In zijn dankwoord onderscheidde dr. Hart de archiefbezoekers in hen die snuf felen, neuzen, napluizen en navlooien en haalde hij enige persoonlijke herinne ringen op aan zijn volontairstijd. Hij wees erop, dat hij zich op het Archief nooit een echte ambtenaar had gevoeld, maar een behoeder van cultuurwaarden, die uitgedragen moeten worden. Nadat ook de heer Bredschneyder een kort woord van dank gesproken had, beëindigde een geanimeerd samenzijn rond beide jubi larissen, hun echtgenoten en kinderen, deze huldiging in besloten kring. Bevorderd werden: J. J. de Cleen (II) m.i.v. 1 maart 1962 tot archivist A; mej. A. C. Allema (II) m.i.v. 1 juli 1961 tot archivist; P. J. M. Wuisman (II) m.i.v. 1 juli 1961 tot archivist; F. de Rochemont m.i.v. 1 maart 1962 tot administratief assistent; mej. C. Rijpma m.i.v. 1 maart 1962 tot le kantoorbediende A; M. A. Knopper m.i.v. 1 maart 1962 tot fotograaf A. Aangesteld werden: W. Hofman m.i.v. 1 juni 1962 als assistent bij de topografi sche prenten verzameling; W. lagerman m.i.v. 1 juni 1962 als administratief assis tent bij de bibliotheek; mej. E. M. Grootjans m.i.v. 1 september 1962 als klerk bij de bibliotheek. Delft. Het verslag over 1961 maakt melding van de voortgang van de fichering der doopregisters, die nu op een na behandeld zijn, tezamen een verzameling van ettelijke tienduizenden fiches vormend. De inventarisatie van het nieuw-archief 1813-1938 was bij het vertrek van de bewerker naar elders bijna voltooid; zij zal door hem worden afgemaakt. Van het nieuw-archief van Hof van Delft, 1817- 1920, werd een inventaris vervaardigd. De catalogus der bibliotheek werd voltooid; die van de hss.-verzameling vorderde. De ordening in de chaotische topografische verzameling werd voortgezet.Het aantal bezoeken, dat in 1950 nog maar 703 bedroeg, beliep 1529 (v.j. 1369). De openstelling van het archief op donderdagavonden bleek opnieuw een succes; echter moest bij gebrek aan belangstelling op zaterdagmorgen gesloten worden. Gouda. Met medewerking van het gemeentebestuur en de archivaris van 's-Gra- venhage kon, zoals het verslag over 1961 meldt, het bindwerk aldaar worden verzorgd; een deel van de achterstand kon daardoor worden ingelopen. De gildenarchieven werden geordend en de inventaris gestencild. Van de oorkonden in de archieven der St. Janskerk over 1315-1572 werden regesten gemaakt. Ge- indiceerd werden de lidmatenregisters dezer kerk 1638-1819, en de namen van de bestuursleden der gilden, vermeld in de kamerboeken 1609-1794. In een doos met ongeordende stukken werd een afschrift van het kohier van de 10e penning van 1553 aangetroffen, van grote waarde voor topografie en genealogie. Aan de wens van verschillende gemeentelijke instellingen, diensten en bedrijven hun oude archieven naar de gemeentelijke archiefbewaarplaats over te brengen kon wegens plaatsgebrek in deze geen gevolg worden gegeven. Het archief werd bezocht door 54 bezoekers met 301 bezoeken. Bovenaan stond het stamboom onderzoek, mede doordat de dienst daarvoor zeer goed geoutilleerd is. Een Over zicht van hulpmiddelen voor het genealogisch onderzoek in de archiefbewaar plaats is aan het verslag toegevoegd. [158] Haarlem. De voorgenomen uitbreiding der bureauruimte kon blijkens het verslag over 1961 door gebrek aan bouwvergunning geen voortgang vinden. De re- gestenlijst en de indices op de archieven van de commanderij van St-Jan en an dere kloosters kwamen gereed; het archief van de Bank van Lening, dat door een toevallige vondst kon worden uitgebreid, werd geordend. De klappers van de doop- en trouwboeken werden geverifieerd, bijgewerkt en fonetisch gerangschikt 'volgens het hiervoor aangenomen en in de praktijk zo uitnemend werkende sys teem'. In opdracht van B. en W. werden de archieven van verschillende diensten en bedrijven bezocht om na te gaan hoe de oudere archivalia, welke niet of weinig meer door de administratie gebruikt worden en nog niet naar het archiefdepot (waar trouwens daarvoor geen ruimte meer beschikbaar is) zijn overgebracht, worden bewaard en onderhouden. Van bijzondere aanwinsten wordt geen mel ding gemaakt. - Het archief werd geraadpleegd door 253 (v.j. 245) personen, die tezamen 1209 (v.j. 1232) bezoeken aflegden. Heerlen. Het verslag over 19581961 klaagt over gebrek aan ruimte. Het in 1937 ontworpen archiefdepot, 15 x 9 m, was gebouwd op een capaciteit van c. 40000 inwoners. Het archief der v.m. hoofdschepenbank Heerlen had niet veel bergingsruimte nodig, maar inmiddels heeft zich het oud-archiefgedeelte tenge volge van systematische opsporing zeer aanmerkelijk uitgebreid, en het is te ver wachten dat deze toename voortgang zal vinden: 'voor een wetenschappelijk ver antwoorde geschiedschrijving is het een primaire eis, dat de gemeente de beschik king krijgt over alle archiefbronnen, hetzij in originali, hetzij in fotokopie of mikrofilmen, die rechtstreeks of indirekt betrekking hebben op het historische Heerlener land. Afwijking van dit standpunt is principieel in strijd met het archi- vistieke herkomstbeginsel, toegepast op de competentiën en het bestuursterritoir van de voormalige hoofdschepenbank Heerlen'. De combinatie van oud-archief1 met het afgestorven deel van het registratuurarchief vermeldt bovendien de toe name der archieven, die min of meer beïnvloed wordt door de aanwas der be volking; sinds 1937 is het inwonertal verdubbeld. Ondanks rigoureus toegepaste vernietigingscriteria moet rekening worden gehouden met een gemiddelde jaar lijkse uitbreiding van 20 m. Sommige takken van dienst zijn overbelast met af gestorven archief, dat wegens ruimtegebrek niet naar het centrale depot kan worden overgebracht. De leeszaalruimte is ten enenmale onvoldoende; de bouw van een nieuw ruim centraal archiefdepot is urgent. De archivaris dringt er op aan bij de uitwerking van de aanhangige museumplannen rekening te houden met de gelijktijdige bouw van een op de toekomst ontworpen souterrain, dat als cen traal archiefdepot kan worden ingericht. Scheiding van archief en museum over verspreid liggende lokaliteiten moet hij ten sterkste ontraden omdat hierdoor de interne functionering van beide diensten wordt geschaad. In het kader van bovengenoemde aanvulling der verzamelingen werd een mikrofilm verkregen van een tekst betreffende een klooster te Heerlen uit de late Middeleeuwen, waarvan 1 Tot onze verheugenis zagen wij dat de archivaris dit ten rechte laat lopen tot 1919. In dat jaar nl. is de registratuur ingesteld. [159]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1962 | | pagina 19