stukken reiken tot de 16e eeuw; als gebruikelijk zijn de inventarissen hieraan toe
gevoegd. Van de archivaris van Leeuwarden werd 'een flink stuk' Huber-archief
over 1613-1791 in bewaring ontvangen, dat hij in het archief van het Nieuwe
Stads-weeshuis had aangetroffen. Ook leverde de inventarisatie van het gemeente
archief van Workum vanwege de prov. inspectie aanwinsten voor rechterlijk en
B..S. archief op. De belangrijkste aanwinsten van het rijksarchief in Overijsel
vormde een groot aantal charters, 1348-1802, behorende tot het huisarchief De
Berg onder Dalfsen, en het huisarchief der v.m. havezate Weldam, 14e-19e eeuw.
Dat in Groningen verwierf het archief van het Fonds van de landbouw, 1878-
1956, met jaarstukken 1823-1878 van de Mij. van landeigenaren en vast-beklem-
de meiers, het oud-archief van het waterschap Fransumerpolder 1878-1916, en
het archief van de kerkeraad der Doopsgezinde gemeente te Den Horn, 1758-
1950. Het rijksarchief in Drente ontving aanvullingen van enige reeds in be
waring genomen archieven en de archieven van enkele opgeheven waterschappen.
De bezoekers- en bezoekencijfers vertonen bij 1959 vergeleken enige verschui
vingen. Voor het A.R.A. waren zij resp. 1334 en 15043 (v. j. 1331 en 14388).
Het rijksarchief in Groningen behield de blauwe wimpel t.a.v. de bezoeken (c.
3500). Het rijksarchief in Noord-Holland verloor deze t.a.v. de bezoekers; daar
mede ging het rijksarchief in Utrecht strijken (533). Dat in Zeeland kwam t.a.v.
de bezoekers van de laatste op de voorlaatste plaats (164), maar bleef de minste
t.a.v. de bezoeken (665); het kleinste aantal bezoekers (154) wordt nu voor Drente
vermeld, dat 936 bezoeken noteerde1. U.
Buitenlandse archivistische literatuur2
The American Archivist 1961 afl. 1 brengt het 'Presidential address' van Mary
Givens Bryan tot de jaarvergadering der Amerikaanse collegae van okt. 1960,
getiteld Changing Times, een instructief overzicht van de veranderingen van het
Amerikaanse archiefwezen in de laatste kwarteeuw. Het artikel van dr. T. R.
Schellenberg: Archival principles of arrangement, bevat beschouwingen over het
herkomstbeginsel en de oorspronkelijke ordening, waaruit wij deze opmerkingen
overnemen: 'An exception to the rule of preserving records in their original order
should be made when records are preserved solely for their informational con
tent without reference to their value as evidence of organisation and function.
Another exception.... should be made when the original order is not ascertainable
1 Naar wij hopen mogen wij aannemen dat onder bezoeken bij alle provincies die
van v.m. en n.m. voor één worden gerekend. Slechts voor Friesland wordt dit uit
drukkelijk gezegd.
2 In het vorig overzicht dienen de volgende correcties te worden aangebracht: p. 104
r. 2 v. b.: Luzzatto i.p.v. Lunzatto; p. 105 r. 4 v. b.: Quademi i.p.v. Quaderna; in fine
worde gezet: U.; r. 15 v. o.: Matryka i.p.v. Mauyak. Op p. 106 onder r. 12 v. o.
worde gezet: F.; p. 107 r. 1 v. o.: 840 i.p.v. 80; het onderschrift op p. 108 r. 13 v. o.
vervalle en worde gebracht naar p. 109 r. 8 v. b.: 10000 i.p.v. 1000.
[136]
or is manifestly bad'. Het laatste geldt in het bijzonder voor de V.S. waar, anders
dan in Europa, veel archivalia van het federaal bestuur in gedesorganiseerde toe
stand zijn gebleven, en het herstel van de oorspronkelijke staat vaak zeer moeilijk
is en 'occasionally undesirable'. H. G. Jonas, North Carolina's Local Records
Program, beschrijft de archiefproblemen van deze staat; G. O. Kent doet verslag
van het werk aan 'The German Foreign Ministry's Archives at Whaddon Hall,
1948-58'; D. C. Duniway behandelt 'Conflicts in Collecting', de typisch-Ameri-
kaanse vraag waar particuliere stukken moeten worden bewaard. Ernst Posner
doet uitvoerig verslag over het vierde internationale archiefcongres in Stockholm;
het brengt in lof en kritiek vrijwel dezelfde opvattingen, die wij ook elders aan
troffen. Roscoe R. Hill, 1880-1960, die zijn carrière bij het middelbaar en ho
ger geschiedenisonderwijs begon, 1911-1913 te Sevilla de Papeles procedentes de
Cuba bewerkte en van 1928-1946 de Library of Congress en de National Archives
diende, wordt herdacht door H. P. Claussen. Een kort artikel van M. L.
Ahluwalia van de nationale archieven van India: A significant order on record
management, brengt gegevens over de oudste geschiedenis van het archief der
Engelse East India Company, met name over de order van directeuren van 21
sept. 1785 over het archiefbeheer, waardoor 'the English East India Company's
records continued to be kept safe and intact by the various departments long
before they were physically stored in a proper records depository and began to
receive the care of professional archivists'.
In de nieuwe rubriek: Abstracts of foreign periodicals, waar tijdschriften en pu-
blikaties worden gerefereerd die ons minder toegankelijk zijn, zijn thans Bulgarije
en Tsjechoslowakije aan de beurt, benevens Spanje, m.n. de Revista de archivos,
bibliotecas y musseos over 1958, orgaan van de in 1858 gestichte vereniging van
archivarissen, bibliothecarissen en oudheidkundigen in Spanje.
Afl. 2 brengt weinig referabels. Ziehier de titels der bijdragen: W. Muir White-
hill, 'In My Father's house are many mansions'; L. H. Butterfield, Bostonians and
their neighbours as pack rats [betreft Massachusetts]; W. Edwin Hemphill, James
Harold Easterby, 1898-1960 [director of the South Carolina Archives Depart
ment]; Nathan Reingold, Manuscript of Science. Analysis and Description; Helen
L. Chatfield, The dating of documents [de kalender]; Arthur H. Leavitt, What
are archives? De afl. wordt besloten met een opgave der Writings on archives,
current records, and historical manuscripts, juli 1959-juni 1960.
Afl. 3 opent met een artikel van Thornton W. Mitchell: The state of records
management, een poging 'to formulate a professional philosophy or even to
evaluate the status of the profession'. Thomas Wilds behandelt 'Information
retrieval', 'nothing more than a scientific approach to recordkeeping and librarian-
ship' (met afb.). Verder: Rex Beach and John T. Caton, State and local govern
ment records programs, en E. N. Johnson, Trends in county records management,
beide van specifiek Amerikaans belang. Opmerking verdient het artikel van
miss V. Lake: Pioneering in the control of medical-clinical case records. Aan
dacht verdient ook de bijdrage van Ofra Core: The United Nations correspon
dence classification manual, welke handleiding uit 11 series bestaat. J. H.
[137]