Tekst: Het hoofd van een beheerseenheid draagt in overleg met de gemeente archivaris zorg, dat de archiefstukken, welke niet meer veelvuldig behoe ven te worden geraadpleegd, periodiek naar de Gemeentelijke Archief dienst worden overgebracht. Toelichting: Het is wenselijk, dat naast de in art. 18 (nu 20, H O.) voorgeschreven vernietigingsprocedure een werkwijze wordt gevolgd, waarbij van de ar chieven, welke niet voor vernietiging door de beheerseenheden zelf in aan merking komen, regelmatig en volgens een in overleg met de Gemeente lijke Archiefdienst te bepalen schema, die delen aan het archiefdepot worden overgedragen, welke door de beheerseenheden niet meer veelvul dig behoeven te worden geraadpleegd. Zodanige werkwijze zal in niet geringe mate tegemoet kunnen komen aan de noodzakelijkheid de omvang der archieven van de beheerseenheden binnen redelijke grenzen te houden en daarvoor hun bruikbaarheid en mogelijkheid van verantwoorde opber ging te verhogen. Deze toelichting was oorzaak, dat bij de archivaris lijsten werden ingediend met vernietigings en overbrengingstermijnen, terwijl hem ook verzoeken bereikten om bepaalde afgesloten series of de administratieve neerslag van beëindigde bestuurshandelingen over te nemen. Na enige discussie, ook tussen leden van de staf ten Archieve, is tenslotte het standpunt aanvaard, dat een archief van een administratie, dienst of bedrijf een zodanige eenheid is, dat het ongewenst moet worden geacht, dat over eenzelfde tijdvak een deel bij de Archiefdienst en een deel bij het archiefvormend lichaam zou berusten. De Archiefdienst neemt dus tot een bepaald jaar, dat in de regel vijftig jaar terug ligt, het gehele archief over. Ruimteproblemen in de archiefbewaarplaats van de beheerseenheid zullen door efficiënte vernietiging volgens art. 20 moeten worden opgelost. Hierbij verdient nog opmerking, dat bij bepaalde diensten en bedrijven overzichtelijke jaarversla gen met veel exacte feitelijke gegevens het historisch belang van driekwart van hun archieven tot nul reduceren, zodat de archivaris dan geen enkel bezwaar heeft tegen vernietiging van op de ministeriële lijst voorkomende stukken. Op grond van het bovenstaande meen ik te mogen eindigen met de opmerking, dat het besluit Post- en Archiefzaken in de ruim zes jaar van zijn bestaan zijn doeltreffendheid heeft bewezen. Het heeft de grondslag gelegd voor een goede samenwerking tussen de Archiefdienst en de overige gemeentelijke beheerseen heden, in het belang zowel van de administratie zelf als van de toekomstige be stemming der lopende archieven. Mr. J. H. van den Hoek Ostende [26] Proces-verhaal van vernietiging van archiefstukken Machtiging Ingevolge het bepaalde in artikel 20, vijfde lid, van het Besluit Post- en Archief zaken van de gemeente Amsterdam van 19 februari 1960, no. 42/77 A.S. 15, verleen ik hierbij machtiging aan tot het vernietigen van de op bijgaande staat vermelde archiefstukken. Amsterdam, De Gemeentearchivaris, Verklaring Ingevolge het bepaalde in artikel 20, zesde lid, van het Besluit Post- en Archief zaken van de gemeente Amsterdam van 19 februari 1960, no. 42/77 A.S. 15, verklaar ik hierbij, dat de vernietiging van de op bijgaande staat vermelde archief stukken heden op de navolgende wijze is geschied: Amsterdam, De Directeur van [27]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1963 | | pagina 17