de ont-
[48]
knikking van de 'top'-salarissen, waarover de heer Van der Gouw sprak, niet al
leen is bewerkt door de organisaties van 'hogere' ambtenaren, maar b.v. ook is
toegejuicht door de K.A.B., doch verklaart zich tenslotte wel teleurgesteld over
de opvattingen van de C.H.A. inzake rechtskundige bijstand aan de leden der
aangesloten verenigingen. De voorzitter vult de mededeling van de heer Schaap
inzake de ontwikkeling der salarissen aan met de mededeling, dat het grootste deel
van de totale som, waarmede de salarissen zijn verhoogd, ten goede is gekomen
aan de middelbare ambtenaren en verzekert dat deze vraagstukken de volle aan
dacht van het bestuur zullen hebben en op de komende bestuursvergaderingen be
sproken zullen worden.
Dr. Van der Haar vertelt, dat in Haarlem het Ambtenarencentrum niet in het
gemeentelijk G.O. is vertegenwoordigd. Wil men daar iets bereiken, dan moet
men lid zijn van de A.B.v.A.
De voorzitter antwoordt, dat ook dit in een bestuursvergadering besproken zal
worden, en dankt de leden tenslotte voor hun bijdragen tot deze discussie. Het
voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met aantekening dat de
heer Beyerman geacht wil worden te hebben tegengestemd.
8 De salarisaktie staat al twee jaar op agenda, doch de voorzitter kan nog geen
breed overzicht geven, want het resultaat der gevoerde handelingen op hoog ni
veau is nog niet bekend. De beide besturen der verenigingen, die onze vereniging
hebben geconstitueerd zijn destijds nog door staatssecretaris mr. Scholten ontvan
gen en later is een schriftelijke uiteenzetting gegeven.
Wat de rijksambtenaren betreft vonden onze wensen zeer zeker begrip. De sala
rissen, te beginnen met dat van de Alg. Rijksarchivaris, zouden op hoger peil ge
bracht moeten worden, waardoor een tussenvoeging van andere rangen mogelijk
zou zijn. Ook zouden bevorderingen sneller plaats vinden; het volontairschap
zou kunnen worden vervangen door een geldelijke tegemoetkoming.
In de sector der gemeenteambtenaren is de situatie nog droevig. Daartoe is con
tact nodig met de staatssecretaris van Binnenl. Zaken. Deze wil echter, mirabile
dictu, de autonomie der gemeenten op dit punt handhaven. Spreker memoreert
dankbaar de grote steun van de C.H.A. in deze kwestie ondervonden.
9 Wat de werkclassificatie betreft merkt de voorzitter op, dat dit een der grote
punten is geworden in het G.O. De functiewaardering gaat een grote rol spelen en
onze leden zullen er niet aan kunnen ontkomen. Daarom heeft het bestuur een
enquêteformulier samengesteld, dat juist voor deze vergadering aan de beheerders
van gemeente- en waterschapsarchieven is toegezonden. De heer Schaap, een der
ontwerpers van deze enquête, geeft op verzoek van de voorzitter een uiteenzetting
der vragen van het formulier. Hij meent dat de totale functiewaardering der ge
meentearchivarissen zeer veel moeilijker zal zijn dan die der rijksambtenaren en
licht op zijn bekende onderhoudende wijze met voorbeelden diverse vragen toe.
10 Tegen half twee sluit de voorzitter deze vergadering met een dankwoord aan
de heer Schaap.
Dr. van Hoboken maakt zich tot tolk der vergadering en spreekt in een kort
woord de waardering der leden uit voor het gevoerde bestuursbeleid, hetwelk door
[49]